H9: 9.2 / Som- en verschilgrafiek - 3M

1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
WiskundeMiddelbare schoolvmbo g, t, mavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 18 diapositives, avec diapositives de texte et 3 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat ga je leren?
  • Je weet wat een somformule is en kunt deze berekenen.
  • Je kunt de somgrafiek van 2 formules of 2 grafieken tekenen.
  • Je weet wat een verschilformule is en kunt deze berekenen.
  • Je kunt de verschilgrafiek van 2 formules of 2 grafieken tekenen.

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 3 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

9.2: Som- en verschilformules
  • Wat is som en verschil in de wiskunde?
  • Je kunt ook de som en het verschil uitrekenen van 2 formules met dezelfde variabelen.
  • Stel je gaat fietsen huren. Er zijn 2 typen fietsen, een electrische fiets en een gewone fiets. De huurprijs van de fietsen is:   
    Electrische fiets: huurprijs in euro = 25 + 12,50a  
    Gewone fiets:        huurprijs in euro = 15 + 7,50a  
    Hierin is a het aantal dagen dat je de fiets huurt.  
  • Wat kost de huur van de twee fietsen samen?

Slide 4 - Diapositive

som is optellen
verschil is aftellen
9.2: Som- en verschilformules
Electrische fiets: huurprijs in euro = 25 + 12,50a  
Gewone fiets:        huurprijs is euro = 15 + 7,50a  
                                           a : aantal dagen  
  • Als je de huurprijs van de fietsen gezamenlijk wilt berekenen, gebruik je dan de som of het verschil?
  •                                       Huurprijs in euro =   25   +    12,50 a      
                                            Huurprijs in euro =   15   +       7,50 a             +
                                           
    -----------------------------------------------
  •                                        Huurprijs in euro =  40   +    20,00 a      


  • De grafiek van de laatste formule heet de somgrafiek.

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

9.2: Som- en verschilformule
Hans wil een tent huren.
Hij vraagt zich af wat het prijsverschil is tussen tent 1 en tent 2.
Formule tent 1: huurprijs in euro = 80 + 250w
Formule tent 2: huurprijs in euro = 20 + 270w
  • Moeten we een som- of een verschilformule maken?                                    
  • Maak de verschilformule tent 1 - tent 2
  •                          huurprijs in euro    =   80   +   250 w         
                               huurprijs in euro    =   20   +   270 w   -
  •                       prijsverschil in euro =    60   -     20 w
  w: tijd in weken

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

9.2: Som- en verschilformules
tent 1: huurprijs in euro = 80 + 250w
tent 2: huurprijs in euro = 20 + 270w
tent 1 - tent 2: prijsverschil in euro = 60 -   20w
  • Teken de verschilgrafiek tent 1 - tent 2
w: tijd in weken

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

9.2: Som- en verschilformule
tent 1: huurprijs in euro = 80 + 250w
tent 2: huurprijs in euro = 20 + 270w
tent 1 - tent 2: prijsverschil in euro = 60 -   20w
  • Teken de verschilgrafiek tent 1 - tent 2
  • Wat betekent de verschilgrafiek?
  • Na hoeveel weken zijn de tenten even duur?
  • Op welk moment is welke tent 
    goedkoper?
w: tijd in weken

Slide 8 - Diapositive

verschilgrafiek betekent: 
Hoeveel is het prijsverschil na een aantal weken.

De tenten zijn even duur als de verschilgrafiek = 0, dus na 3 weken.

Tent 1 is tot de derde week duurder. 
Tent 2 is duurder na 3 weken.
9.2: Som- en verschilgrafiek
Ook grafieken waar geen formules bij horen kun je
bij elkaar optellen of van elkaar aftrekken.
Dat kan als de grafieken in één assenstelsel
getekend staan, of de assenstelsels gelijk zijn.

  • Maak een som- of verschiltabel.
  • Teken de som- of verschilgrafiek.

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

9.3: Som- en verschilgrafiek
Bijvoorbeeld:
Teken de winstgrafiek.

  • Gaat dit om som of verschil?
  • We moeten de verschilgrafiek omzet - kosten
    maken. Maak daarvoor eerst de verschiltabel:

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

9.3: Som- en verschilgrafiek
Bijvoorbeeld:
Teken de winstgrafiek.

  • Gaat dit om som of verschil?
  • We moeten de verschilgrafiek omzet - kosten
    maken. Maak daarvoor eerst de verschiltabel:

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

9.3: Som- en verschilgrafiek
Bijvoorbeeld:
Teken de winstgrafiek.

  • Gaat dit om som of verschil?
  • We moeten de verschilgrafiek omzet - kosten
    maken. Maak daarvoor eerst de verschiltabel:

  • Maak hiervan daarna de winstgrafiek:

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

9.3: Som- en verschilgrafiek
Bijvoorbeeld:
Teken de winstgrafiek.

  • Gaat dit om som of verschil?
  • We moeten de verschilgrafiek omzet - kosten
    maken. Maak daarvoor eerst de verschiltabel:

  • Maak hiervan daarna de winstgrafiek:

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Huiswerk

Maken:

Paragraaf 9.2 vraag 14, 15, 16, 19, 20 en 21




Achter deze les staan een aantal nuttige filmpjes




timer
10:00

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Lesdoel behaald?
Leg aan je buurman is wat een verschilgrafiek is. Noem een voorbeeld.

Leg ook uit wat een somformule is.

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hierna volgen enkele filmpjes die je kunnen helpen met het behalen van de leerdoelen.
Hierna volgen enkele filmpjes die je kunnen helpen met het behalen van de leerdoelen.
Hierna volgen enkele filmpjes die je kunnen helpen met het behalen van de leerdoelen.

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 17 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 18 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions