Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
2223 4G N wk 03 les 1 + 2
LIEBE LEUTE,
DAS PROGRAMM FÜR HEUTE:
Verben kurze Wiederholung
Oefentoets Werkwoorden
Voltooid deelwoord
üben
An die Arbeit
1 / 37
suivant
Slide 1:
Diapositive
Duits
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4
Cette leçon contient
37 diapositives
, avec
quiz interactifs
,
diapositives de texte
et
1 vidéo
.
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
LIEBE LEUTE,
DAS PROGRAMM FÜR HEUTE:
Verben kurze Wiederholung
Oefentoets Werkwoorden
Voltooid deelwoord
üben
An die Arbeit
Slide 1 - Diapositive
Lernziele
Ik weet hoe goed ik mijn huiswerk gemaakt had
Ik kan de grammatica van de werkwoorden toepassen
Slide 2 - Diapositive
werkwoord haben
ich habe
du hast
er/sie/es hat
wir haben
ihr habt
sie/Sie haben
werkwoord sein
ich bin
du bist
er/sie/es ist
wir sind
ihr seid
sie/Sie sind
Slide 3 - Diapositive
LessonUp
Lessonup.com
Inloggen
Office365 / Google (gebruik Assink account)
Klascode: khphy
Slide 4 - Diapositive
Slide 5 - Vidéo
ARBEITSBLATT
Boek dicht
Maak de opgaven op het oefenblad
IEDEREEN KLAAR?
Antwoorden kontroleren
Antwoorden verbeteren
timer
5:00
Slide 6 - Diapositive
Slide 7 - Diapositive
Voltooid deelwoord
Regelmatige werkwoorden
Sein = gewesen (geweest)
Haben = gehabt (gehad)
SCHRIJF IN JE BOEK ONDERAAN BLADZIJDE 11:
Regelmatige werkwoorden = ge + stam + t
- Stam -s -z -ß -ss (s-klank) = ge + stam + t
- Stam -d -t = ge + stam +
e
t
- be- ver- / -ieren = stam + t
Slide 8 - Diapositive
voltooid deelwoord Duits
ZWAKKE (regelmatige) werkwoorden zijn regels voor:
Slide 9 - Diapositive
GRAMMATIK: VOLTOOID DEELWOORD
Voltooid deelwoord Duits
STAPPENPLAN:
haben of sein? JA = invullen NEE = stap 2
start/eind op be- ver- -ieren (er-)? JA = stam+t NEE = stap 3
Werkwoord is regelmatig, dus JA = ge + stam + (
e
)t
Slide 10 - Diapositive
wat is het voltooid deelwoord van:
kaufen
Slide 11 - Question ouverte
wat is het voltooid deelwoord van:
reden
Slide 12 - Question ouverte
wat is het voltooid deelwoord van:
haben
Slide 13 - Question ouverte
wat is het voltooid deelwoord van:
lachen
Slide 14 - Question ouverte
wat is het voltooid deelwoord van:
reservieren
Slide 15 - Question ouverte
wat is het voltooid deelwoord van:
retten
Slide 16 - Question ouverte
wat is het voltooid deelwoord van:
bestellen
Slide 17 - Question ouverte
wat is het voltooid deelwoord van:
sein
Slide 18 - Question ouverte
wat is het voltooid deelwoord van:
tanzen
Slide 19 - Question ouverte
wat is het voltooid deelwoord van:
rauchen
Slide 20 - Question ouverte
wat is het voltooid deelwoord van:
rauchen
Slide 21 - Question ouverte
wat is het voltooid deelwoord van:
arbeiten
Slide 22 - Question ouverte
AN DIE ARBEIT
Hausaufgaben Buch Kapitel 3 Unterwegs:
Ab Seite 5 Seite 12
Aufgaben 2 b.z. 8 Grammatik-Aufgaben 1+2
Kennen/kunnen/leren:
Seite 9-10-11 Grammatik Werkwoorden
Werken aan de poster
Slide 23 - Diapositive
Auf Wiedersehen!
Slide 24 - Diapositive
warten
Wir _________ schon lange!
A
warte
B
warten
C
wart
D
wartet
Slide 25 - Quiz
sein
_________ du morgen zu Hause?
A
Bin
B
Bis
C
Bint
D
Bist
Slide 26 - Quiz
reisen
_________ du morgen nach Italien?
A
Reisst
B
Reise
C
Reisen
D
Reist
Slide 27 - Quiz
wohnen
Wie lange ________ ihr schon hier?
A
wohnt
B
wohnen
C
wohnet
D
wohne
Slide 28 - Quiz
zahlen
_________ Sie die rechnung, bitte?
A
Zahlen
B
Zahlt
C
Zahle
D
Zahlst
Slide 29 - Quiz
mieten
Er _________ diese Wohnung seit Januar.
A
mietest
B
mietst
C
mietet
D
mieten
Slide 30 - Quiz
haben
__________ ihr Haustiere?
A
Hast
B
Hat
C
Habt
D
Habet
Slide 31 - Quiz
gehen
Wo ________ du hin?
A
gehe
B
geht
C
gehest
D
gehst
Slide 32 - Quiz
enden
Wie spät _______ dieses Konzert?
A
endet
B
enden
C
endst
D
endest
Slide 33 - Quiz
tanzen
Meine Eltern _________ gerne Tango.
A
tanzet
B
tanzt
C
tanzst
D
tanzen
Slide 34 - Quiz
lassen
Ich ________ dich gehen.
A
lasse
B
lassen
C
lass
D
lasst
Slide 35 - Quiz
AN DIE ARBEIT
Hausaufgaben Buch Kapitel 3 Unterwegs:
Ab Seite 5: Aufgaben 2 b.z. 8
Seite 12: Grammatik-Aufgaben 1+2
Kennen/kunnen/leren:
Seite 9-10-11: Grammatik Werkwoorden
Oder an die Arbeit mit Poster-Stadt
Slide 36 - Diapositive
Voltooid deelwoord
Sein = gewesen (geweest)
Haben = gehabt (gehad)
Regelmatige werkwoorden = ge + stam + t
Stam -d -t = ge + stam + et
Slide 37 - Diapositive
Plus de leçons comme celle-ci
2223 4G H wk 02 les 1
Août 2021
- Leçon avec
18 diapositives
Duits
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4
2223 4G N wk 03 les 3
Septembre 2022
- Leçon avec
21 diapositives
Duits
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4
2223 4G H wk 02 les 2
Août 2022
- Leçon avec
15 diapositives
Duits
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4
2223 4G H wk 02 les 3-4
Septembre 2022
- Leçon avec
24 diapositives
Duits
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4
2223 4G N wk 03 les 4
Septembre 2022
- Leçon avec
25 diapositives
Duits
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4
Oefentoets DT4A+herhaling Grammatik Toetsweek 1
Octobre 2023
- Leçon avec
42 diapositives
Duits
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4
2324 4G wk 01 les 1+2
Septembre 2023
- Leçon avec
30 diapositives
Duits
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4
Week 02.1 Kapitel 1 Les 2
Août 2022
- Leçon avec
25 diapositives
Duits
Middelbare school
vmbo g, t
Leerjaar 3