Chapter 5 lesson 4

Lesson plan
Check your answers 
Welk onderdeel vind je nog moeilijk van de grammar?

1 / 10
suivant
Slide 1: Diapositive
Middelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

Cette leçon contient 10 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Lesson plan
Check your answers 
Welk onderdeel vind je nog moeilijk van de grammar?

Slide 1 - Diapositive

ex 12 Check your answers
1 is running (is nu op dit moment aan de gang)
2 am going to fly  ( je bent het van plan om te doen)
3 drinks (often, regelmaat dus present simple)
4 is starting  (is van plan om te starten)
5 am going to travel (bij aankondiging/besluit)
6 does  (every day geeft aan dat dit een gewoonte is)
7 will call (belofte)
8 walks (always geeft gewoonte aan)
 

Slide 2 - Diapositive

Check ex 13
1 tell (every week geeft regelmaat,gewoonte aan)
2 will get (promise, belofte)
3 are listening ( right now, nu aan de gang)
4 is  (often, vaak dus regelmatig)
5 gets (een feit, hij wordt regelmatig boos)
6 going to fire (je weet zeker dat het gaat gebeuren)
7 isn’t listening (right now, NU)
8 will send  (belofte)

Slide 3 - Diapositive

Will or Going to

Slide 4 - Diapositive

Wordt gebruikt om aan te geven dat het plan er al was voordat het gesprek plaatsvond.
Wordt gebruikt bij een voorspelling op basis van aanwijzingen (zeggen dat het gaat regenen omdat je donkere wolken ziet).
Wordt gebruikt als je zeker weet dat iets gaat gebeuren.
Wordt gebruikt bij een spontane beslissing.
Menen, hopen, denken of iets aannemen over de toekomst.

will
to be going to

Slide 5 - Question de remorquage

Your brother is going to/will study in America.
A
is going to
B
will

Slide 6 - Quiz

I am going to/will pay back the money next week.
A
am going to
B
will

Slide 7 - Quiz

Dus...........
Deze vorm van de toekomende tijd gebruik je bij aankondigingen, beloftes, aanbiedingen en wanneer je iets niet zeker weet.
Deze vorm van de toekomende tijd gebruik je wanneer je iets heel zeker weet of heel zeker kunt voorspellen. 
to be going to
will 

Slide 8 - Question de remorquage

Please let me know when you don't understand grammar 10. And can you tell me what you don't understand?

Slide 9 - Question ouverte

Homework
Study vocabulary D,G and H p86 TB

Slide 10 - Diapositive