BaW4_les 3_wetenschap in het heden en toekomst

• biologie
• HBO
• Studiejaar 4

Vandaag 

• biologie in de 21e eeuw
• Eigen kennis vergroten over wetenschap, filosofie en ethiek (stroming filosofie
  )
• Oefenen van kennis en in werkvormen implementeren Toepassen (weten). Hoe kan ik met kinderen filosoferen?
  

3. Wat is de naam van een oude tak van de natuurfilosofie?

1. flogiston
2. Aristotelisme
3. Alchemie
4. materialisme

Bij welk deelgebied hoort de vraag: is de mens een dier?

1. Sociale filosofie
2. Wetenschapsfilosofie
3. Wijsgerige antropologie
4. Metafysica

Wat houdt de wetenschappelijke revolutie in? Noem 3 wetenschappers.

Ik ben tegen zwerfafval omdat koeien die dat eten een maagbloeding krijgen en dood gaan.

1. objectief argument
2. subjectief argument
3. drogreden (generalisatie)
4. drogreden (onjuist beroep autoriteit)

In tegenstelling tot de antieke wetenschap baseert de moderne natuurwetenschap zich op

1. alledaagse ervaring
2. experimentele en mathematische methoden
3. abstracte logische redeneringen
4. oorzaak - gevolg redeneringen

4.De Wiener Kreis vindt dat wetenschapsfilosofen zich vooral bezig moeten houden met

1. context of discovery
2. context of verification
3. context of justification
4. context of falicfication

1. Wat is de naam van deze beroemde
en invloedrijke Amerikaanse
wetenschapsfilosoof en natuurkundige?

1. Kuhn
2. Popper
3. Marx
4. Kant

2. Een wetenschappelijke crisis treedt volgens Kuhn op

1. . wanneer het huidige wetenschappelijk paradigma concurrentie krijgt van andere paradigma’s
2. wanneer er teveel feiten zijn die niet binnen het bestaande wetenschappelijke paradigma verklaard kunnen worden
3. wanneer de nieuwkomers niet langer het gezag van de gevestigde wetenschappers aanvaarden
4. wanneer de huidige paradigma wordt aanvaard en verder wordt onderzocht

Op welk demarcatieprincipe heeft Popper
kritiek geleverd met zijn falsificatieprincipe?

1. Het verificatieprincipe
2. Het corroboratieprincipe
3. Het inductieprincipe
4. Het deductieprincipe

Wat is serendipiteit?

1. object wat is onderzocht
2. toevallige ontdekking
3. een theorie
4. paradigma-switch

Biologie in de 21e eeuw

“Bij het vak biologie moeten de leerlingen biologische kennis leren, de maatschappij leren ze buiten schooltijd wel kennen.”

Biologie in de samenleving

                      biologie in de 21 eeuw  en biologie in een context 

Kerndoelen:

- Kennisbasis verbreden → vakkennis naar keuze uitbouwen.
- veld verruimen → waar komt biologie voor in de samenleving?
-  Vakdidactisch denken ontwikkelen → link tussen vak en (landelijke ontwikkelingen ) didactiek leggen.

Opdrachten

1. Biologie in de 21e eeuw → 2x2=4 artikelen + vragen 

2. Biologische context → bedrijfsbezoek → fotoreportage

Biologie in de 21e eeuw    →    actualiteit

Perspectieven → Sleutelactiviteiten → Sleutelvragen

  Biologisch

  Zorg

  Medisch

  Technologisch

  Economisch

  Ethisch

  Persoonlijk

Opdracht

Wat is denken? 

Wat is creatief denken? 

Kunnen hersenen even niet denken? 

thema's binnen de filosofie

• Ethiek
  
• Filosofische antropologie
  
• Metafysica
  
• Politieke en sociale filosofie

Ethiek

Ethiek

Mag je voor wetenschappelijk onderzoek alles doen om mensenlevens te redden?

En om mensen gelukkig te maken?

Is alles ethisch verantwoord?

Heiligt een doel altijd de middelen?

15'

Wetenschap

descriptief (be-schrijvend en verklarend)

wetenschappelijke formule

Ethiek

prescriptief (voor-schrijvend en normerend)

moreel principe

ethiek

Ethiek: vooronderstellingen

• Mens is een reflexief wezen
  
• (Kritische) zelfverhouding
  
• Verantwoordelijk voor zichzelf en voor zijn handelingen
  
• Vrijheid en verantwoordelijkheid zijn de twee kenmerken van de ethiek [‘het geweten’]
  

Ethiek: bronnen

• Ratio/verstand: argumenten
  
• Emotie: gevoelens
  
• Intuitie: een ‘innerlijk’ weten

3 stromingen van ethiek

Deontologie (Kant)

de handeling zelf is van belang, gebaseerd op intenties/principes (zwijgplicht, informatieplicht

              principes die we ons zelf opleggen

3 stromingen van ethiek

Deugdethiek (Aristoteles, Aquino, Nietzsche)

het karakter is van belang, niet de consequenties van het
handelen (deugdelijk/ondeugdelijk persoon)  Hoe moet ik leven? Hoogste doel van het leven is geluk (Aristoteles)

3 stromingen van ethiek

Utilitarisme (Mill)

waarde van een handeling afmeten aan de bijdrage die deze handeling levert aan het algemeen nut 

Doel:

de bevordering van het algemeen geluk en welzijn van iedereen

the greatest good for the greatest number.

Toegepaste ethiek

Medische Ethiek

Bio-ethiek

Milieuethiek

Dierethiek

Bedrijfsethiek

Wetenschapsethiek

Seksuele ethiek

etc....

wetenschapsethiek

• Zijn wetenschappers verantwoordelijk voor het gebruik door anderen van hun informatie?
  
• Publieke toegankelijkheid van wetenschappelijke output
  
• Heeft wetenschap als beroep een eigen morele dimensie?
  
• Wetenschap als oplossing van maatschappelijke vraagstukken: verwachtingen te optimistisch

principes ethiek

• Schadebeginsel (berokken de ander geen blijvende schade)
  
• Autonomiebeginsel (zelfbeschikkingsrecht: respecteer de ander als een autonoom individu)
  
• Integriteit (Wees een betrouwbare bron van informatie)
  
• Voorzorg (precautionary principle)
  

filosoferen met kinderen

- Gespreksvaardigheden:

• Gezamenlijk denken
• Zelfstandig denken
• Kritisch denken

- Leerlingen leren twijfelen aan zekerheden.
- Het soepel leren omgaan met je eigen verhalen.
- Meningsvormend   
- Leren vragen te stellen, luisteren, respect, onderzoeken met elkaar naar een onderwerp

filosoferen met kinderen

• Denkprobleem helder maken bij leerlingen
  
• Hierbij vragen aanpassen aan begripsniveau van het kind
  
• Nodig: Inleving van het kind en gezond verstand, geduld en tijd.
  
• Hoe: Vragen stellen --- reageren met een volgende vraag net zolang dat je niet meer verder kunt (voorkom herhalingen)
  

Opdracht 

Bedenk een mening over de volgende stelling:

“Naar school gaan is leuk”

Ga in groepjes van twee bij elkaar zitten. Eén leerling vertelt zijn of haar mening. De andere leerling is Socrates, en hij of zij mag alleen maar vragen stellen. Probeer zo samen tot kennis te komen! Na 5 minuten wissel je van rol.

Doe dezelfde oefening met de volgende stelling:

“Het is goed om veel snoep te eten”