Les 2: Klimaatzones VS

Startklaar
1 / 54
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo, mavo, havo, vwoLeerjaar 1-6

Cette leçon contient 54 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 70 min

Éléments de cette leçon

Startklaar

Slide 1 - Diapositive

Startklaar (3 min)

Docent begroet leerlingen, instrueert alle leerlingen om startklaar te zijn en legt materialen klaar.

Leerlingen zorgen ervoor dat zij alle benodigde spullen op tafel hebben, jas uit, mobiel in tas. (Zorg voor een nette en georganiseerde ruimte.)
Planning
Wat gaan we doen?
Programma

  • Terugblik
  • Lezen
  • Lesdoel
  • Voorkennis
  • Uilteg nieuwe stof
  • Controle van begrip
  • Opdrachten maken
  • Cornell aantekeningen maken
  • Doelencheck 
  • Afsluiting


Periode planning


Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Aanlandige wind
Opstuwing lucht
Condensatie
Neerslag
Opwarming lucht
Geen condensatie
Loefzijde
Lijzijde

Slide 3 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Vorige les
Terugblik

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Vorige les
Terugblik
A                D                C                B        

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Huiswerk check

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Klimaatfactor 4: 
Als je twee kaarten samenvoegt en kijkt naar het verschil tussen zomer- en wintertemperaturen, kun je eenvoudig zien dat hoe verder een gebied van de kust is, hoe extremer het weer wordt. 
En omgekeerd: hoe dichter bij de zee, hoe gematigder het klimaat is.

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Extra: Jong gebergte
Rocky Mountains
Oud gebergte
Appalachen

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

LEZEN 10 min
Lezen

Slide 9 - Diapositive

https://www.nu.nl/klimaat/6303415/al-een-jaar-recordtemperaturen-in-oceanen-tekenen-dat-opwarming-versnelt.html?referrer=https%3A%2F%2Fwww.google.com%2F
      Lesdoel
Vandaag gaan we leren over de verschillende klimaat- en landschapszones in de Verenigde Staten. 

We zullen ontdekken waar deze zones liggen, hoe je klimaatgrafieken kunt lezen om meer te weten te komen over het klimaat in deze gebieden, en welke landschapszones je kunt verwachten in elk van deze klimaatzones.

Slide 10 - Diapositive

Het lesdoel (2 min) 

Docent benoemt het lesdoel en bespreekt kort wat de leerlingen zullen leren en waarom dit belangrijk is.

Leerlingen luisteren naar de leerdoelen en krijgen een duidelijk beeld van wat er van hen verwacht wordt tijdens de les. Uitleg van leerdoelen, korte discussie over belang van de leerdoelen
      Lesdoel
Waarom denk je dat het belangrijk is om te weten welke klimaat- en landschapszones er zijn in de Verenigde Staten? 

Wat voor soort landschappen zou je verwachten in de Verenigde Staten?

Slide 11 - Diapositive

Het lesdoel (2 min) 

Docent benoemt het lesdoel en bespreekt kort wat de leerlingen zullen leren en waarom dit belangrijk is.

Leerlingen luisteren naar de leerdoelen en krijgen een duidelijk beeld van wat er van hen verwacht wordt tijdens de les. Uitleg van leerdoelen, korte discussie over belang van de leerdoelen
Voorkennis
1. De leerlingen kennen ten minste vijf klimaatfactoren.

2. De leerlingen weten wat een klimaatgrafiek is.

3. De leerlingen weten het verschil tussen klimaat en landschap.

Slide 12 - Diapositive

Welke voorkennis is nodig voor het doel.
Controleer of de leerlingen deze voorkennis beheersten door het stellen van Controle van Begrip vragen
Klimaat

Klimaat:
Gemiddelde temperatuur 
en neerslag in een gebied.

Klimaatzone:
(....) in een grotere regio

Slide 13 - Diapositive

Hoe hoge hoe kouder.
Hoe verder van de evenaar hoe kouder.
Landschapszones
Combinatie van bodem, water, flora en fauna en lucht (met klimaat als onderdeel)
klimaatzones
 Een gebied met min of meer hetzelfde klimaat

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Klimaten in de V.S.

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat, waar, waarom?

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Köppen

Slide 17 - Diapositive

Hoe hoge hoe kouder.
Hoe verder van de evenaar hoe kouder.
Köppen
Aw
Warme temperaturen met droge en natte seizoenen.
Cf
Vochtig klimaat met gematigde temperaturen, hele jaar neerslag
Cs
Warme, droge zomers en milde, natte winters.
BS
Droge gebieden met geringe neerslag.
BW
Zeer droog klimaat met weinig tot geen neerslag.
Df
Koude winters, warme zomers, gelijkmatige neerslagverdeling.
EH
Koud klimaat op grote hoogte met veel sneeuw en ijs.

Slide 18 - Diapositive

Hoe hoge hoe kouder.
Hoe verder van de evenaar hoe kouder.
Klimaatgrafiek
Kenmerk
Zomer
Winter
Temperatuur zomer
Temperatuur winter
Neerslag zomer
Neerslag winter
Dus dit klimaat

Slide 19 - Diapositive

Hoe hoge hoe kouder.
Hoe verder van de evenaar hoe kouder.
Tropische klimaten
Tropisch regenwoudklimaat Af
- temp. altijd boven de 18 graden
- hele jaar door neerslag
- kent geen seizoenen - altijd warm
- dichte begroeiing 
Savanneklimaat As/w
- gem. temp. rond de 18 graden
- neerslag is onregelmatig
- natte en droge periode
- groei bomen, struiken en gras

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Droge klimaten
Steppe klimaat (BS)
- gem. temp. 18 graden
- korte periode neersag
- groeit wat gras en struiken


Woestijn klimaat (BW)
- wisselende temperatuur
- nauwelijks tot geen neerslag
- groeit vrijwel niets

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Gematigde klimaten
Middellandse zeeklimaat (Cs/w):
- nooit gemiddeld kouder dan -3 graden
- droog winter of zomer
- invloed van de zee
- loofbomen


Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Gematigde klimaten
(Gematigde) zeeklimaat (Cf):
- temperatuur in de zomer en winter gematigd zacht
- hele jaar door neerslag
- invloed van de zee
- loofbomen


Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Continentale klimaten
Landklimaat (Df)
- warme zomers, koude winters
- hele jaar door neerslag vooral in zomer
- naaldbomen

Slide 24 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Polaire klimaten
Toendraklimaat (ET)
- temp. komt niet boven de 10 gr.
- neerslag hele jaar wisselend
- groeit enkel gras en mos

Poolklimaat (EF)
- temp. altijd gem. 0 graden
- neerslag heel jaar door
- geen seizoenen - altijd koud
- groeit vrijwel niets

Slide 25 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hooggebergteklimaat

Slide 26 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Kortom: Klimaat kenmerken
A TROPISCH KLIMAAT: warmer dan 18 graden en veel neerslag 
B DROOG KLIMAAT:  hele jaar weinig neerslag - droog
C ZEEKLIMAAT: koele zomers en zachte winters - neerslag 
D LANDKLIMAAT: hete zomers en koude winters - neerslag
E POOLKLIMAAT:  hele jaar lage temperaturen - koud

Uit het hoofd leren!

Slide 27 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 28 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Landschapszones


Gebieden met vergelijkbare 
natuurlijke kenmerken, 
zoals klimaat, vegetatie, 
en bodem.


Slide 29 - Diapositive

Hoe hoge hoe kouder.
Hoe verder van de evenaar hoe kouder.
Landschapszones
Savanne                           Gematigd loofbos            Mediterrane vegetatie      Steppe
Woestijn                            Taiga                                   Hooggebergte

Slide 30 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Controle van begrip:
Wat is het verschil tussen een landschapszone en een klimaatzone?

Slide 31 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Klimaatzone
Landschapszone
Aw
Cf
Cs
BS
BW
Df
EH
Savanne
Gematigd loofbos
Mediterrane vegetatie
Steppe
Woestijn
Taiga
Hooggebergte

Slide 32 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Controle van begrip:
Geef aan welke klimaatzone Florida heeft,
en leg kort uit welk kenmerk deze zone heeft.

Slide 33 - Question ouverte

Florida ligt in de Aw-klimaatzone (Tropisch savanneklimaat). Deze zone wordt gekenmerkt door warme temperaturen en seizoensgebonden neerslag met droge winters en natte zomers.
Controle van begrip:
Noem twee klimaatzones die passen bij de
droge gebieden van de Verenigde Staten en geef voor elke zone een kenmerkende landschapszone.

Slide 34 - Question ouverte

BS (Steppeklimaat): De bijbehorende landschapszone is steppe, een droge grasvlakte.

BW (Woestijnklimaat): De bijbehorende landschapszone is woestijn, gekenmerkt door zeer weinig neerslag en een dor landschap.
Controle van begrip:
Welke klimaatzone is kenmerkend voor zuidwest VS?
en leg uit hoe deze klimaatzone verschilt van het gematigde klimaat in andere delen van de VS.

Slide 35 - Question ouverte

De kenmerkende klimaatzone voor het zuidwesten van de VS, zoals Californië, is de Cs-klimaatzone (Middellandse Zeeklimaat). Dit klimaat verschilt van het gematigde klimaat in andere delen van de VS door droge, warme zomers en milde, natte winters.
Controle van begrip:
Noteer welke klimaatzone Alaska heeft,
en leg uit welke landschapszone daarbij hoort.

Slide 36 - Question ouverte

Alaska heeft een Df-klimaatzone (Gematigd landklimaat of koud landklimaat). De bijbehorende landschapszone is de taiga, een uitgestrekt naaldbos dat kenmerkend is voor koude gebieden met lange winters.
Zelf aan de slag
In het zuiden van de Verenigde Staten, in gebieden zoals Florida, is het klimaat van het type Aw. Deze klimaatzone staat bekend om … 1 … (droge winters / natte winters) en … 2 … (hete zomers / milde zomers).

-> Vul de cijfers 1 en 2 in met de juiste antwoorden.

Slide 37 - Diapositive

Droge winters
Hete zomers
Zelf aan de slag
In het binnenland van de Verenigde Staten, vooral in de gebieden van de Great Plains, komt het steppeklimaat (BS) voor. Dit klimaat wordt gekenmerkt door … 1 … (lage neerslag / hoge neerslag) en een landschap van … 2 … (woestijn / graslanden).

-> Vul de cijfers 1 en 2 in met de juiste antwoorden.

Slide 38 - Diapositive

Lage neerslag
Graslanden
Zelf aan de slag
In de bergen van de westelijke Verenigde Staten, zoals de Rocky Mountains, is het klimaat van het type EH (hooggebergteklimaat). Dit klimaat wordt gekenmerkt door … 1 … (hoge temperaturen / lage temperaturen) en veel … 2 … (sneeuw / regen) in de wintermaanden.

-> Vul de cijfers 1 en 2 in met de juiste antwoorden.

Slide 39 - Diapositive

Lage temperaturen
Sneeuw
Zelf aan de slag
Langs de oostkust van de Verenigde Staten komt het Cf-klimaat voor. Dit gematigde klimaat heeft … 1 … (hete zomers / milde zomers) en … 2 … (koude winters / zachte winters).

-> Vul de juiste antwoorden in achter de cijfers 1 en 2

Slide 40 - Diapositive

Hete zomers
Zachte winters
     Kleine afsluiting
Aw-klimaat
Cf-klimaat
Cs-klimaat
BS-klimaat
BW-klimaat
Df-klimaat
EH-klimaat
Klimaatzone
Landschapszone
Klimaatgrafiek

Slide 41 - Diapositive

Kleine lesafsluiting (5 min) 

Docent controleert begrip door opdrachten of vragen die de begrippen en vaardigheden van het lesdoel toetsen.

Leerlingen werken zelfstandig of in een groepje aan opdrachten, kunnen vragen stellen aan de docent maar werken grotendeels zelfstandig.

Controle van begrip vragen
(Aan)tekeningen
Tekening 1.
Klimaatzones VS
Tekening 2.
Landschapszones VS

Slide 42 - Diapositive

Zelfstandige verwerking (10 min)
Zelfstandig verwerken (ik → jij) 10 min. Docent laat leerlingen zelfstandig werken aan de eindopdracht of een debatstelling, beschikbaar voor hulp indien nodig.

Werken aan eindopdracht, zelfstandig of in groepen 

Slide 43 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Zelf aan de slag
Wat - maken opdracht 6 van paragraaf 1.1
Hoe - alleen in stilte.
Hoelang - 10 min.
Hulp nodig - docent loopt rond (steek je vinger op).
Klaar - vraag een nakijk stencil


Slide 44 - Diapositive

Zelfstandige verwerking (10 min)
Zelfstandig verwerken (ik → jij) 10 min. Docent laat leerlingen zelfstandig werken aan de eindopdracht of een debatstelling, beschikbaar voor hulp indien nodig.

Werken aan eindopdracht, zelfstandig of in groepen 

     Grote afsluiting
Vandaag gaan we leren over de verschillende klimaat- en landschapszones in de Verenigde Staten.

We zullen ontdekken waar deze zones liggen, hoe je klimaatgrafieken kunt lezen om meer te weten te komen over het klimaat in deze gebieden, en welke landschapszones je kunt verwachten in elk van deze klimaatzones.


Slide 45 - Diapositive

Het lesdoel (2 min) 

Docent benoemt het lesdoel en bespreekt kort wat de leerlingen zullen leren en waarom dit belangrijk is.

Leerlingen luisteren naar de leerdoelen en krijgen een duidelijk beeld van wat er van hen verwacht wordt tijdens de les. Uitleg van leerdoelen, korte discussie over belang van de leerdoelen
retrieval practice
https://quizlet.com/join/A5xDxSXpV?i=1fo1jg&x=1bqt

Slide 46 - Diapositive

Retrieval practice (10 min)
Docent geeft de leerlingen de tijd om zelf te oefenen met de lesstof en biedt ondersteuning indien nodig.

Leerlingen oefenen zelf met de lesstof door begrippen te oefenen met Quizlet, flashcards te maken en zichzelf te overhoren of topografie spellen online te doen.

Quizlet, flashcards maken, zichzelf overhoren, topografie spellen online

Slide 47 - Lien

Cet élément n'a pas d'instructions

 Vraag 1
Reproductie

In de Verenigde Staten komen verschillende klimaatzones voor, zoals het steppeklimaat en het tropische savanneklimaat. Elke klimaatzone heeft specifieke kenmerken.
-> Neem "Aw" over op het antwoordblad en zet erachter in welke delen van 
     de Verenigde Staten dit klimaat voorkomt.
-> Neem "BS" over op het antwoordblad en zet erachter welk kenmerkend 
     landschap bij dit klimaat hoort.

Slide 48 - Diapositive

Aw: Dit klimaat komt voor in het zuidelijke deel van Florida.
BS: Het bijbehorende landschap bij het BS-klimaat is de steppe, een droge grasvlakte.
Vraag 2 
Toepassing 1

De Rocky Mountains hebben een belangrijk effect op het klimaat in de omliggende gebieden, waarbij zowel de loefzijde als de lijzijde verschillen in neerslag laten zien.
-> Neem "loefzijde" over op het antwoordblad en zet erachter waarom deze 
     zijde meer neerslag ontvangt.
-> Neem "lijzijde" over op het antwoordblad en zet erachter waarom deze 
     zijde vaak droger is.

Slide 49 - Diapositive

Loefzijde: De loefzijde ontvangt meer neerslag omdat de lucht wordt opgestuwd door de bergen, afkoelt, en condenseert, wat leidt tot regen.
Lijzijde: De lijzijde is droger omdat de lucht, nadat het zijn vocht heeft verloren aan de loefzijde, daalt en opwarmt, wat zorgt voor een droog, woestijnachtig klimaat (regenschaduw).
Vraag 3 
Toepassing 2

Het mediterrane klimaat komt voor langs de westkust van de Verenigde Staten. Dit klimaat heeft invloed op de landbouw en het dagelijks leven in deze regio.
-> Neem "zomer" over op het antwoordblad en zet erachter hoe het weer in
     de zomer is in een mediterrane klimaatzone.
-> Neem "winter" over op het antwoordblad en zet erachter hoe het weer in 
     de winter is in een mediterrane klimaatzone.

Slide 50 - Diapositive

Zomer: In de zomer is het weer in een mediterrane klimaatzone warm en droog.
Winter: In de winter is het weer in een mediterrane klimaatzone mild en nat.
Vraag 4 
Inzicht

In de Verenigde Staten komen zowel natte als droge klimaten voor. Elk klimaat heeft zijn eigen kenmerken en effecten op het milieu en de bevolking.
-> Neem "BW" over op het antwoordblad en leg uit hoe dit klimaat bijdraagt 
     aan het ontstaan van woestijnen in de VS.
-> Neem "Cf" over op het antwoordblad en leg uit hoe de ligging aan zee 
     invloed heeft op dit klimaat.

Slide 51 - Diapositive

BW: Het BW-klimaat draagt bij aan het ontstaan van woestijnen in de VS door extreem lage neerslag en hoge temperaturen, die verdamping versterken.
Cf: De ligging aan zee beïnvloedt het Cf-klimaat door milde winters en gematigde zomers te brengen, dankzij de nabijheid van de oceaan, die temperatuurverschillen dempt.
Werkvorm: klimaatgrafieken
A
B
C
D
E
F

Slide 52 - Diapositive

A = New York (2)
B = Minneapolis (6)
C = Seattle (5)
D = Miami (3)
E = Phoenix (1)
F = Dallas (4)
Rocky Mountains (Canada)
Appalachen (Verenigde Staten)
Great Plains (Verenigde Staten)
Great Basin (Verenigde Staten)
Coloradocanyon (Verenigde Staten)
Cedros (Mexico)
Chihuahuawoestijn (Verenigde Staten / Mexico)
Mississippidelta (Verenigde Staten)
Everglades (Verenigde Staten)

Slide 53 - Diapositive

Welke landschappen komen er voor in de VS?

Voorkennis ophalen - leerlingen van Mavo 2 hebben deze thema in periode 3 als leerstof gehad)
 

Landschappen in de VS
1. Twee grote gebergten
  • Appalachen -> oostkust
  • Rocky Mountains -> Westkust
2. Binnenland = vlak
    • Centrale Laagvlakte (< 500 m)
    • Great Plains (>500m)
    3. Oostkust
    • kustvlakte
    4. Westkust: 
    • vruchtbaar langs de kust    
    • woestijn verder het binnenland in
    Rocky Mountains met de bekende kloof Grand Canyon
    De Appalachen, een gebergte met veel bomen.
    De Great Plains: groot vlak gebied in het midden van de VS. 
    Hier lopen koeien los op uitgestrekt grasland = extensieve veeteelt.
    De kustvlakte in het zuiden heeft een warm klimaat. Hier wordt katoen verbouwd.
    In de Centrale Laagvlakte vind je grote boerderijen. Er wordt bv. maïs verbouwd op de enorme akkers. Er wordt veel met machines gewerkt om zoveel mogelijk opbrengst te halen uit elke hectare grond. 
    Dit heet: intensieve veeteelt.
    Het Great Basin is voornamelijk woestijn omdat het achter het gebergte Sierra Nevada ligt. Hier is het heetste en droogste punt van de VS: Death Valley. Het kan hier meer dan 50 graden Celsius worden!
    In Californië is het klimaat gunstig: warm in de zomer en zacht in de winter. Hier verbouwen de boeren fruit en zie je veel wijnboeren.
    Wel is irrigatie nodig omdat er niet genoeg neerslag valt.

    Slide 54 - Diapositive

    Cet élément n'a pas d'instructions