4.4 Veiligheid

Wat doen botten vooral met röntgenstraling?
A
Doorlaten
B
Absorberen
C
Terugkaatsen
1 / 29
suivant
Slide 1: Quiz
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo k, gLeerjaar 3

Cette leçon contient 29 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 5 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Wat doen botten vooral met röntgenstraling?
A
Doorlaten
B
Absorberen
C
Terugkaatsen

Slide 1 - Quiz

Zwak ioniserende straling is
A
Ultra violette straling
B
Infra rode straling
C
Röntgenstraling
D
Radioactieve straling

Slide 2 - Quiz

Welke kernen vallen spontaan uit elkaar?
A
Stabiele kernen
B
Instabiele kernen

Slide 3 - Quiz

Als de halfwaardetijd verstreken is, is de hoeveelheid straling verdubbeld
A
Waar
B
Niet waar

Slide 4 - Quiz

Welke soort straling bestaat niet?
A
alfastraling
B
bètastraling
C
gammastraling
D
deltastraling

Slide 5 - Quiz

Werken met ioniserende straling
In veel beroepen wordt gewerkt met stoffen die ioniserende straling uitzenden

Slide 6 - Diapositive

Gevaren van straling
Hoge dosis:                          Onmiddelijk overlijden

Iets minder hoge dosis:  Na enkele dagen of weken word je                                                                ernstig ziek 

Lage dosis:                            Verhoogde kans op kanker

Slide 7 - Diapositive

Beschermen tegen straling
De cellen van je lichaam moeten beschermd worden tegen straling. 

Voor UV straling kun je simpelweg een zonnebrand gebruiken, maar sterkere straling heeft een betere bescherming nodig. 

Röntgenstraling wordt tegengehouden door lood bijvoorbeeld. 

Slide 8 - Diapositive

Voorzorgsmaatregelen
Tijd :                    zo kort mogelijk
Afstand:            zo ver mogelijk tot de stralingsbron.
Afscherming: een schild van lood geeft goede bescherming.
Insluiting:         Verpak stralingsbronnen verpakt in gesloten                                          systemen die de straling binnenhouden.

ALARA is een afkorting voor ‘As Low As Reasonably Achievable’

De activiteit van een radioactieve bron hangt af van:

  • de hoeveelheid radioactieve stof;

  • de halfwaardetijd.

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Vidéo

Slide 11 - Vidéo

Bestraling van buitenaf
Bestraling
  • alfastraling wordt door de huid geabsorbeerd
  • bètastraling gaat enkele mm de huid in
  • gammastraling bereikt de diepliggende organen

Slide 12 - Diapositive

Besmetting  / inwendige straling
  • Inademen van radioactieve stoffen
  • Drinken van radioactief besmet water
  • Eten van radioactief besmet voedsel

Bij inwendige bestraling zijn alledrie de soorten straling heel gevaarlijk.

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Vidéo

Kernenergie

Slide 15 - Diapositive

Voordelen kernenergie t.o.v. fossiele brandstoffen:
  • Levert veel energie
  • Er komen geen broeikasgassen vrij.
  • Uranium is een goedkope brandstof.
  • In verschillende werelddelen gewonnen.
  • Voorraad uranium is groot:
     - Nu -> 1 eeuw voorraad uranium
     - Nog groter, als het winnen van 'moeilijker winbaar             uranium'  winstgevend wordt.

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

Opslag kernafval

Slide 18 - Diapositive

Frankrijk (oude mijnen)

Slide 19 - Diapositive

0

Slide 20 - Vidéo

Tsjernobyl 1986

Slide 21 - Diapositive

Slide 22 - Lien

Fukushima 2011

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Lien

Kernafvaltransport per spoor

Slide 25 - Diapositive

Voorkomen van besmetting
  • werk alleen in aangewezen ruimtes
  • draag beschermende kleding
  • bij verlaten van de ruimte, handen grondig wassen
  • bij verlaten van de ruimte, beschermende kleding achterlaten
  • niet morsen met radioactieve stoffen
  • ruimte regelmatig controleren op besmetting

Slide 26 - Diapositive

Maatregelen bij besmetting
  • besmette kleding uittrekken en douchen
  • besmette kleding opbergen
  • besmette ruimtes ontsmetten

Slide 27 - Diapositive

Slide 28 - Vidéo

Een patiënt wordt niet radioactief bij
A
gebruik van een tracer
B
bestraling van buitenaf
C
bestraling van binnenuit

Slide 29 - Quiz