Vervalvergelijking opstellen
1 / 22
La durée de la leçon est: 45 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Diapositive
-20
-40
- 130
10
40
130
20
50
Slide 3 - Question de remorquage
Slide 4 - Diapositive
Slide 5 - Diapositive
Wanneer U-238 vervalt onder uitzending van een alfa deeltje ontstaat er ...
A
Th-234
B
Pu - 234
C
Th-242
D
Pu -242
Slide 6 - Quiz
Slide 7 - Diapositive
Wat is de vervalvergelijking van
Am-241 bij het uitzenden van een alpha deeltje?
Am-241 bij het uitzenden van een alpha deeltje?
Slide 8 - Question ouverte
Slide 9 - Diapositive
Slide 10 - Diapositive
Slide 11 - Diapositive
Wanneer Xe-137 vervalt onder uitzending van een bèta-deeltje ontstaat er ...
A
Cs- 136
B
I-136
C
Cs-137
D
I-137
Slide 12 - Quiz
Slide 13 - Diapositive
De vervalvergelijking van Ni-63 onder het uitzenden van een Betadeeltje.
Slide 14 - Question ouverte
Slide 15 - Diapositive
Slide 16 - Diapositive
In een radioactieve bron zijn alle atoomkernen instabiel.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 17 - Quiz
Bij radioactief verval neemt het aantal instabiele atoomkernen af.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 18 - Quiz
Het atoomnummer geeft het aantal neutronen in een kern.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 19 - Quiz
Het massagetal geeft het aantal protonen en neutronen in een kern.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 20 - Quiz
Isotopen zijn atomen met hetzelfde aantal neutronen en een verschillend aantal protonen.
A
Waar
B
Niet waar.
Slide 21 - Quiz
De atoomkern van koolstof -13 bestaat uit 6 protonen en 7 neutronen.
A
Waar
B
Niet waar
