moeilijke woorden thema 2 gezondheid Via vooraf

Moeilijke woorden thema 2 gezondheid Via vooraf
1 / 35
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsPraktijkonderwijsLeerjaar 1

Cette leçon contient 35 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Moeilijke woorden thema 2 gezondheid Via vooraf

Slide 1 - Diapositive

Doel van de les

Aan het eind van de les herkennen we de woorden aan de hand van de plaatjes

Aan het eind van de les hebben we kennis gemaakt met de betekenis van de woorden

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Apotheek
De winkel waar je medicijnen kunt (op)halen

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

De ziekte
Dat wat je ziek maakt

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

De behandeling
De verzorging door een dokter

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

De vitamine
Een stof in eten en drinken die je helpt gezond te blijven

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

De bijsluiter
Een briefje bij een medicijn waarop staat wat er in dat medicijn zit, wat het medicijn met je doet en hoe je het medicijn moet gebruiken

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Sportief
Dat zeg je van iemand die veel sport

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

De conditie
Of je fit bent of niet

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

Het recept
Een briefje van de dokter waarop staat welk medicijn je moet krijgen.

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Diapositive

Het dieet
De regels die zeggen wat je wel of niet mag eten of drinken, bijvoorbeeld als je wilt afvallen

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Diapositive

Het onderzoek
Op een bepaalde manier kijken of er iets met iemand aan de hand is

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Diapositive

Het eetpatroon
Wat je elke dag eet en wanneer je dat doet

Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Diapositive

Het medicijn
Een middel tegen een ziekte, 
een geneesmiddel

Slide 26 - Diapositive

Slide 27 - Diapositive

De gezondheid
Hoe het met jouw lichaam gaat (of je bijvoorbeeld ziek bent of niet)

Slide 28 - Diapositive

Slide 29 - Diapositive

De koorts 
Een te hoge temperatuur van het lichaam waardoor iemand zich ziek voelt

Slide 30 - Diapositive

Slide 31 - Diapositive

De huisarts
De dokter waar je altijd naar toe gaat als jij je niet goed voelt

Slide 32 - Diapositive

Wat hebben we geleerd?


Slide 33 - Diapositive

Volgende les
De volgende les maken we opdracht 2 op bladzijde 43 uit het boek en gaan we weer oefenen met de woorden en de betekenis van de woorden

Slide 34 - Diapositive

Slide 35 - Diapositive