Klas 1 week 22 La famille + bezittelijk vnw

• Frans
• Middelbare school
• vmbo t, mavo, havo
• Leerjaar 1

Leerdoel

Je oefent met familieleden

Je herhaalt de bezittelijk voornaamwoorden

Je kunt combinaties maken

la famille

De familie

1. La famille
2. La familie
3. Le famille
4. Le familia

Grammaire page 124

Het bezittelijk voornaamwoord

(herhalen)

tante

parents

père

mon

ma

mes

Hoe vertaal je:
"jouw familie"?

1. ton famille
2. ta famille
3. tes familles
4. la famille

mijn broer

1. mon père
2. ma soeur
3. mon frère
4. ma mère

jouw oom

1. ta oncle
2. ta cousine
3. ton cousin
4. ton oncle

zijn zus

1. son soeur
2. sa soeur
3. ton soeur
4. mon soeur

mijn nichten

1. ma cousine
2. mes cousins
3. mon cousin
4. mes cousines

zijn moeder

1. sa mère
2. son mère
3. ses mères
4. sa grand-mère

zijn neef

1. sa cousine
2. son cousin
3. ses cousins
4. ses cousines

De zoon van mijn oom is :

1. mon cousin
2. ma cousine
3. mon frère
4. ma soeur

De zus van mijn moeder is :

1. ma grand-mère
2. mes cousines
3. ma tante
4. ma cousine

De vader van mijn moeder is :

1. mon oncle
2. mon grand-père
3. mon cousin
4. ma grand-mère

De broers van mijn vader zijn :

1. mon cousin
2. ma cousine
3. mes oncles
4. mon oncle

De dochters van mijn ooms en tantes :

1. mes soeurs
2. mes cousines
3. mes cousins
4. mes tantes