Engels Theme 5 - Grammar 13 - negations/ontkenningen met "have got"

Unit 2
Theme 2 - "Music"
Grammar notes: 87-92
1 / 32
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsVoortgezet speciaal onderwijs

Cette leçon contient 32 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 4 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Unit 2
Theme 2 - "Music"
Grammar notes: 87-92

Slide 1 - Diapositive

Wat moet je leren?
* Ordinal Numbers
* Days and Months
* Can /Can't
* Voacabulary page 90
* The Time
* Much /Many
* Have Got
* Phrases page 91 - 92


Slide 2 - Diapositive

Leerdoelen van deze les
* Je krijgt ruimte om je voor te bereiden op de toets
* Je leert hoe je ontkenningen met have got  en 
can / can't schrijft.
* Je leert dat je ontkenningen ook met "don't / doesn't" kunt schrijven.

Slide 3 - Diapositive

Voorkennis ophalen
In de volgende slide-dia's ga je eerst wat "negations" uit thema 2 herhalen met "to do".
Je kunt steeds verder klikken en antwoord geven.
Let op: punt achter de zin plaatsen.

Slide 4 - Diapositive

Maak de zin ontkennend.
The man cooks dinner in his bedroom.

Slide 5 - Question ouverte

Maak de zin ontkennend.
You have a wooden table in your toilet.

Slide 6 - Question ouverte

Maak de zin ontkennend.
This dolphin lives in our bathroom.

Slide 7 - Question ouverte

Maak de zin ontkennend.
My sister watches TV in her bedroom.

Slide 8 - Question ouverte

Instructie
Kijk in de volgende slide-dia naar het YouTube filmpje voor de instructie over "negations ... met have (got)".

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Vidéo

Slide 11 - Vidéo

Slide 12 - Vidéo

Slide 13 - Vidéo

Welke zin is GOED geschreven?
A
I hasn't got a kitchen in my house.
B
I haven't a houseboat.
C
You haven't do got a pillow on your bed.
D
My nephew hasn't got a sink in his kitchen.

Slide 14 - Quiz

Welke zin is GOED geschreven?
A
My grandparents haven't got a lawn for playing cricket.
B
We doesn't have a big fireplace in our house.
C
John's father hasn't have a farm.
D
Hasn't you got a big house?

Slide 15 - Quiz

Do have / Does have / Don't have / doesn't have
In de volgende 8 slide-dia's zie je steeds een kamer uit MineCraft. Schrijf je antwoorden op papier.
Als het WAAR is, schrijf je do have of does have.
Als het NIET WAAR is, schrijf je don't have of doesn't have.


Slide 16 - Diapositive

1. You .................. a blue chair.

Slide 17 - Diapositive

2. The room ................. a window.

Slide 18 - Diapositive

3. She .............. a plant in the room.

Slide 19 - Diapositive

4. We ................... lamps.

Slide 20 - Diapositive

5. I ....................... a toilet in my living room.

Slide 21 - Diapositive

6. The wall ................ a purple color.

Slide 22 - Diapositive

7. She .................... furniture.

Slide 23 - Diapositive

8. Peter ....................... curtains in his room.

Slide 24 - Diapositive

The 8 answers
1. don't have     2. does have      3. doesn't have    4. do have

5. don't have   6. doesn't have    7. does have    8. doesn't have

Slide 25 - Diapositive

Bedenk zelf 3 ontkennende zinnen met "have (got)" of "to do" over jouw woning.

Slide 26 - Question ouverte

Nog 'n opdracht: "negations met to do"
In de volgende slide-dia vind je een link naar de opdracht.

Slide 27 - Diapositive

Slide 28 - Lien

Vertel in je eigen woorden wat je nu in deze les hebt geleerd.

Slide 29 - Question ouverte

Heb je nog vragen aan de leerkracht over de lesstof?

Slide 30 - Question ouverte

Slide 31 - Diapositive

Slide 32 - Diapositive