Les 8:Een dagje Colosseum

1 / 29
suivant
Slide 1: Diapositive
LatijnMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 29 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Vidéo

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Wat is de mening van Seneca over het pauzeprogramma?
A
Hoe meer bloed hoe beter. Vanochtend bij de venationes hebben we al veel bloed gezien, maar wij Romeinen willen altijd meer bloed zien. Geweldig, dat pauzeprogramma!
B
Vreselijk, al dat bloedvergieten! Daar moet een mens helemaal niet naar kijken. En het is ook nog eens heel oneerlijk, als ze geen bescherming hebben.

Slide 12 - Quiz

scheidsrechter
retiarius
publiek
secutor

Slide 13 - Question de remorquage

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Vidéo

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Diapositive

Wat roept een gladiator als hij smeekt om genade?
A
me libera
B
me interfice
C
mitte
D
si placet

Slide 21 - Quiz

Slide 22 - Diapositive

Bekijk de afbeelding. Je ziet hier het symbool Θ. Wat betekent dit?
A
winnaar
B
gestorven

Slide 23 - Quiz

Slide 24 - Diapositive

Wanneer was een gevecht ten einde en
wat gebeurde er dan?

Slide 25 - Carte mentale

Wat wordt bedoeld met de term tiro?
A
een gladiator die nog nooit gevochten heeft
B
gladiator die meerdere specialismen heeft
C
een gladiator die is vrijgelaten
D
iemand die geëxecuteerd wordt

Slide 26 - Quiz

Slide 27 - Diapositive

Dit is een graffiti van een gevecht tussen
Marcus Attilius en Hilarus Neronianus.
Wie heeft de meeste gevechtservaring?
A
Neronianus
B
Attilius

Slide 28 - Quiz

Wat is het lot van Neronianus? Dus wat
zou de letter M betekenen?
A
Hij is gedood door de beul. M staat voor mortuus.
B
Hij is gespaard. M staat voor missus.

Slide 29 - Quiz