H13 De jonge en middenvolwassenheid HWE

1 / 28
suivant
Slide 1: Diapositive
OnthaalLager onderwijs

Cette leçon contient 28 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 5 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Inleiding
Kijk even mee naar de foto's op de volgende website. Hier wil men aantonen dat mannen nooit volwassen lijken te worden.

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 3 - Lien

Cet élément n'a pas d'instructions

Inleiding
  • Kun je zelf voorbeelden geven van kinderlijk, grappig gedrag bij volwassenen (thuis met ouders/ooms/op sociale media …)?
  • Wie heeft volgens jou de meeste moeite met volwassen worden? Mannen of vrouwen? Waarom?
  • Wat betekent volgens jou ‘volwassen zijn’?
  • Wie of wat hoop jij te zijn wanneer je volwassen bent?
  • Zijn er volwassen rolmodellen (al dan niet bekend) waarnaar je opkijkt?
  • Kijk je ernaar uit of schrikt volwassen worden je eerder af?

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

1. Volwassenheid p. 184
Volwassen betekent letterlijk volgroeid -> klopt dit wel?
Volwassenen:
  • blijven veranderen op fysiek, psychisch en sociaal vlak
  • tussen ongeveer 20 en 65 jaar
  • aparte maatschappelijke rol

Wanneer vind jij iemand 'volwassen'?


Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

1. Volwassenheid p. 184
4 soorten volwassenheid MAAR dit moeten we met een korrel zout nemen (bruikbare definitie?!)
  • lichamelijke volwassenheid: wanneer het lichaam volgroeid is / veranderingen uit puberteit afgerond
  • juridische volwassenheid: meerderjarig (18 jaar) / zelfstandig belangrijke beslissingen nemen en verantwoordelijkheid dragen
  • maatschappelijke volwassenheid: zelfstandig leven / gedraagt zoals maatschappij verwacht
oef. 1 (samen - mondeling) 
  • psychologische volwassenheid: verantwoordelijkheid dragen / cognitief en moreel vlak volwassen / eigen identiteit / minder experimenteren / zorgen voor zichzelf en anderen / verstandige beslissingen nemen (22-25 jaar)


We doen eerst opdracht 3 p. 201 (samen - mondeling)

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

1. Volwassenheid p. 185
We doen eerst opdracht 2 p. 185-186 (per 2 voorbereiden - 10 minuten)
Geef van iedere vorm van volwassenheid een voorbeeld uit de tekst.
- Lichamelijke volwassenheid:
  • stopt niet bij 18, 19 jaar
  • Biologisch: tot lang  na de leeftijd van 20 jaar groeit ons brein. Veel mensen krijgen pas wijsheidstanden na de leeftijd van 25 jaar.
- Maatschappelijke volwassenheid:
  • De sociale positie verandert. De leeftijd waarop jongeren afstuderen, gaan werken, trouwen, kinderen krijgen (factoren die mee bepalen wanneer je door de maatschappij als 'volwassene' gezien wordt) stijgt.

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

1. Volwassenheid p. 186
We doen eerst opdracht 2 p. 185-186 (per 2 voorbereiden - 10 minuten)
Geef van iedere vorm van volwassenheid een voorbeeld uit de tekst.

- Juridische volwassenheid:
  • In vele opzichten ben je volgens de wet vanaf 18 jaar volwassen, met alle bijbehorende wettelijke rechten, plichten en privileges.
- Psychologische volwassenheid:
  • Over het algemeen worden volwassen rollen en verantwoordelijkheden pas veel later dan 18 jaar opgenomen.

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

1. Volwassenheid p. 186
We doen eerst opdracht 2 p. 185-186 (per 2 voorbereiden - 10 minuten)
Volwassenheid -> opdelen in 3 fases:
  1. jonge volwassenheid : 20-30 jaar
  2. middenvolwassenheid: 30-65 jaar
  3. late volwassenheid: 65+

LET OP! Indeling is  kunstmatig -> leeftijdsgrenzen + typische kenmerken zijn relatief. Kloppen voor de gemiddelde persoon, maar er zijn veel individuele verschillen.

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

2. Jonge volwassenheid p. 187
= vroege volwassenheid  = start van 'volle leven' (zie p . 187)

Opdracht 3: Welke stappen zetten de meeste volwassenen?
  • Een vaste partner kiezen en zich aanpassen aan samenleven met die partner.
  • Een gezin stichten; kinderen krijgen en opvoeden.
  • Het huishouden in eigen handen nemen.
  • Een gepaste job zoeken; beginnen met werken.

= de belangrijkste ontwikkelingstaken van een jongvolwassene volgens Havighurst
Dit zijn dus duidelijke verschillen met de adolescentie. 

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

2.1 Fysieke ontwikkeling p. 187
Jonge volwassenheid: 
  • mensen het meest vruchtbaar -> start gezin (= wisselwerking tussen fysiek en socio-emotioneel ontwikkelingsgebied!)
  • toppunt lichamelijke kracht, lenigheid en reactiesnelheid -> topsporters (fun fact: gemiddelde leeftijd winnende ploegen voetbal EK = 27 jaar)

 

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

2.2 Cognitieve ontwikkeling p. 187
  • Piaget -> laatste fase (formeel-operationeel denken) = adolescentie
  • MAAR Gisela Labouvie-Vief -> jongvolwassenen: postformeel denken -> door ervaring omgaan met moeilijke situaties en deze nuchterder bekijken -> niet zwart-wit (zoals adolescenten), maar rekeninghoudend met meningen/argumenten anderen + afwegen tegen eigen waarden en normen

 

Slide 12 - Diapositive

Formeel-operationeel denken richt zich op abstracte, logische en systematische processen die universeel toepasbaar zijn.
Postformeel denken gaat verder door de complexiteit, relativiteit en contextafhankelijkheid van kennis en problemen te erkennen en te hanteren. Het benadrukt flexibiliteit, dialectiek en pragmatisme in het oplossen van problemen.
2.2 Cognitieve ontwikkeling p. 188
Oef. 4 p. 188: samen
- Hoe zou een adolescent reageren in die situatie?
  • Amber verandert van werk (zwart-witdenken).

- Hoe zou een volwassene reageren?
  • Een volwassene zal alle opties bekijken: gesprek met de baas aangaan, gesprek met Thomas aangaan, toch van werk veranderen, overplaatsing naar ander filiaal aanvragen.

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

2.3 Socio-emotionele ontwikkeling 
p. 188
1ste ontwikkelingstaak (Havighurst) = start carrière (job zoeken)

Oef. 5 p. 188: stellingen:
  • Het is belangrijker om een job te hebben die je graag doet dan om veel te verdienen.
  • Ik wil een job die me het gevoel geeft dat ik anderen help.
  • Als ik voldoende geld zou hebben, zou ik liever niet gaan werken.

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

2.3 Socio-emotionele ontwikkeling 
p. 189
- Waarom is werken belangrijk?
  • Werk zorgt voor een inkomen.
  • Werk zorgt voor sociale contacten met collega's/klanten...
  • Werk zorgt voor een nuttige tijdsinvulling, geeft structuur aan je dag/week.
  • Werk zorgt voor zelfwaardering en waardering van anderen.
  • Via werk kun je jezelf ontplooien, beter worden in de dingen die je graag doet.
  • Conclusie: werken is veel meer dan geld verdienen.

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

2.3 Socio-emotionele ontwikkeling 
p. 189
OLG:
  • Wil je graag een partner?
  • Wil je samenwonen? In een appartement? In een huis?
  • Wil je iets huren of liever kopen?
  • Wil je trouwen? Waarom wel/niet?
  • Wil je kinderen? Waarom wel/niet? Hoeveel kinderen zou je willen, denk je?

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

2.3 Socio-emotionele ontwikkeling 
p. 189
2de ontwikkelingstaak (Havighurst) = start gezinsleven (lees p. 189)

crisis Erikson in de jonge volwassenheid 
= intimiteit versus isolement: lees samen
p. 189! 


Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

2.3 Socio-emotionele ontwikkeling 
p. 190
Oef. 6 p. 190: lees de tekst in stilte OF thuis:
  • Welke kenmerken van de jonge volwassenheid herken je?
  • Hoe gaat de persoon om met het typische conflict  in die fase?

(voor oplossingen -> volgende slide!)

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

3. Middenvolwassenheid p. 192
Oef. 7 p. 192: Waar zijn jouw ouders vooral mee bezig? Welke zorgen hebben ze?
  • Werken, carrière uitbouwen en als gevolg daarvan stress.
  • Kinderen opvoeden.
  • Huishoudelijke taken.
  • Vaak minder tijd voor hobby's, sport, vrienden...

Middenvolwassenheid = presteren -> mens moet toppunt van zijn/haar kunnen bereiken: carrière maken, voor de kinderen zorgen, een huis bouwen, sociale contacten onderhouden... het is een zeer drukke periode met veel veranderingen: rollen die in de vorige periode opgenomen werden (vader/moeder/partner/werknemer/kind) wijzigen.

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

3.1 Fysieke ontwikkeling p. 192
Oef. 8 p. 192: Jullie kennen een aantal mensen uit deze fase (ouders/leerkrachten/familie...). Merken jullie lichamelijke verouderingen bij hen? Zo ja, welke?
  • rimpels, grijze haren, kaalheid, nood aan leesbril, minder kracht en lenigheid, minder uithoudingsvermogen...
  • Middenvolwassenheid: begin -> behoorlijke fysieke conditie
    fysieke conditie moet onderhouden worden -> zoniet versnelt lichamelijke achteruitgang
    eerste signalen lichamelijke veroudering
 

Slide 24 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

3.1 Fysieke ontwikkeling p. 192
  • +/- 50 jaar: penopauze en menopauze (vermindering geslachtshormonen) 
  • vrouwen meer last van overgang (slapeloosheid, prikkelbaar, depressieve gevoelens) 
  • mannen kunnen ook last ondervinden van 'het ouder worden' op zich



 

Slide 25 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

3.2 Cognitieve ontwikkeling p. 192
  • einde middenvolwassenheid -> geheugen stilaan achteruit
  • cognitieve ontwikkeling of achteruitgang < opleiding, training, lichamelijke inspanning, omgeving... -> sommigen blijven cognitief goed functioneren terwijl de cognitieve capaciteiten bij anderen sneller kunnen afnemen!

OLG: Zijn bovenstaande zaken ook dingen die je merkt bij mensen uit jouw omgeving?


 

Slide 26 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

3.3 Socio-emotionele ontwikkeling 
p. 192-193
crisis Erikson in de middenvolwassenheid 
= generativiteit versus stagnatie
  • generativiteit = gevoel dat hij zijn leven
    op een nuttige manier leidt, anderen 
    helpt en produceert -> met belangrijke
    dingen bezig (gezin, werk...)
  • stagnatie = niet het gevoel van een 
    nuttig leven, maar van stilstand, doel-
    loosheid, leegheid en verveling (kinderloos/
    werkloos/job/...)
  • invulling leven: verschillende vormen: soms eigen keuze

Slide 27 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

3.5 Einde van de middenvolwassenheid p. 198
Middenvolwassenheid -> door veranderingen merken we dat we ouder worden + verlies van wat mogelijkheden:
  • legenestsyndroom: kinderen verlaten huis -> opgeven rol vader/moeder + partners moeten terug met elkaar leren leven
  • ouders middenvolwassenen -> hoogbejaard -> zorg van kinderen wordt vervangen door zorg voor ouders
  • pensionering: voor sommigen pensioen welkom, voor anderen niet!

Sommige middenvolwassenen -> moeite met bovenstaande rolwisselingen (schoonheids-ingrepen/echtscheidingen) MAAR anderen zien het als kans om tijd voor zichzelf/partner te hebben (= levensgenieters).

Slide 28 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions