Voortplanting

1 / 37
suivant
Slide 1: Diapositive

Cette leçon contient 37 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 2 - Lien

Cet élément n'a pas d'instructions

Levensfasen van de mens.

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Primaire geslachtskenmerken
Primaire geslachtskenmerken zijn bij de geboorte aanwezig 

Primaire geslachtskenmerken jongen: Penis en balzak.

Primaire geslachtskenmerken meisje: Vagina en schaamlippen

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Secundaire geslachtskenmerken


Secundaire geslachtskenmerken ontwikkelen zich in de puberteit.

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Primaire geslachtskenmerken
Secundaire geslachtskenmerken
Penis
Borsten
Baard in de keel
Grote schaamlippen
Vagina
Bredere heupen
Balzak
Toename spiermassa
Baardgroei

Slide 6 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Maken boek.
Opdracht 1 en opdracht 2

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Kenmerken van een zaadcel en eicel
Zaadcel
Eicel
Klein
Groot
Kan bewegen
Niet bewegen
Bevat reservevoedsel 
(3 dagen)
Geen reservevoedsel (24 uur)

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Maken boek
Opdracht 3

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Geslachtsorganen vrouw

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Inwendige geslachtsorganen vrouw

Slide 11 - Diapositive

Alle onderdelen benoemen en de functies hiervan uitleggen aan de hand van dit plaatje. Deze staan duidelijk in het boek beschreven op pagina 144.
Uitwendige geslachtsorganen vrouw

Slide 12 - Diapositive

Alle onderdelen benoemen en de functies hiervan uitleggen aan de hand van dit plaatje. Deze staan duidelijk in het boek beschreven op pagina 146.
In figuur 4 zie je een schematische tekening van het voortplantingsstelsel van de vrouw. Welke geslachtsorganen worden er bedoeld met de onderstaande beschrijvingen? Sleep beschrijving naar de juiste nummers.

Vagina
Blaas
Eileider
Baarmoeder
Eierstok

Slide 13 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Uitwendige geslachtsorganen vrouw
1
2
3
4
5
Buitenste schaamlippen
Binnenste schaamlippen
Vagina opening
Clitoris
Urinebuis opening

Slide 14 - Question de remorquage

Term vulva
Functie van de geslachtsorganen vrouw

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

- Eierstokken: worden eicellen gemaakt
- Eileider: vervoert de eicellen.
- Baarmoeder: Hierin groeit de embryo tot baby
- Vagina: Het verbindt de baarmoeder met de buitenkant van het lichaam en dient als geboortekanaal (penis naar binnen)
- Kleine schaamlippen: ze maken slijm aan bij seksuele opwinding.
- Clitoris: seksuele prikkeling

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de functie van de clitoris?
A
Is gevoelig voor seksuele prikkels
B
Maken slijm tijdens geslachtsgemeenschap
C
Beschermen de vagina
D
zorgen voor de eisprong

Slide 17 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de functie van eierstokken?
A
Ze vervoeren eicellen
B
Ze maken eicellen
C
Ze vervoeren zaadcellen
D
Ze maken zaadcellen

Slide 18 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de functie van de eileider
A
De eileiders maken eicellen
B
De eileiders vervoeren eicellen naar de baarmoeder
C
In de eileiders groeit een embryo
D
Dit is de ingang naar de baarmoeder

Slide 19 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de functie van de baarmoeder?
A
Opslag en rijping van eicellen
B
Vervoeren van eicellen
C
Opslaan van urine
D
Ontwikkelen van embryo

Slide 20 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de functie van de vagina?
A
Het reguleert de menstruatiecyclus
B
Het maakt hormonen
C
Het maakt eicellen
D
Het verbindt de baarmoeder met de buitenkant van het lichaam en dient als geboortekanaal

Slide 21 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de functie van de kleine schaamlippen?
A
ze beschermen de clitoris
B
ze maken slijm aan bij seksuele opwinding
C
ze zorgen voor de aanmaak van eicellen
D
ze hebben geen functie

Slide 22 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Maken boekje.
Opdracht 4 en opdracht 6 alleen de geslachtsorganen vrouw.

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Geslachtsorganen man

Slide 24 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Geslachtsorganen man

Slide 25 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

 
Hiernaast zie je een schematische afbeelding van het geslachtsorgaan van een man. 
Sleep de naam van het onderdeel naar de juiste plek.
Zaadleider
Zaadblaasje
Prostaat
Zwellichaam
Bijbal
Zaadbal
Urinebuis

Slide 26 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Functies geslachtsorganen man

Slide 27 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

- Zaadbal: Maakt zaadcellen.
- Bijbal: Tijdelijke opslag van zaadcellen.
Zaadleider: Hierdoor gaan de zaadcellen.
- Zaadblaasjes en prostaat: Vocht en voeding toevoegen aan zaadcellen.
- Zwellichaam: Penis in erectie (stijf) laten komen.
- Eikel: seksuele prikkeling.
- Voorhuid: Bescherming eikel.

Slide 28 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

De functie (taak) van zaadballen
A
opslaan van zaadcellen
B
belangrijk voor het krijgen van een erectie
C
toevoegen voedingsstoffen aan sperma
D
produceren van zaadcellen

Slide 29 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions


Wat is de functie van de bijballen?
A
Maken zaadcellen
B
Zorgen voor het opslaan van zaadcellen
C
Vervoeren de zaadcellen
D
Zorgen dat de zaadcellen vocht krijgen

Slide 30 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de functie van de zaadleiders?
A
huidplooi om de eikel te beschermen
B
prikkels opvangen die kunnen leiden tot een orgasme
C
urine en sperma vervoeren
D
zaadcellen vervoeren

Slide 31 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de functie van zaadblaasjes?
A
Urine en sperma vervoeren.
B
Zaadvocht en voedingsstoffen toevoegen.
C
Zaadcellen tijdelijk opslaan.
D
Zaadcellen vervoeren.

Slide 32 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de functie van de prostaat?
A
Produceren van zaadcellen
B
Produceren van hormonen
C
Vocht toevoegen aan de zaadcellen
D
Transporteren van zaadcellen

Slide 33 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de functie van de zwellichamen?
A
Ze vullen zich met bloed tijdens een erectie en zorgen ervoor dat de penis stijf wordt.
B
Ze vervoeren zaadcellen van de teelballen naar de zaadblaasjes.
C
Ze voegen vocht toe aan de zaadcellen.
D
Ze produceren vocht dat de zaadcellen beschermt.

Slide 34 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de functie van de eikel?
A
zorgt voor seksuele opwinding
B
zorgt voor het groter en stijver worden van de penis
C
zorgt voor de aanmaak van zaadcellen
D
zorgt voor het toevoegen van vocht aan sperma

Slide 35 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de functie van de voorhuid?
A
Om de urinebuis te beschermen
B
Om de eikel te beschermen
C
Om zaadcellen te produceren
D
Om de zwellichamen te ondersteunen

Slide 36 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Maken boekje.
Opdracht 4 de geslachtsorganen man.

Slide 37 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions