Een recensie schrijven

Vandaag:
1. lezen
2. hw 
3.de opbouw van een recensie
4. start maken schrijven recensie
1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1,2

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Vandaag:
1. lezen
2. hw 
3.de opbouw van een recensie
4. start maken schrijven recensie

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Een recensie schrijven
Wat leer je?
Je leert wat een recensie is 
Je leert  hoe jij zelf een recensie moet schrijven.
Je leert  je mening  onderbouwen 

Slide 3 - Diapositive

Wat is een recensie?
Een recensie is een bespreking van een boek, film, computerspel, toneelstuk, televisieprogramma, etc.

In de volgende slide zien jullie een gesproken recensie van Frozen 2. 
Voor de duidelijkheid: jullie moeten een recensie schrijven.


Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Vidéo

Je gaat nu verschillende delen van het filmpje opnieuw kijken en een aantal vragen beantwoorden.

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Vidéo

Wat doet de recensent in dit fragment?
A
Hij geeft zijn mening.
B
Hij vertelt waar de film over gaat.

Slide 8 - Quiz

Slide 9 - Vidéo

Wat doet de recensent in dit fragment?
A
Hij geeft zijn mening.
B
Hij vertelt waar de film over gaat.

Slide 10 - Quiz

Beoordelingswoorden
  • Beoordelingswoorden zijn woorden waarmee je een beoordeling geeft over bijvoorbeeld een boek, film of iets anders.

Voorbeelden van beoordelingswoorden:
  • Spannend
  • Mooi
  • Ontroerend
  • Grappig

Slide 11 - Diapositive

Beoordelingswoorden

Slide 12 - Diapositive

Beoordelingswoorden

Slide 13 - Diapositive

Opdracht
 
Geef met vier beoordelingswoorden aan wat jij tot nu toe van je boek vindt (twee daarvan zeggen iets over wat het verhaal met je doet en twee zeggen iets over hoe realistisch je het verhaal vindt).

Slide 14 - Diapositive

Wat zijn beoordelingswoorden?
A
Woorden die vertellen waarom je iets vindt
B
Woorden die een verhaal vertellen.
C
Woorden die zeggen waar een verhaal over gaat..
D
Woorden waarmee je zegt wat je van iets vindt.

Slide 15 - Quiz

Welk woord in de zin is een beoordelingswoord?
'Die rode sportauto vind ik mooi.'
A
sportauto
B
mooi
C
rode
D
ik

Slide 16 - Quiz

Welke woorden zijn beoordelingswoorden?
A
Argument
B
Interessant
C
Spannend
D
Non-fictie

Slide 17 - Quiz

Je schrijft jouw recensie in een aantal stappen:
Inleiding:
1. .Vermeld relevante informatie (titel, schrijver, kwaliteit kantine van BC). Start met een pakkende inleiding. Beschrijf een spannende scène of quote uit het boek. Geef een algemene indruk maar zonder je mening: een samenvattinkje dus. 
Kern:
2. Geef je mening over het boek door beoordelingswoorden en argumenten te gebruiken. Gebruik hiervoor bijvoorbeeld personages, de schrijfwijze van de auteur, etc.

Slide 18 - Diapositive

vervolg stappenplan
Let op: 
Gebruik bij 2 en 3 voorbeelden uit het boek
Sterk: bespreek zowel positieve als negatieve punten uit het boek
Afsluiting:
Sluit je recensie af met een conclusie of vat je mening samen. Zou je dit boek wel of niet aanraden? 


Slide 19 - Diapositive

Succes!!!
Let op: Heel belangrijk
Onderbouw je mening met argumenten en geef voorbeelden.

Slide 20 - Diapositive

Houd deze volgorde aan:
1. Je schrijft op een ander blaadje alle 5w+h-vragen op en geeft er antwoord op.
2. Je schrijft eerst op waar je recensie over gaat en geeft een algemene indruk. Probeer het zo goed mogelijk te beschrijven, maar nog zonder je mening. Dat is je eerste alinea.
3. Ga daarna je mening beschrijven. Gebruik alinea's en eventueel tussenkopjes. Het is het handigst als je per beoordelingswoord één alinea schrijft.
4. Je mening moet je onderbouwen met redenen waarom je iets vindt (dat noemen we argumenten). En de reden waarom weer met voorbeelden.
Opdracht
 Iedereen schrijft  één recensie. Deze recensie kan bijvoorbeeld gaan over een boek dat je hebt gelezen, maar mag ook over de kwaliteit van onze kantine gaan. Onderbouw je mening duidelijk, zodat anderen ook iets met jouw recensie kunnen. 











Slide 21 - Diapositive