Thema 7, les 12: Woordweb maken en aanvullen.

Je leert een woordweb te maken en aan te vullen.
1 / 11
suivant
Slide 1: Diapositive
TaalBasisschoolGroep 4

Cette leçon contient 11 diapositives, avec quiz interactif et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Je leert een woordweb te maken en aan te vullen.

Slide 1 - Diapositive

Het woordweb hiernaast gaat over de boerderij.

Er omheen staan woorden die te maken hebben met de boerderij.

We gaan samen les 12 maken

Slide 2 - Diapositive

Opgave 1

Welke van de 3 woorden past NIET bij het Toneel?

Slide 3 - Diapositive

Opgave 2
In deze opgave kies je juist wat er WEL bij het onderstreepte woord hoort.
Hier dus de verjaardag.

Kies steeds 2 woorden.

Slide 4 - Diapositive

Opgave 3
Vul nu steeds het woorweb aan met 2 woorden die bij het onderwerp horen.

Het onderwerp van het woordweb staat in het midden.

In deze opgaven gaat het dus over
  de film.

Slide 5 - Diapositive

Opgave 4
Hier moet jij steeds bedenken over welk onderwerp het gaat.

Waarbij horen de woorden:
  • het concert
  • het toneel
  • het publiek
  • het optreden

Is dat bij de muziek, de film of het theater?

Slide 6 - Diapositive

Opgave 5
Nu ga je zelf aan de slag.

Maak het woordweb af!

Slide 7 - Diapositive

Heb je de Snappet les af?
Dan gaan we nu eerst even zelf een woordweb maken op de volgende dia. 
Het onderwerp is Koningsdag 2020.
Vul alle woordvelden in!

Slide 8 - Diapositive

Koningsdag 2020

Slide 9 - Carte mentale

Is je woordweb over koningsdag af?
Maak dan nog 10 opgaven in de plus!

Slide 10 - Diapositive

Hopsakeetje, dat was de taalles!

Slide 11 - Diapositive