2024_10_04 REK Kommagetallen

Programma
Vorige les delen
Vandaag kommagetallen
1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive
RekenenMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 15 min

Éléments de cette leçon

Programma
Vorige les delen
Vandaag kommagetallen

Slide 1 - Diapositive

Waar denk je aan
bij decimalen?

Slide 2 - Carte mentale

Decimalen zijn dus getallen achter de komma. 

Je kent die het best van geld: €2,35 heeft dus twee decimalen.

Er wordt vaak gevraagd om af te ronden op een aantal decimalen. 

Slide 3 - Diapositive

Afronden van decimalen
Vanaf de 5 rond je af naar boven:
dus als de vraag is af te ronden op 1 decimaal wordt:
5,43 ------ 5,4
en 
5,45 ------5,5

Slide 4 - Diapositive

Niet doen:
Twee keer afronden:
Als 5,546 afgerond moet worden op 1 decimaal kijk
je alleen naar de 4 en wordt het dus 5,5.

en dus niet eerst 5,55 van maken en dan 5,6.

Slide 5 - Diapositive

Rond 6,4568 af op 2 decimalen
A
6,45
B
6,40
C
6,57
D
6,46

Slide 6 - Quiz

Aan het werk!
Maak de opgaven van hoofdstuk 5 Kommagetallen

Slide 7 - Diapositive

Logisch afronden
Bij sommige vragen gaat het net even anders:

Voor 1 persoon heb je 0,20 pak bloem nodig.
Hoeveel pakken bloem koop je voor 6 personen?
6 X 0,20 = 1,20. 
Te weinig hebben is alleen geen optie, dus het wordt 2.

Slide 8 - Diapositive

Afronden van geld.
Bij geld zijn er andere regels. 
€5,33 wordt bijvoorbeeld €5,35
en 
€10,47 wordt €10,45

Slide 9 - Diapositive

Welke getal ligt er precies tussen 5 en 10? max. 1 decimaal.

Slide 10 - Question ouverte

Wat is het gemiddelde van de getallen 4, 6, 10 en 8
A
6,5
B
7,5
C
7
D
6,25

Slide 11 - Quiz

Gemiddelde uitrekenen:
Alle getallen bij elkaar optellen en delen door het aantal getallen:
4 , 6, 10, 8 opgeteld maakt 28 gedeeld door 4 = 7.

Slide 12 - Diapositive

Breuken op de rekenmachine.
5
als decimaal getal werkt 2 gedeeld door 5 = 0,4

Dat kan met elke breuk. Het is handig om sommige breuken als decimaal getal te kennen.

Slide 13 - Diapositive

Schrijf 1/4 decimaal getal
A
0,4
B
0,25
C
0,2
D
0,50

Slide 14 - Quiz

Schrijf 2/100 als decimaal getal
A
0,20
B
0,02
C
0,05
D
0,025

Slide 15 - Quiz

Schrijf 3/8 als decimaal getal
A
0,375
B
0,24
C
0,3
D
0,25

Slide 16 - Quiz

Vandaag doen:
2F Decimale getallen

3F Afronden

Slide 17 - Diapositive