Muziek in de concertzaal
1 / 37
La durée de la leçon est: 30 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Vidéo
DE STRIJKERS
Instrument met
Instrument met
A
3 snaren
B
5 snaren
C
4 snaren
D
6 snaren
Slide 3 - Quiz
DE STRIJKERS
Zet de instrument op volgorde van laag naar hoog geluid
Zet de instrument op volgorde van laag naar hoog geluid
A
contrabas, altviool , cello, viool
B
cello, contrabas, altviool, viool
C
viool, cello, altviool, contrabas
D
altviool, cello, contrabas, viool
Slide 4 - Quiz
DE STRIJKERS
Dit strijkinstrument geeft het hoogste geluid...
Dit strijkinstrument geeft het hoogste geluid...
A
altviool
B
viool
C
cello
D
contrabas
Slide 5 - Quiz
DE STRIJKERS
De contrabas...
De contrabas...
A
is het grootst en heeft een licht/hoog geluid
B
zit er tussenin een heeft een zwaar/laag geluid
C
zit er tussenin en heeft een licht/hoog geluid
D
is het grootst en heeft een zwaar/laag geluid
Slide 6 - Quiz
Cello
Viool
Strijkers
1
2
Slide 7 - Question de remorquage
DE HOUTBLAZERS
Noem 3 (of 4) houtblazers...
Noem 3 (of 4) houtblazers...
Slide 8 - Question ouverte
Fagot
Houtblazers
Dwarsfluit
1
2
Slide 9 - Question de remorquage
Waarom heet
een dwarsfluit
'dwarsfluit'?
een dwarsfluit
'dwarsfluit'?
A
De fluit wordt over dwars bespeeld.
B
Ze konden geen betere naam verzinnen.
C
De fluit wordt altijd verkeerd om vastgehouden.
D
De dwarsfluit is geen fluit.
Slide 10 - Quiz
DE KOPERBLAZERS
Noem 3 (of 4) koperblazers...
Noem 3 (of 4) koperblazers...
Slide 11 - Question ouverte
Hoe groter het instrument,
hoe ... het geluid!
hoe ... het geluid!
Slide 12 - Carte mentale
SLAGWERKERS
Weet jij de 2 slagwerkers die genoemd werden?
Weet jij de 2 slagwerkers die genoemd werden?
Slide 13 - Question ouverte
Noem een overeenkomst én een verschil van een harp / piano / viool?
Slide 14 - Question ouverte
Welk instrument zou jij
willen bespelen?
willen bespelen?
Slide 15 - Carte mentale
Slide 16 - Diapositive
Een dirigent wordt ook een ... genoemd
A
maïsstro
B
maistro
C
maestro
D
majstro
Slide 17 - Quiz
Slide 18 - Vidéo
Het dirigeerstokje is populair geworden...
A
in de 18e eeuw
B
in de 19e eeuw
C
in de 20e eeuw
D
in de 21e eeuw
Slide 19 - Quiz
Het dirigeerstokje wordt ook wel ... genoemd
A
bajton
B
balton
C
baton
D
bariton
Slide 20 - Quiz
De maat is ...
A
in 4
B
in 3
C
A en B zijn niet waar
D
A en B zijn waar
Slide 21 - Quiz
De dirigent geeft met zijn hand aan...
A
of het hard / zacht moet
B
of het snel / langzaam moet
C
wie er moet spelen
D
wanneer ze aan het einde zijn
Slide 22 - Quiz
Slide 23 - Diapositive
Slide 24 - Vidéo
Symfonie
Wat betekent het woord
en hoe lang duurt zoiets?
Wat betekent het woord
en hoe lang duurt zoiets?
Slide 25 - Carte mentale
Slide 26 - Vidéo
Slide 27 - Vidéo
Slide 28 - Diapositive
Slide 29 - Vidéo
Slide 30 - Diapositive
Slide 31 - Vidéo
Slide 32 - Diapositive
Slide 33 - Vidéo
Slide 34 - Vidéo
Hoeveel instrumenten/zangers zijn hier belangrijk?
A
1
B
2
C
3
D
allemaal
