Oefenen Middeleeuwen

De Middeleeuwen 
We gaan oefenen met herhalingsvragen en toetsvragen. Probeer alles zo serieus mogelijk te maken! Dan weet je al wat je weet en wat je nog moet aanscherpen.
1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.

Éléments de cette leçon

De Middeleeuwen 
We gaan oefenen met herhalingsvragen en toetsvragen. Probeer alles zo serieus mogelijk te maken! Dan weet je al wat je weet en wat je nog moet aanscherpen.

Slide 1 - Diapositive

Wat hoort NIET bij de vroege middeleeuwen?
A
Het leenstelsel
B
Het domeinstelsel
C
Steden
D
Het Christendom

Slide 2 - Quiz

Wat bleef gedurende de hele Middeleeuwen hetzelfde op cultureel gebied?
A
Het leenstelsel
B
Het domeinstelsel
C
Steden
D
Het Christendom

Slide 3 - Quiz

Wat veranderde er op politiek gebied in de late Middeleeuwen?
A
Koningen gingen centraliseren (centraal bestuur)
B
Het Feodalisme (leenstelsel) kwam op
C
Steden verdwenen
D
De Adel kreeg MEER macht

Slide 4 - Quiz

Vroege Middeleeuwen
Late Middeleeuwen
Leenstelsel
Domeinstelsel
Christendom
1000 - 1500
500 - 1000
Steden
Handel en geld
Centralisatie
Adel minder macht
Betere landbouwtechnieken

Slide 5 - Question de remorquage

Noem 1 ding dat gelijk blijft in de hele Middeleeuwen

Slide 6 - Question ouverte

Noem 1 ding dat verandert tussen de vroege en late Middeleeuwen

Slide 7 - Question ouverte

Wat is NIET waar over de tijd van Steden en Staten (late Middeleeuwen)
A
Er kwam een nieuwe ploeg
B
Het is een landbouwsamenleving
C
Men ging land ontginnen
D
Het is een landbouwstedelijke samenleving

Slide 8 - Quiz

Welke andere landbouwvernieuwing kwam er?
A
Het drieslagstelsel
B
Kunstmest

Slide 9 - Quiz

Leg uit wat een gilde is

Slide 10 - Question ouverte

Noem 1 voordeel van een gilde en 1 nadeel van een gilde voor een ambachstman

Slide 11 - Question ouverte

Wat is GEEN stadsrecht?
A
Zelf stadsmuren mogen bouwen
B
Zelf eten mogen verbouwen
C
Zelf recht spreken
D
Zelf munten mogen slaan

Slide 12 - Quiz

Waarom was het gunstig voor de koning om stadsrechten te geven aan een stad?

Slide 13 - Question ouverte

De koning raakte wel macht kwijt door het geven van stadsrechten. Welke politiek ging hij voeren om TOCH meer macht te krijgen?

Slide 14 - Question ouverte

Wat is NIET waar over de hanzesteden?
A
Het is een handelsverbond van steden
B
Ze konden samenwerken tegen concurrentie
C
Ze beschermden elkaar
D
Ze werkten niet samen

Slide 15 - Quiz

Wie is de baas van de kerk?
A
De Paus
B
De Bisschop
C
De Priester
D
De Aartsbisschop

Slide 16 - Quiz

Waarom gingen de christenen op kruistocht? Noem minstens 2 redenen

Slide 17 - Question ouverte

Leg uit wat een staat is

Slide 18 - Question ouverte