Geluid Nova H8 paragraaf 8.4 les9 19juni

Geluid

Paragraaf 6.2
1 / 41
suivant
Slide 1: Diapositive
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 41 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

Éléments de cette leçon

Geluid

Paragraaf 6.2

Slide 1 - Diapositive

HW
paragraaf 8.4: 1 t/m 10

Slide 2 - Diapositive

bespreken 
stencil
HW

Slide 3 - Diapositive

Herhaling 8.3

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

uitwerking

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

uitwerking

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

audiogram
Een audiogram is een grafiek die aangeeft wat de zachtste geluiden zijn die iemand op specifieke frequenties kan horen. 


Slide 10 - Diapositive

audiogram

Tijdens een gehoortest speelt een audioloog tonen af, steeds op een andere frequentie. De zachtste toon die een persoon kan horen op elke frequentie wordt op het audiogram aangegeven.

Slide 11 - Diapositive

audiogram

Slide 12 - Diapositive

audiogram

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

uitwerking

Slide 15 - Diapositive

leerdoelen 8.4
8.4.1 Je kunt beschrijven van welke factoren het afhangt of geluid schadelijk is voor je gehoor.
8.4.2 Je kunt uitleggen waarom het belangrijk is om je oren niet te veel bloot te stellen aan hard geluid.
8.4.3 Je kunt het verschil uitleggen tussen schadelijk en hinderlijk geluid. 8.4.4 Je kunt uitleggen op welke drie manieren je geluidsoverlast kunt bestrijden.

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Vidéo

Geluidsoverlast bestrijden
.

Slide 18 - Diapositive

Voorkennis
Noem drie voorbeelden van hinderlijk geluid van je buren/huisgenoten.

Slide 19 - Diapositive

Introductie
Geluid kan heel vervelend zijn. Denk aan het geluid van een druppelende kraan of van een vork die over een bord krast. Geluidsoverlast van de buren staat hoog in de top 10 van ergernissen in Nederland. Harde geluiden kunnen je gehoor ook nog eens blijvend beschadigen. Daarom worden veel maatregelen genomen om ongewenst geluid te bestrijden.
Hinderlijk geluid is niet hetzelfde als schadelijk geluid. 

Slide 20 - Diapositive

Schadelijk geluid
Geluidssterkte rond pijngrens; 
onmiddellijk gevaar voor beschadiging.
80 dB (A)- 8 uur
2 x zo hard geluid, 
2 x zo kort blootstellen
83 dB (A) - 4 uur
86 dB (A) - 2 uur etc.

Slide 21 - Diapositive

Slide 22 - Vidéo

Hinderlijk geluid 
Geluid dat je gehoor niet beschadigt, kan nog wel hinderlijk zijn. De ene persoon ervaart bepaalde geluiden eerder als hinderlijk dan de andere. Verkeerslawaai en lawaai van buren vinden veel mensen hinderlijk. Ook telefoons in de stiltecoupé van de trein worden als hinderlijk ervaren.

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Diapositive

Bij de bron

- Stil asfalt  
- Elektrische auto
- Goede banden
- Lagere snelheid

Slide 25 - Diapositive

Tussen bron en ontvanger
- Grotere afstand.
- Geluidswallen en geluidsschermen



Slide 26 - Diapositive

Bij de ontvanger
- Isolatie van huis 
- Oordoppen.


Slide 27 - Diapositive

Dit is je situatie...

Slide 28 - Diapositive

Bedenk een manier om geluidsoverlast tussen de bron en de ontvanger te bestrijden

Slide 29 - Question ouverte

Bedenk een manier om geluidsoverlast bij de bron te verminderen

Slide 30 - Question ouverte

Bedenk een manier om geluidsoverlast bij de ontvanger tegen te gaan

Slide 31 - Question ouverte

Geluid absorberen
Zacht en onregelmatig materiaal neemt geluid goed op.

Slide 32 - Diapositive

Geluid terugkaatsen
Hard en glad materiaal kaatst geluid goed terug.

Slide 33 - Diapositive


Welke van deze 2 afbeeldingen heeft de grootste toonhoogte?
A
links
B
rechts

Slide 34 - Quiz

Als de frequentie omlaag gaat, gaat de toonhoogte...
A
Omhoog
B
Omlaag
C
Verandert niet

Slide 35 - Quiz

Geluidsterkte kun je meten. Waarin wordt geluidsterkte gemeten?
A
Amplitude
B
Decibel
C
Hertz
D
Trillingstijd

Slide 36 - Quiz

Met welk apparaat kun je de geluidsterkte meten?

Slide 37 - Question ouverte

Wat is het verschil tussen toonhoogte en geluidssterkte? (selecteer twee antwoorden)
A
Toonhoogte = aantal trillingen
B
Toonhoogte = grootte van trillingen
C
Geluidssterkte = grootte van trillingen
D
Geluidssterkte = aantal trillingen

Slide 38 - Quiz

In de figuur hiernaast zie je twee oscilloscoopbeelden staan. Vergelijk deze twee tonen met elkaar. Wat weet je van de toonhoogte en geluidsterkte van beide tonen? Leg je antwoord uit.

Slide 39 - Question ouverte

Controlevragen

  • Tussen welke frequentie kan een mens met goede oren horen ?
  • Welk apparaat  kan de geluidssterkte meten ?
  • Welk woord is er voor de maximale uitwijking van een trilling?

Slide 40 - Diapositive

Tussen welke frequenties kan een mens goed horen?

Slide 41 - Question ouverte