Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
Sich vorstellen und Wiederholung Grammatik
Sich vorstellen und Wiederholung Grammatik
1 / 21
suivant
Slide 1:
Diapositive
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
Cette leçon contient
21 diapositives
, avec
quiz interactifs
et
diapositives de texte
.
La durée de la leçon est:
45 min
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Sich vorstellen und Wiederholung Grammatik
Slide 1 - Diapositive
Name: Frau de Beer
Alter: 26
Kinder: 1 (Lotte)
Hobby: in die Stadt gehen
mich mit Freunden treffen
Ski fahren
Dienstag, Donnerstag und Freitag in der Schule anwesend
adb@jtc-roosendaal.nl
Slide 2 - Diapositive
Regeln
Alle regels die op school gelden, gelden ook bij mij in de les!
We houden de plattegrond aan!
Slide 3 - Diapositive
Welche Fragen habt ihr für mich?
Slide 4 - Diapositive
Ik ken de grammatica van hoofdstuk 1,2,3,4 en 5 al heel goed
JA
NEE
EEN BEETJE
Slide 5 - Sondage
Wisst ihr es noch? Die Verben haben und sein
ich
du
er/sie/es
wir
ihr
sie/Sie
habe
haben
hast
haben
habt
hat
Slide 6 - Question de remorquage
Wisst ihr es noch? Die Verben haben und sein.
ich
du
er/sie/es
wir
ihr
sie/Sie
bin
bist
ist
sind
seid
sind
Slide 7 - Question de remorquage
ich
du
er/sie/es
wir
ihr
sie/Sie
Werden
werden
werdet
wirst
werde
wird
werden
Slide 8 - Question de remorquage
(sein) du seine Freundin?
Slide 9 - Question ouverte
haben: _______ er sein Buch mit?
Slide 10 - Question ouverte
Lidwoorden
Wanneer gebruiken we het lidwoord 'der'?
Slide 11 - Question ouverte
Lidwoorden
Wanneer gebruiken we het lidwoord 'die'?
Slide 12 - Question ouverte
Lidwoorden
Wanneer gebruiken we het lidwoord 'das'?
Slide 13 - Question ouverte
Onbepaald lidwoord: ein/kein
Wanneer komt er een -e achter?
Slide 14 - Question ouverte
Zet het juiste zelfstandig naamwoord bij het onbepaald lidwoord
ein/kein
eine/keine
Polizist
Arzt
Polizistin
Kuh
Tier
Schwester
Bruder
Kater
Pferd
Kind
Mutter
Vater
Slide 15 - Question de remorquage
Wat zijn de bezittelijke voornaamwoorden in het Duits?
A
ich, du, er, sie, es, wir, ihr, sie/Sie
B
mein(e), dein(e), sein(e), unsere(e), eure/euer, ihr(e), Ihr(e)
C
mich, dich, ihn, sie, uns, euch, sie/Sie
D
der, die, das, die
Slide 16 - Quiz
Sleep de Nederlandse betekenis naar de
Duitse bezittelijke voornaamwoorden.
mein
dein
sein
ihr
unser
euer
Ihr
zijn
onze/ons
jullie
mijn
uw
jouw
haar/hun
Slide 17 - Question de remorquage
Vertaal:
(mijn) Suppe
Slide 18 - Question ouverte
Vertaal:
(zijn) Vater
Slide 19 - Question ouverte
Vertaal:
(uw) Blumen
Slide 20 - Question ouverte
Ik ken de grammatica tot nu toe goed
ja
nee
Slide 21 - Sondage
Plus de leçons comme celle-ci
Les 1- M3- wk 36
Septembre 2022
- Leçon avec
37 diapositives
Duits
Middelbare school
mavo
Leerjaar 3
Anne Frank, ihr kurzes Leben
Septembre 2022
- Leçon avec
15 diapositives
par
Anne Frank House
History
Primary Education
Secondary Education
Age 11-13
Anne Frank House
Les 1- V3- wk 36
Septembre 2022
- Leçon avec
38 diapositives
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
3 Klas- 1 Stunde
Septembre 2024
- Leçon avec
48 diapositives
Duits
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 1
Haben und sein
Novembre 2023
- Leçon avec
19 diapositives
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Oefenles Toets Kapitel 1
Octobre 2023
- Leçon avec
42 diapositives
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
Grammatica VWO3
Mai 2024
- Leçon avec
44 diapositives
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2,3
Klasse 3..
Mars 2021
- Leçon avec
16 diapositives
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2