2.5 Dieren bewegen

2.5 Dieren bewegen
1 / 26
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo t, mavo, havoLeerjaar 1

Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 20 min

Éléments de cette leçon

2.5 Dieren bewegen

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoelen
- Je kunt beschrijven hoe gewervelde dieren zich voortbewegen
- Je kunt aangeven op welk deel van hun poten zoogdieren lopen
- Je kunt het verband beschrijven tussen het skelet en de leefwijze van het dier
- Je kunt beschrijven hoe ongewervelde dieren bewegen

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Begrippen
wervelkolom - gewervelde dieren - vissen - amfibieën - reptielen - vogels - zoogdieren - topgangers - teengangers - zoolgangers - bouwplan - leefwijze - ongewervelde dieren - uitwendig skelet - 

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat weet je nog van?

Kennistest

Slide 4 - Diapositive

Er volgen nu vragen om de voorkennis van de leerling te testen.

Wat is een verzwikking/ verstuiking?
A
Een beschadiging door een stomp of val.
B
Een beschadiging van het gewrichtskapsel en de kapselbanden.
C
Een bloedvat dat onder de huid is stukgegaan.
D
Een ontsteking van de aanhechtingsplaatsen van spieren

Slide 5 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is er gescheurd bij een voetbalknie?
A
De knieschijf
B
De knieband
C
De meniscus
D
Er is niks gescheurd bij een voetbalknie

Slide 6 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Dit is een botbreuk
A
Waar
B
Niet waar

Slide 7 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Door vermoeidheid kan er spierkramp ontstaan. Wat gebeurt er dan met de spier?
A
De spier is te warm
B
Spier trekt plotseling samen
C
Er is niet genoeg zuurstof
D
De spiervezels zijn verschoven

Slide 8 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Uitleg

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe bewegen dieren met een wervelkolom?

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe bewegen dieren met een wervelkolom?
  1. Wervelkolom beweegt heen en weer 
- Vissen
- Amfibiën
- Reptielen

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe bewegen dieren met een wervelkolom?
  1. Wervelkolom beweegt heen en weer 
- Vissen
- Amfibieën
- Reptielen

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe bewegen dieren met een wervelkolom?
  1. Wervelkolom beweegt heen en weer 
- Vissen
- Amfibieën
- Reptielen

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe bewegen dieren met een wervelkolom?
1. Wervelkolom beweegt heen en weer  
- Vissen
- Amfibiën
- Slangen
2. Wervelkolom beweegt op en neer
- Vogels
- Zoogdieren

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe bewegen dieren met een wervelkolom?
1. Wervelkolom beweegt heen en weer  
- Vissen
- Amfibiën
- Slangen
2. Wervelkolom beweegt op en neer
- Vogels
- Zoogdieren

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Op welk deel van hun poten lopen zoogdieren?
  • Amfibieën en reptielen > niet snel bewegen
    - korte poten, aan de zijkant van het lichaam geplaatst
    - met buik over de grond


  • Zoogdieren > wel snel bewegen
    - langere poten, onder het lichaam geplaatst
    - vrij van de grond
    - topgangers > op toppen van teen lopen
    - teengangers > op tenen lopen
    - zoolgangers > op zool van voet/poot lopen

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Skelet en leefwijze
  • Gewervelde dieren hebben hetzelfde bouwplan

  • De vorm verschilt. De ledematen aangepast aan de manier van leven: de leefwijze.

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Skelet en leefwijze

Verschillende soorten skeletten lijken op elkaar.  Gewervelde dieren hebben een  wervelkolom, schedel en ribben.

Vaak dezelfde botten in de ledematen, maar de vorm verschilt, dat heeft te maken met de leefwijze. 

Het Bouwplan : de aanpassingen van het skelet voor de leefwijze van het dier.


Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe bewegen ongewervelde dieren?

  • Geen wervelkolom 
  • Bewegen anders dan de gewervelde dieren
  • Voorbeeld: is worm (segmenten)

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe bewegen ongewervelde dieren
weekdieren: slak heeft een uitwendig skelet van kalk. loopt over slijmspoor.

wormen: segmenten van kringsperen en lengtespieren.

geleedpotigen: uitwendig skelet van chitine, dus gewrichten ook uitwen-dig.

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

VRAGEN?

Slide 21 - Diapositive

Wisselmoment: vragen?

Kennistest 

Slide 22 - Diapositive

Er volgen nu vragen om de voorkennis van de leerling te testen.
Is een geit een zoolganger, teenganger of een topganger?
A
Topganger
B
Teenganger
C
Zoolganger

Slide 23 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke dieren zijn zoolgangers?
A
Mens en kameel
B
Mens en beer
C
Kameel
D
Geen van allen

Slide 24 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

welke dieren zijn teengangers?
A
kameel, leeuw, hyena
B
leeuw, hyena
C
rat, leeuw
D
kameel, rat, hyena

Slide 25 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Weektaak
2.5 Dieren bewegen

AAN DE SLAG MET BIOLOGIE:

  • Maak vraag 1 t/m 24 in LEERWERKBOEK
  • Maak een BEGRIPPENLIJST
  • Maak een SAMENVATTING

Slide 26 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions