Cette leçon contient 12 diapositives, avec quiz interactif et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 60 min
Éléments de cette leçon
Recht
De overeenkomst
Slide 1 - Diapositive
Planning van de periode
Week 6: > les 1: de Overeenkomst > les 2: Eisen aan een overeenkomst > les 3: Koopovereenkomst
Week 7: > les 1: Consumentenkoop > les 2: Bijzondere overeenkomsten > les 3: Algemene voorwaarden
Week 8: Herhaling (na de vakantie)
Week 9: Toets
Slide 2 - Diapositive
Overeenkomst
Een afspraak tussen partijen over wat ze met elkaar of voor elkaar zullen doen
Soms dagelijks, soms bijna nooit
Duizenden keren op één dag
Iedere keer als je iets koopt
Slide 3 - Diapositive
Soorten overeenkomsten
Huurovereenkomst
Leasecontract
Koopovereenkomst
Arbeidsovereenkomst
Verzekeringsovereenkomst
Afbetalingsovereenkomst
Huurkoopcontract
Etc.
Slide 4 - Diapositive
Overeenkomst
Een afspraak tussen partijen over wat ze met elkaar of voor elkaar zullen doen.
Verbintenis: > rechtsbetrekking tussen partijen waarbij voor de één een recht ontstaat en voor de ander een plicht
Authentieke akte: > door notaris opgesteld en ondertekend. > Onderhandse akte: niet opgesteld door notaris
Slide 5 - Diapositive
Hoe komt een overeenkomst tot stand?
Verbintenis
Rechten en plichten die personen uit vrije wil op zich nemen
Stel dat jij iets koopt, dan is de ondernemer verplicht om een goed/dienst te leveren en heeft hij recht op betaling
Debiteur/crediteur
Slide 6 - Diapositive
Verschillende overeenkomsten
Eenzijdige overeenkomst > 1 partij moet iets doen
Wederkerige overeenkomst > beide partijen moeten iets doen
Vormvrije overeenkomst > niet aangegeven door de wet wat je moet doen
Formele overeenkomst > wet geeft precies aan wat je moet doen > auteursrecht overdragen
Benoemde overeenkomst > dwingend recht; wat/hoe staat in de wet.
Onbenoemde overeenkomst > aanvullend recht
Om niet > als 1 partij geen voordeel heeft van overeenkomst
Onder bezwarende titel > Als beide partijen baat hebben. (koopovereenkomst)
Slide 7 - Diapositive
Aanbod
Een aanbod kan niet voor altijd gelden. Daarom zijn er verschillende afspraken over de termijn van een aanbod
Mondeling aanbod
> Vervalt als er niet direct op wordt gereageerd (bedenktijd)
Schriftelijk aanbod
> geldt een redelijke termijn. Aanbod kan worden herroepen of worden ingetrokken. "Onherroepelijk aanbod"
Vrijblijvend aanbod
> Zelfs na acceptatie nog te herroepen. "Zolang de voorraad strekt"
Slide 8 - Diapositive
Op een verjaardag biedt Suzanne een vriendin voor € 125 haar laptop aan. De vriendin reageert niet, maar drie weken later staat zij voor de deur met de mededeling dat zij de laptop wil kopen. Moet Suzanne zich nog aan haar aanbod van drie weken geleden houden?
Stel dat een winkel een TV verkoopt voor €1499,-. Door een fout staat er in de winkel een prijskaartje van €14,99 bij de TV. Kan de klant de TV kopen voor €14,99?
Slide 10 - Diapositive
Vergissing in het aanbod
Bij een grote vergissing (waar van te voren al duidelijk is dat er een fout is gemaakt) zal de klant de TV niet mee kunnen krijgen.
Bij kleine vergissingen (van een paar euro) kan de klant het verschil vaak niet weten. De klant zou het dan wel mee kunnen krijgen.