Formatieve Toets veterinaire apotheek

• Paraveterinaire vakken
• MBO
• Studiejaar 2

Formatieve toets veterinaire apotheek 1

Wat is een diergeneesmiddel?

Wat is het uitgangspunt van de wet dieren

1. Bescherming van de mens
2. Bescherming van het milieu
3. Het welzijn van dieren beschermen
4. A,B,C zijn allemaal goed

Wetgeving over diergeneesmiddelen vindt je terug in het besluit

1. Diergeneeskundigen
2. Diervoeders
3. Dierlijke producten
4. Diergeneesmiddelen

Welke kanalisatiestatus bestaat NIET?

1. UDD
2. URA
3. UCA
4. VRIJ

Een diergeneesmiddel met de status UDA kun je ook bij de apotheek kopen

1. Waar
2. Niet waar

Uitsluitend door dierenarts toe te dienen is

1. UDA
2. UDD
3. URA
4. UTD

Een diergeneesmiddel met de status URA kun je kopen bij de

1. dierenarts, apotheek of erkende handelaar
2. apotheek of erkende handelaar
3. dierenarts, apotheek of erkende handelaar met recept
4. apotheek of erkende handelaar met recept

Als paraveterinair mag je alleen diergeneesmiddelen toedienen met een

1. UDA , URA en VRIJ status
2. UDD, UDA en VRIJ status
3. UDA, URA en VRIJ status
4. geen van deze antwoorden klopt

De wet en regelgeving van opiaten kun je terug vinden in de

1. Diergeneesmiddelen wet
2. Wet dieren
3. Diergeneesmiddelenbesluit
4. Opiumwet

De keuze van een diergeneesmiddel is afhankelijk van

1. Aandoening, houdbaarheid, beschikbaarheid
2. Aandoening, patiënt, beschikbaarheid

Een bijwerking is een

1. effect die niet bedoeld is of zelfs schadelijk zijn
2. een ontsteking op de inj. plaats
3. een complicatie
4. een overgevoeligheids reactie

Wanneer spreek je van een geringe therapeutisch index?

1. Als de MEC en de MTC voldoende uit elkaar liggen
2. Als een medicijn zijn therapeutische werking behaald
3. Als de MEC en de MTC dicht bij elkaar liggen
4. Als de MEC de MTC overstijgt

Als een product koel bewaard moet worden bedoelen we

1. Tussen de 2-8 graden
2. Tussen de 8-15 graden
3. Tussen de 15 - 20 graden

De apotheek controleer je 1 x per maand op

1. Houdbaarheid, bewaarcondities, voorraad
2. Houdbaarheid, temperatuur, voorraad
3. Temperatuur, ventilatie, licht
4. Aanprikdata, temperatuur, voorraad

Hoe kun je een diergeneesmiddel herkennen?

1. Er moet geneesmiddel opstaan
2. Het heeft een kanalisatiestatus
3. Het heeft een REG-NL nummer
4. Alle antwoorden zijn van toepassing

Topicaal is

1. Op het oog
2. In het oor
3. Op de huid
4. In de neus

Een diergeneesmiddel moet een therapeutisch en/of preventieve werking bevatten

1. waar
2. niet waar

Bijwerkingen kun je vinden

1. op de verpakking
2. in de bijsluiter
3. in het besluit diergeneesmiddelen

Voor het bijhouden van de temperatuur in de apotheek gebruik je een

1. Continu temperatuur registratie
2. Minimum-Maximum thermometer
3. Maximum temperatuur registratie
4. Minimum temperatuur registratie

Het uittellen van tabletten doe je met een?

1. Een telraam
2. Een telgoot
3. In de hand
4. Op de balie

Via welke toedieningsroute is de opname snelheid van medicatie het hoogst?

1. Intra-veneus
2. Intra-musculair
3. Oraal
4. Rectaal

Welk onderdeel is niet wettelijk verplicht op een etiket?

1. Naam van de client
2. Naam van de patiënt
3. Telefoonnummer van de praktijk
4. Hoeveelheid van het diergeneesmiddel

Wat is een spuitplek?

1. Een reactie van het lichaam op een prikkeling
2. Een ontsteking als reactie op een injectie
3. De plaats van een injectie
4. Een plek met littekenweefsel na een genezen ontsteking

Wat is de cascade regeling voor diergeneesmiddelen

1. Regeling voor het uitgeven van diergeneesmiddelen
2. Regeling voor het kopen van diergeneesmiddelen
3. Regeling voor geneesmiddelen
4. Regeling die de behandel mogelijkheden voor DA vergroot

Waar moet 1e keus antibiotica niet aan voldoen?

1. Darmflora minimaal verstoren
2. Goede werkzaamheid
3. Geringe kans op resistentie
4. Breed spectrum

Resistentie komt alleen bij antibiotica voor

1. Waar
2. Niet waar

Bij uitgeven of toediening van medicijnen controleer je altijd

1. Juistheid geneesmiddel, juistheid dosering, houdbaarheid
2. Juistheid geneesmiddel, juistheid dosering
3. Juistheid geneesmiddel, houdbaarheid
4. Aandoening, toestand van patiënt, beschikbaarheid

Welke veel gebruikte producten vallen onder de bestrijdingsmiddelen

1. Halamid
2. Ontwormingsmiddel
3. Omgevingsspray voor de vlo
4. Pijnstillers

Welk middel valt NIET onder de opium wet

1. Buprecare
2. Ketamine
3. Diazepam
4. Methadon

Wat wordt er bedoelt met magistrale bereiding

1. Het zelf maken van medicatie
2. Het uitponden van medicatie
3. Het zelf inkopen van medicatie

Waar controleer je een binnen gekomen bestelling op?

1. Of de hoeveelheid overeenkomt op de pakbon
2. het batchnummer
3. datum
4. ongeschonden verpakking