4VV/MR_il fait -2

Donne la traduction de:
"il fait gris"
A
het is koud
B
het is mistig
C
het is warm
D
het is betrokken/grijs
1 / 10
suivant
Slide 1: Quiz
FransSecundair onderwijs

Cette leçon contient 10 diapositives, avec quiz interactifs.

Éléments de cette leçon

Donne la traduction de:
"il fait gris"
A
het is koud
B
het is mistig
C
het is warm
D
het is betrokken/grijs

Slide 1 - Quiz

Donne la traduction de:
"il pleut"
A
het sneeuwt
B
het vriest
C
het regent
D
er is wind

Slide 2 - Quiz

Donne la traduction de:
"il y a des nuages"
A
er zijn wolken
B
er is mist
C
het is glad
D
er is wind

Slide 3 - Quiz

Donne la traduction de:
"il fait chaud"
A
het is koud
B
het is warm
C
het is mistig
D
er is wind

Slide 4 - Quiz

Donne la traduction de:
"il y a du soleil"
A
het regent
B
er zijn wolken
C
er is zon
D
er is mist

Slide 5 - Quiz

Donne la traduction de:
"il neige"
A
het sneeuwt
B
het regent
C
het vriest

Slide 6 - Quiz

Donne la traduction de:
"il gèle"
A
het sneeuwt
B
het is mistig
C
het vriest
D
het regent

Slide 7 - Quiz

Donne la traduction de:
"il y a du vent"
A
er is regen
B
er is wind
C
er is zon
D
het is mooi weer

Slide 8 - Quiz

Donne la traduction de:
"il y a du brouillard"
A
er is mist
B
er is zonneschijn
C
het vriest
D
het is drie uur

Slide 9 - Quiz

Donne la traduction de:
"il fait beau"
A
het is slecht weer
B
het is mooi weer

Slide 10 - Quiz