Martes, 8 de octubre schrijfvaardigheid

6V


el vídeo 
busca el error
feedback + reescribir tu carta

1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
SpaansMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 6

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

6V


el vídeo 
busca el error
feedback + reescribir tu carta

Slide 1 - Diapositive

30 
Polonia
100
tareas domésticas
2000
Reino Unido



Slide 2 - Diapositive

Busca el error
1. He hecho seguido un curso de surf.
2. El nivel era más bajo.
3. Estimado señor,
4. El importe puedes ingresar en mi cuenta.
5. No soy satisfecha.
6. Se anuló las posibilidades de hacer deporte.
7. La familia era muy antipático.
8. Los instructores fueron no motivados. 

Slide 3 - Diapositive

Las tareas:
* herschrijf je klachtenbrief en lever de nieuwe versie in via SOM.
* Maak schrijfopdracht 2 van de mini-reader en lever deze in via SOM.
* Leer de examenvocabulaire die voor de les van maandag 14/10 op SOM staat.

Slide 4 - Diapositive

Hoe kun je je goed voorbereiden op deze EDT?
1. Grammatica leren (hay/ser/estar, concordantie, gerundio, presente perfecto, imperfecto, indefinido, futuro, condicional en subjuntivo (vooral onregelmatige).
2. Belangrijkste/handigste zinnetjes voor klachten- en sollicitatiebrief uit je hoofd leren NS (PA boek 4 blauwe kaders + aantekeningen + oefenbrieven)
3. Layout van de Spaanse brief weten
4. Structuur/inhoud van de brief weten
5. Toelichting/uitleg bedenken bij werkervaring/kwaliteiten
6. Alle oefeningen maken uit PA boek 4 + feedback oefenbrieven serieus  verwerken!

Slide 5 - Diapositive

Carta 2

Una carta de solicitud

Slide 6 - Diapositive

De eerste zin van een brief
  • El objeto de la presente es… Het doel van deze brief is…
  • La presente tiene por objeto… Deze brief heeft tot doel…
  • En respuesta (o contestación) a su carta de la
    fecha 16 de octubre…  In antwoord op uw brief van 16 oktober...
  • Me dirijo atentamente a usted(es) para… Ik richt mij beleefd tot u om…

Slide 7 - Diapositive

La mejor carta de solicitud contiene:
  1. Een goede opzet en structuur
  2. Maak alinea's en per alinea één onderwerp
  3. Overgang van alinea naar alinea met een voegwoord/inleidende zin
  4. Uitleg/toelichting geven op wat je zegt (werkervaring, kwaliteiten, waarom dat past bij die vacature etc.)
  5. De juiste grammatica volgens de eisen (gerundio, perfecto, imperfecto, indefinido, futuro, condicional y subjuntivo).
  6. Zo min mogelijk grammaticale fouten zodat je zin begrijpelijk is.
  7. De vacature eisen komen terug in je sollicitatiebrief en alle informatie die je geeft is zinvol voor je mogelijke werkgever.

Slide 8 - Diapositive

Las trampas - De valkuilen
1. Bezittelijk voornaamwoord: su en geen usted (=persoonlijk voornaamwoord)
2. Ser/estar: wanneer gebruik je welke?
3. U als meewerkend/lijdend voorwerp: ik schrijf u een brief --> le/les escribo una carta
4. Por/para: para = om te en voor, por = door (bijna altijd gebruik je para)
5. Bien of bueno/a: trabajar bien (=bijwoord), ser bueno/a en (=bijv nw)
6. Y en e: soy amable e inteligente / soy inteligente y amable
7. Herhaling van dezelfde woorden binnen een alinea: trabajar of trabajo of gustaría trabajar etc.
Of bijvoorbeeld steeds 'me gusta ...' i.p.v. afwisselen met 'me gustaría', 'quisiera', 'querría'
8. Herhaling van dezelfde soort zin in verschillende alinea's.


Slide 9 - Diapositive

Ojo: los errores
  1. Als je bij de aanhef 1 persoon hebt, dan moet je in je brief ook 1 persoon hanteren en niet ustedes requieren opschrijven bijv.
  2. Een ander is in het Spaans otro/otra (dus zonder een)
  3. hoeveelheden komen in het Spaans voor het zelfstandige naamwoorden: poco/mucho/primero etc.
  4. Als je een chica bent, dan moet je dat niet vergeten als je bijvoeglijke naamwoorden gebruikt: soy buena en...
  5. Denk aan de regels voor het ww zijn: wanneer gebruik je welke zijn?

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Hoe kun je je goed voorbereiden op deze SEtoets?
1. de grammatica leren (hay/ser/estar, concordantie, gerundio, presente (onregelmatige ww, perfecto, imperfecto, indefinido, futuro, condicional en subjuntivo).
2. de belangrijkste/handigste zinnetjes voor klachten- en sollicitatiebrief uit je hoofd leren ned-spa
3.de layout van de Spaanse brief weten
4. structuur/inhoud van de brief weten
5. toelichting/uitleg bedenken bij werkervaring/kwaliteiten.

Slide 12 - Diapositive

Schrijf een verbindingswoord op en español

Slide 13 - Question ouverte

Vertaal: Ik zou u (ev) graag informatie vragen (=pedir) over...

Slide 14 - Question ouverte

Vertaal: Bij voorbaat dank

Slide 15 - Question ouverte

Vertaal: Ik wil klagen over

Slide 16 - Question ouverte

Vertaal: ...voldoet (voldoen = cumplir) niet aan mijn verwachtingen

Slide 17 - Question ouverte

Tarea
Ga naar de classroom en open het document 'Brieven op volgorde leggen'. Je gaat de brieven beoordelen a.d.h.v. het beoordelingsmodel in je RB (p 86). Welke van de brieven is het minst goed en welke de beste? 
1) Leg de brieven op volgorde van minder goed naar goed. 
2) Beoordeel de beste brief aan de hand van het beoordelingsmodel

In groepjes van 2 a 3 personen

25 min

Zicht krijgen in hoe de docent naar jouw brief kijkt en deze beoordeelt. Zo weet je zelf wat je moet doen voor een goed cijfer. 


¿Qué?






¿Cómo?

Tiempo:

Objetivo:

Slide 18 - Diapositive

Foute zinnen (opdracht)
  1. Teneís una casa para mi?
  2. Digo diferente idiomas.
  3. ¿Cuando necesita una empleada?
  4. Hablo y escribo fluido holandés.
  5. Me gusta viajar mucho.
  6. Soy muy motivado y espero tener una respuesta rápida.
  7. Aprendo hablo español, inglés y aléman en el Alkwin Kollege de Uithoorn en Holanda.
  8. Yo hablo Holandesa, Inglesa y Aléman.
  9. Le agradezco de antemano su consideración y espero que obtener una respuesta.



Slide 19 - Diapositive

Foute zinnen (oplossing)
Haal 1 of meer fouten uit onderstaande zinnen:
  1. Teneís una casa para mi? = ¿Tiene(n) una casa para ?
  2. Digo diferente idiomas. = Hablo diferentes idiomas
  3. ¿Cuando necesita una empleada? = ¿Cuándo necesita(n) una empleada?
  4. Hablo y escribo fluido holandés. = Hablo y esbribo holandés con fluidez
  5. Me gusta viajar mucho. = Me gusta mucho viajar (1e ook goed, maar verschil in betekenis)
  6. Soy muy motivado y espero tener una respuesta rápida. = Estoy ...espero recibir una respuesta rápida
  7. Aprendo hablo español, inglés y aléman en el Alkwin Kollege de Uithoorn en Holanda. =
    Estoy aprendiendo a hablar español, inglés y alemán en el AK en Uithoorn en Holanda
  8. Yo hablo Holandesa, Inglesa y Aléman. = Hablo holandés, inglés y alemán
  9. Le agradezco de antemano su consideración y espero que obtener una respuesta. =
    Le(s) agradezco... y espero obtener una respuesta



Slide 20 - Diapositive

Foute zinnen (opdracht)
Haal 1 of meer fouten uit onderstaande zinnen:
  1. Quiero solicitar por el trabajo.
  2. Soy interesado en el puesto.
  3. He leído su advertencia de agencia de viajes.
  4. Soy una persona social, simpática y curiosidad
  5. ¿Es una posibilidad de alojamiento?
  6. Me gusta el trabajo pero tengo algunos preguntas.
  7. Me parece que este curso es un buen oportunidad.
  8. También me gustaría saber ¿dónde seré alojado y cuánto costaré?
  9. El trabajo parece divertido.
  10. ¿Qué son las actividades de el empleo?



Slide 21 - Diapositive

Foute zinnen (oplossing)
Haal 1 of meer fouten uit onderstaande zinnen:
  1. Quiero solicitar por el trabajo. = Quiero solicitar el puesto de ...
  2. Soy interesado en el puesto. = Estoy interesad@ en el puesto. 
  3. He leído su advertencia de agencia de viajes. = He leído su anuncio de agencia de viajes (advertencia = waarschuwing)
  4. Soy una persona social, simpática y curiosidad = Soy una persona social, simpática y curiosa. (la curiosidad = de nieuwsgierigheid).  
  5. ¿Es una posibilidad de alojamiento? = ¿Hay una posibilidad de alojamiento?
  6. Me gusta el trabajo pero tengo algunos preguntas. = Me gusta el trabajo pero tengo algunas preguntas.
  7. Me parece que este curso es un buen oportunidad.  =  Me parece que este curso es una buena oportunidad.
  8. También me gustaría saber ¿dónde seré alojado y cuánto costaré? = costará
  9. El trabajo parece divertido. = El trabajo me parece interesante
  10. ¿Qué son las actividades de el empleo? = ¿Qué son las actividades del empleo?



Slide 22 - Diapositive