4bk Thema 7.3 nieren

3. De nieren & urinewegen
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 4

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 5.15 min

Éléments de cette leçon

3. De nieren & urinewegen

Slide 1 - Diapositive

         Terug

Slide 2 - Diapositive

Functies van de lever

Slide 3 - Carte mentale

Wat doet gal?
A
Vet druppels vergroten
B
Vet druppels verkleinen
C
Vet verwijderen
D
Vet maken.

Slide 4 - Quiz

Wat is er bijzonder aan het bloed dat de poortader naar de lever brengt
A
Zuurstofrijk
B
Zuurstofarm
C
Voedselrijk
D
Voedselarm

Slide 5 - Quiz

Doel van de les: 
Je kunt de delen van de nieren en de urinewegen noemen met hun functie en kenmerken

Slide 6 - Diapositive

nieren

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Vidéo

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

blaas
Urinebuis

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

begrippen
nierslagader  - nierader
nierschors, niermerg, nierbekken
urine
urine leider
blaas
urinebuis

Slide 15 - Diapositive

Afvalstoffen volgen een weg door het lichaam. 
Zet de delen waar deze afvalstoffen langsgaan in de juiste volgorde. 
Zet het deel waar de afvalstoffen als eerste komen bovenaan. 
1
2
3
4
5
6
urine blaas
urine leider
Urine buis
nierslagader
aorta
nier

Slide 16 - Question de remorquage

Hieronder zie je een doorsnede van een nier. 
Zet de namen van de onderdelen op de juiste plaats.
nierbekken
nierschors
niermerg
urineleider
nierslagader
niersader

Slide 17 - Question de remorquage

Vervoert de urine vanuit de nieren naar de (urine)blaas.
Slaat de urine tijdelijk op
Via deze buis verlaat urine het lichaam
Hier worden afvalstoffen uit het bloed gehaald.
Niermerg en nierschors
Urineleider
Urineblaas
Urinebuis

Slide 18 - Question de remorquage

Als je te weinig gedronken hebt, dan produceren de nieren urine die donker van kleur is.
A
ja
B
nee

Slide 19 - Quiz

De nieren zorgen ervoor dat de hoeveelheid afvalstoffen in je bloed groter wordt.
A
ja
B
nee

Slide 20 - Quiz

Urine wordt tijdelijk opgeslagen in de nierbekkens, zodat je niet voortdurend hoeft te plassen.
A
ja
B
nee

Slide 21 - Quiz

Huiswerk


blz. 155 opdr. 9 t/m 13

Slide 22 - Diapositive