Actief ophalen Marche 1 t/m 14

Actief ophalen Marche 1 t/m 14
les 15
1 / 38
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolvmbo t, mavo, havo, vwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 38 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Actief ophalen Marche 1 t/m 14
les 15

Slide 1 - Diapositive

DEEL 1
  • zinnen vertalen
  • zinnen ontkennend maken

Slide 2 - Diapositive


Vertaal:
Je suis un grand homme.

Slide 3 - Question ouverte


Maak ontkennend:  [ niet ]
Je suis un grand homme.

Slide 4 - Question ouverte


Vertaal:
J'aime le tennis.

Slide 5 - Question ouverte


Maak ontkennend:  [ niet meer ]
J'aime le tennis.

Slide 6 - Question ouverte


Vertaal:
Je prends un coca.

Slide 7 - Question ouverte


Maak ontkennend:   [ niet ]
Je prends un coca.  

Slide 8 - Question ouverte


Vertaal:
J'ai des yeux bleus.

Slide 9 - Question ouverte


Maak ontkennend:   [ geen ]
J'ai des yeux bleus.

Slide 10 - Question ouverte

DEEL 2
  • Hoe zeg je ...

Slide 11 - Diapositive


Vertaal:
Hoe heet jij?

Slide 12 - Question ouverte


Vertaal:
Ik heet X.

Slide 13 - Question ouverte


Vertaal:
Ik woon in Groenlo.

Slide 14 - Question ouverte


Vertaal:
Ik ben veertien jaar.

Slide 15 - Question ouverte


Vertaal:
Milan is bijna veertien jaar.

Slide 16 - Question ouverte


Vertaal:
Ik snap het niet.

Slide 17 - Question ouverte


Vertaal:
Milan is 14 jaar: dinsdag!

Slide 18 - Question ouverte


Vertaal:
Vind jij Engels leuk?

Slide 19 - Question ouverte


Vertaal:
Hoe heet jouw docent Engels?

Slide 20 - Question ouverte


Vertaal:
Mijn docent Engels heet X.

Slide 21 - Question ouverte


Vertaal:
Vind jij Nederlands leuk?

Slide 22 - Question ouverte


Vertaal:
Nee, ik vind Nederlands niet leuk.

Slide 23 - Question ouverte


Vertaal:
Waar is de hond?

Slide 24 - Question ouverte


Vertaal:
Hij is in de keuken.

Slide 25 - Question ouverte


Vertaal:
En waar is jouw computer?

Slide 26 - Question ouverte


Vertaal:
Mijn computer is in mijn kamer.

Slide 27 - Question ouverte


Vertaal:
Vandaag is het koud...

Slide 28 - Question ouverte


Vertaal:
Ik heb vertrouwen in jou.

Slide 29 - Question ouverte

DEEL 3
  • Hoe zeg je ...
  • Bij de dokter

Slide 30 - Diapositive


Vertaal:
Hoe gaat het vandaag?

Slide 31 - Question ouverte


Vertaal:
Het gaat wel, maar ik heb keelpijn...

Slide 32 - Question ouverte


Vertaal:
En ik heb ook rode ogen...

Slide 33 - Question ouverte


Vertaal:
Ik voel me niet goed.

Slide 34 - Question ouverte


Vertaal:
Ik heb buikpijn

Slide 35 - Question ouverte


Vertaal:
Rust goed uit!

Slide 36 - Question ouverte


Vertaal:
Jij ook. Tot snel.

Slide 37 - Question ouverte

Wie heeft er gewonnen?

Slide 38 - Diapositive