Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
Grammatik - zu, nach, in, an - Nr. 1
1 / 21
suivant
Slide 1:
Diapositive
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3-6
Cette leçon contient
21 diapositives
, avec
quiz interactifs
et
diapositives de texte
.
La durée de la leçon est:
45 min
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
www.google.nl
Slide 2 - Lien
nach (voorzetsel +3)
Wanneer gebruik je "
nach
" bij
het gaan
naar
een Stadt
het gaan
naar
een land zonder lidwoord
het gaan
naar
geografische richtingen
het gaan
naar
een continet
het gaan
naar
"oben, unten, links, rechts ..."
Slide 3 - Diapositive
zu (voorzetsel +3)
Wanneer gebruik je "
zu
" bij
het gaan
naar
een persoon
het gaan
naar
event met een lidwoord
het gaan
naar
openbare plaatsen / gebouwen met een lidwoord
Let op:
Uitzondering: "Ich gehe
nach
Hause." / "Ich bin
zu
Hause." = thuis zijn!!!
Slide 4 - Diapositive
in (voorzetsel +3/+4)
Wanneer gebruik je "
in
" bij
het gaan
in
openbare gebouwen (+4)
het gaan
in plaatsen
met een dak en muren (+4)
het gaan
naar
landen met een lidwoord (+4)
het gaan
naar
bergen (+4)
Slide 5 - Diapositive
an (voorzetsel +3/+4)
Wanneer gebruik je "a
n
" bij
het gaan
naar
rivieren (+4)
het gaan
naar
stranden (+4)
het gaan
naar
de zee, het meer(+4)
Slide 6 - Diapositive
Wähle die richtige Aussage
Het gaan naar:
zu
nach
in
an
naar personen
naar openbare gelegenheden
naar landen met een lidwoord
naar rivieren
naar landen zonder lidwoord
naar landen/streken die eindigen op "e, ie, ei"
als je ergens naar binnen gaat
Niederlande (mv), USA (mv)
Spanien, Italien
Schweiz, Iran
steden
+3
+3
+3/+4
+3/+4
Slide 7 - Question de remorquage
Wohin geht Kenan? - Kenan geht ______ Türkei.
A
in die
B
zu der
C
nach die
D
an das
Slide 8 - Quiz
Wo ist Kenan? - Kenan ist ______ Deutschland.
A
in
B
zu dem
C
nach
D
an dem
Slide 9 - Quiz
Wohin fährt Kenan? - Er fährt ______ Istanbul.
A
nach
B
nach dem
C
zu dem
D
zu
Slide 10 - Quiz
Wohin fahren Sie? - Ich fahre ______ Normandie.
A
an die
B
in die
C
nach dem
D
zu der
Slide 11 - Quiz
Wo sind Sie hingeflogen? - Ich bin ______ Vereinigten Staaten geflogen.
A
nach den
B
an die
C
in die
D
zu den
Slide 12 - Quiz
In meinem Urlaub fahre ich ______ Mittelmeer.
A
nach dem
B
an das
C
in das
D
zu dem
Slide 13 - Quiz
Wohin läufst du? - Ich laufe ______ Sporthalle.
A
nach der
B
zum
C
in die
D
zur
Slide 14 - Quiz
Ich möchte ______ Klara.
A
im
B
ans
C
zur
D
zum
Slide 15 - Quiz
Wir sind ______ Hause.
A
im
B
zu
C
zu der
D
in dem
Slide 16 - Quiz
Wohin gehst du? - Ich gehe ______ Stadtfest.
A
ins
B
nach dem
C
zum
D
in der
Slide 17 - Quiz
Wo fahrt ihr gerade hin? - Wir fahren gerade ______ Weser.
A
an die
B
ans
C
zum
D
nach der
Slide 18 - Quiz
Wir gehen heute Abend ______ Theater.
A
in das
B
ans
C
zu der
D
nach dem
Slide 19 - Quiz
Wo bist du? - Ich komme gerade ______ Hause.
A
nach dem
B
in das
C
zu dem
D
nach
Slide 20 - Quiz
Ich fliege ______ Malta und dann zurück ______ Niederlande.
A
nach / in die
B
zu / in den
C
zu / nach
D
in die / in die
Slide 21 - Quiz
Plus de leçons comme celle-ci
Grammatik - zu - nach - in - an
Mars 2022
- Leçon avec
16 diapositives
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3-6
A3/G3 13-05
Mai 2024
- Leçon avec
23 diapositives
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
'naar' auf Deutsch
Mai 2022
- Leçon avec
16 diapositives
Duits
Secundair onderwijs
De Voorzetsels naar, door & voor in het Duits
Septembre 2024
- Leçon avec
17 diapositives
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3
De Voorzetsels naar, door & voor in het Duits
Mars 2024
- Leçon avec
43 diapositives
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3
voorzetsels in-nach-zu-für-vor
Janvier 2024
- Leçon avec
26 diapositives
Duits
Middelbare school
mavo
Leerjaar 3
2021-05-11 Herhaling grammatica
Mai 2021
- Leçon avec
27 diapositives
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 5
oefenen kennistoets 2 Grammatik
Novembre 2021
- Leçon avec
42 diapositives
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3