Hoofdstuk 3, Paragraaf 2.

• Geschiedenis
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

Tekst

Hoofdstuk 3, paragraaf 2.

Leven in het Romeinse Rijk. Pagina 109

Wat gaan wij doen vandaag?

• Terugblik
• Studiewijzer
• Instructie + Aantekening
• Aan de slag!
• Afsluitende opdracht

Studiewijzer 5 - 12 t/m 9 -12

Week	Lesdoel	Opdracht
12-12 - 16/12	Je kunt uitleggen welke grote economische verandering in de tijd van de Romeinse Republiek plaatsvond op het Romeinse platteland. Je kunt uitleggen welke gevolgen de veranderingen op het Romeinse platteland hadden voor de steden. Je kunt een beschrijving geven van de positie van slaven en vrouwen in de Romeinse samenleving.	Maak 1 t/m 10 van paragraaf 3.2

Terugblik

De vorige les heb je geleerd over de belangrijkste verschillen tussen de Romeinse republiek en het Romeinse keizerrijk.

Welke waren dat ook alweer? 

Vul de volgende zinnen op de juiste plaats in de tabel in.

Terugblik

Vul deze zinnen op de juiste plaats in de tabel in:

1. Senaat heeft veel zeggenschap.
2. De consuls worden jaarlijks door het Romeinse volk gekozen.
3. Senaat bestaat, maar deze heeft geen zeggenschap
4. De twee consuls worden door de keizer gekozen. 

Leven op het platteland

Meeste mensen op platteland bestaande uit: Vrije boeren.

Meer Romeinen trekken naar de stad, omdat:

• Boeren moesten in het leger
• Boerenbedrijven failliet                     Gevolg:  Grootgrondbezitters met villa's.

Bron 1: Landgoed van een rijke Romein, ergens op het platteland van Italië. De eigenaar woonden in het witte gebouw bovenaan. De andere gebouwen horen bij de boerderij waar slaven werkzaam waren.

Leven in de stad (aantekening)

Leven in de stad (aantekening)

Verarmde boeren komen naar de stad. 

Dit worden proletariërs genoemd. 

Leven in de stad (aantekening)

Verarmde boeren komen naar de stad. 

Dit worden proletariërs genoemd. 

Zij zijn afhankelijk van giften van de Elite 

= De rijkste van de Romeinse samenleving

Leven in de stad (aantekening)

Verarmde boeren komen naar de stad. 

Dit worden proletariërs genoemd. 

Zij zijn afhankelijk van giften van de Elite 

= De rijkste van de Romeinse samenleving

Om onvrede tegen te gaan proberen de elite de proletariërs tevreden te houden. Namelijk door > voedsel uit te delen, aquaducten te bouwen en ook gladiatorenspelen

Aan de slag!

Lees: Hoofdstuk 3, paragraaf 2 (bladzijde 110).

Maak: Opgave 3 t/m 10

Klaar?

Nakijken opdrachten met nakijkboekje.

Leren paragraaf 1 Hfst 3, Leren paragraaf 2 Hfst 3.

Bekijk de filmpjes van deze paragraaf

Afsluiter

Wat heb je geleerd vandaag bij deze geschiedenisles?

Een aantal leerlingen krijgen een stift en mogen op het bord opschrijven wat ze geleerd hebben vandaag

Tekst

Hoofdstuk 3, paragraaf 2.

Leven in het Romeinse Rijk. Pagina 109

Wat gaan wij doen vandaag?

• Terugblik
• Studiewijzer
• Instructie 
• Aan de slag!
• Afsluitende opdracht

Terugblik

Op het bord staan twee begrippen. 

Proletariërs en Elite 

Een aantal leerling krijgen een stift en mogen één woord opschrijven wat te maken heeft met deze begrippen. 

Studiewijzer 5 - 12 t/m 9 -12

Week	Lesdoel	Opdracht
12-12 - 16/12	Je kunt uitleggen welke grote economische verandering in de tijd van de Romeinse Republiek plaatsvond op het Romeinse platteland. Je kunt uitleggen welke gevolgen de veranderingen op het Romeinse platteland hadden voor de steden. Je kunt een beschrijving geven van de positie van slaven en vrouwen in de Romeinse samenleving.	Maak 1 t/m 10 van paragraaf 3.2

Slaven en vrouwen

Onderaan de samenleving stonden vrouwen en slaven.

Slaven waren bezit en hadden geen enkel recht

Vrouwen waren ondergeschikt aan hun mannen, vaders of broers.

Bron 1: Een Romeins soldaat leidt krijgsgevangenen weg in kettingen (reliëf uit Smyrna).

Aan de slag!

Lees: Hoofdstuk 3, paragraaf 2 (bladzijde 110).

Maak: Opgave 3 t/m 10

Klaar?

Nakijken opdrachten met nakijkboekje.

Leren paragraaf 1 Hfst 3, Leren paragraaf 2 Hfst 3.

Of: Verder werken paragraaf 4. 

Afsluiting

Jullie krijgen in tweetallen een piramide over de Romeinse samenleving. 

Jullie moeten de volgende woorden op de juiste plaats in de piramide zetten:

Sommige groepen kunnen op dezelfde plaats in de piramide staan. 

Elite, handelaren en ambachtslieden, proletariërs, slaven, vrouwen, senator, generaal, consul, vrije boeren