blz. 19 tot en met 24 boek CI Uitgeversgroep

• Management
• MBO
• Studiejaar 2

Opfrissen vorige les & blz. 19 

tot en met 24 boek 

CI Uitgeversgroep

Wat wordt verstaan onder informatie verstrekken aan derden?

1. Delen van informatie met externe partijen.
2. Delen van informatie met interne partijen
3. Delen van informatie met interne en externe partijen
4. Delen van informatie via internet en media

Wat betekent komen verschillende facetten kijken?

1. Komt veel bij kijken door de media en de pers
2. Spelen meerdere kanten/invalshoeken mee
3. Komen medewerkers en buitenstaanders bij kijken
4. Komen alleen publieksgroepen bij kijken

Noem een voorbeeld van een publieksgroep

Waar houd je rekening mee bij het opstellen van een boodschap?

1. Wat, waarom, waarover, wie, wanneer
2. Wat, waarom, wie, wanneer, hoe
3. Wat, wie, wanneer, hoe
4. Wat, waarom, waarover, wie, wanneer, hoe

Het beschikbaar maken, doorgeven en ontvangen van informatie en instructies, die direct en indirect een bijdrage leveren aan het doeltreffend realiseren van de bedrijfsdoelstellingen, m.a.w.

1. De manier waarop je binnen de organisatie communiceert heeft invloed op het resultaat
2. De manier waarop je correspondeert binnen de organisatie heeft een positieve invloed op het resultaat
3. De manier waarop je publieksgroepen aanspreek heeft invloed op bedrijfsresultaat
4. De manier waarop je binnen de organisatie communiceert heeft invloed op het bedrijfsresultaat

Horizontale communicatie is

1. Dwarsover in de organisatie communiceren
2. Van boven naar beneden communiceren
3. Op dezelfde lijn communiceren
4. Van boven naar beneden en op dezelfde lijn

Welke twee verschillende communicatiegroepen worden onderscheiden (volgens het boek)?

1. Beeld en geluid
2. Gesproken/persoonlijke en geschreven
3. Actief en interactief
4. Interne en externe gerichte

Wat is het doel van externe communicatie van een bedrijf op de markt?

1. Doelgroepen informeren, overtuigen en activeren
2. Doelgroepen overtuigen, activeren en benaderen
3. Doelgroepen overtuigen, bewerken en activeren
4. Doelgroepen activeren, overtuigen en bewerken

Het geheel van alle communicatieprocessen dat een bedrijf naar buiten brengt is

1. Reclame & Media
2. Public Relations
3. Doelgroep-communicatie
4. Externe communicatie

Public Relations en imagomanagement zijn een vorm van

1. Interne communicatie
2. Externe communicatie
3. Reclame & Publiciteit
4. In- en externe communicatie

Public Relations

Doelstellingen

1. Organisatiebeleid verhelderen

2. Dialoog met de omgeving bevorderen

3. Naamsbekendheid of imago verbeteren

Organisatiebeleid verhelderen

www.ucll.be

www.nji.nl

Dialoog met de omgeving bevorderen

www.venray.nl

Naamsbekendheid of imagoverbeteren

www.businessinsider.nl

Welke middelen helpen bij het extern bouwen aan een positief imago

1. Goede interne communicatie
2. Prijzen weggeven
3. Goedkoop zijn
4. Veel parkeergelegenheid

Je doelgroep is actief betrokken bij je bedrijf, kan invloed uitoefenen als je luistert naar suggesties en stemrecht door polls en andere reactiemogelijkheden, dit is een voordeel van de inzet van

1. Pers en Media
2. Een goede service afdeling
3. Sociale media
4. PR & Marketing

Voordelen van social media als communicatiemiddel

Gebruiker vraagt zelf om informatie en krijgt doordoor relevantere informatie

Contact onderhouden met je doelgroep is eenvoudiger (sneller)

Jouw volgers delen ook weer jouw informatie 

Door actieve en relevante informatie vergroot je de betrokkenheid, dat goed is voor je imago

Wat zijn doelgroepen

1. Hiervan worden de producten gekocht
2. Hieraan worden producten/ diensten geleverd
3. Hiervoor worden klanten benaderd
4. Hiervan worden diensten afgenomen

Wat is een publieksgroep?

1. Waar een bedrijf nooit contact mee heeft
2. Waar een bedrijf geen contact mee wil
3. Waar een bedrijf (altijd) mee te maken heeft
4. Afnemers/klanten/be-zoekers van een bedrijf

Welke publieksgroepen zijn er?

1. Intern, juridisch, politiek, financieel/economisch
2. Intern, algemeen, politiek, overheid
3. Intern, algemeen, juridisch, politiek,
4. Intern, algemeen, politiek, financieel/economisch

Wat is een activiteit gericht op een politieke publieksgroep?

1. Lobbyen
2. Bestuursoverleg
3. Verkiezingsdeelname
4. Beursinformatie delen

Wat is het imago van je organisatie?

1. Het beeld dat klanten hebben
2. Het beeld dat doelgroepen hebben
3. Het beeld dat alle organisatie hebben
4. Het beeld dat al het publiek heeft