5H Production écrite - lettre de candidature

Production écrite
écrire une lettre de candidature = SE1
1 / 36
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

Cette leçon contient 36 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Production écrite
écrire une lettre de candidature = SE1

Slide 1 - Diapositive

Lettre de motivation
  • 1. Vertel hoe je kennis hebt genomen van de oproep en dat je solliciteert op de functie
  • 2. Stel jezelf uitgebreid voor. Vertel dat je interesse hebt en waarom je interesse hebt.
  • 3. Vertel over je werkervaring en waarom je geschikt bent voor deze functie.
  • 4. Vertel waneer je beschikbaar bent.
  • 5. Sluit de brief af.

Slide 2 - Diapositive


Traduis: Laat ik mijzelf voorstellen.

Slide 3 - Question ouverte

Traduis: Met veel belangstelling heb ik uw advertentie gelezen.

Slide 4 - Question ouverte

Traduis: Ik wil graag solliciteren naar deze baan.

Slide 5 - Question ouverte

Traduis: ik wil graag mijn Frans verbeteren.

Slide 6 - Question ouverte

Slide 7 - Vidéo

Wat is fout in deze zin:
J'ai les chevaux marron.
A
marron = marrons
B
LES moet weg
C
marron = marronnes
D
chevaux = cheveux

Slide 8 - Quiz

Wat is fout in deze zin:
Probalement je passerai mon bac au mois de mai.
A
mois = moins
B
probalement = probablement
C
je passerai = je passe
D
mon = ma

Slide 9 - Quiz

Wat is fout in deze zin:
Je peux commencer le trois decembre.
A
commencer = commence
B
LE moet weg
C
decembre = décembre
D
peux = veux

Slide 10 - Quiz

Wat is de juiste formulering om je flexibiliteit qua rooster te benadrukken?
A
Je suis flexible dans le travail
B
Je m'adapte à toute situation
C
Je suis habitué à un horaire irrégulier
D
Je cherche un emploi temporel

Slide 11 - Quiz

Wat is de juiste formulering om te vragen of je in het hotel mag verblijven?
A
Est-ce que je peux rester ici?
B
Les employés sont logés ici?
C
Les employés sont logés dans l 'hôtel?
D
Est-ce que je peux dormir chez vous?

Slide 12 - Quiz

Wat is de juiste formulering om te zeggen dat je nog een bruiloft hebt voor de startdatum van 3 juli?
A
Je peux commencer un jour plus tard parce que j'ai un mariage.
B
Je ne peux pas venir le trois juillet parce que j'ai un marriage.
C
Ma cousine va se marier, donc j'arrive plus tard.
D
Je ne peux pas commencer parce qu'un mariage.

Slide 13 - Quiz

Wat is de juiste formulering voor: ik red me wel in het Frans?
A
Je me débrouille en français.
B
Je parle assez bien français.
C
Je parle couramment français.
D
Je parle un peu français.

Slide 14 - Quiz

Wat is de juiste formulering om te vragen of je eet in het hotel zelf?
A
Je peux manger ici?
B
Est-ce que les employés ont le repas ici?
C
Est-ce que les repas pour les employés sont dans l hôtel?
D
Est-ce que les repas pour les employés sont fournis par l'hôtel?

Slide 15 - Quiz

Welk woord ontbreekt?
Permettez-moi de présenter
A
TE voor présenter
B
ME voor présenter
C
MOI achter présenter
D
VOUS voor présenter

Slide 16 - Quiz

Noteer de plaats (waar je nu bent) en de datum van vandaag zoals in een brief.

Slide 17 - Question ouverte

Noteer de zin: Ik zit in de eindexamenklas.

Slide 18 - Question ouverte

Noteer de zin:
Ik heb Frans in mijn pakket.

Slide 19 - Question ouverte

Noteer de zin: Ik zou u willen vragen of het mogelijk is om...

Slide 20 - Question ouverte

Wel woord ontbreekt?
Je m'intéresse à ce genre travail
A
FAIRE na à
B
DE na genre
C
BEAUCOUP na intéresse
D
TROP na intéresse

Slide 21 - Quiz

Welk woord ontbreekt?
Dans Le Monde du 20 décembre dernier j'ai lu votre dans laquelle
A
EMPLOI na votre
B
DANS L'HÔTEL na emploi
C
ANNONCE na votre
D
2020 na décembre

Slide 22 - Quiz

Welk woord ontbreekt ?
J'ai beaucoup expérience dans ce domaine.
A
DEPUIS na domaine
B
DE na beaucoup
C
D'EMPLOI na domaine
D
D' na beaucoup

Slide 23 - Quiz

Wat is fout: j'ai travaillée comme serveuse.
A
het woord serveuse
B
J'ai : je suis
C
travaillé moet zonder extra E
D
comme: pour

Slide 24 - Quiz

Welk woord ontbreekt?
Candidature poste vacant
A
AU voor poste
B
À voor poste
C
DE SERVEUR na poste
D
DANS LE voor poste

Slide 25 - Quiz

Wat is fout: Je suis habitué à horaire de travail irrégulier.
A
irrégulier: irrégulière
B
UN moet voor horaire
C
DE niet weg na horaire
D
habitué : habituer

Slide 26 - Quiz

Wat is fout: canditature au poste hôtesse
A
hôtesse zonder ^
B
POSTE moet weg
C
D' moet voor hôtesse
D
AU : à la

Slide 27 - Quiz

Traduis: ik ben beschikbaar tijdens de zomermaanden.

Slide 28 - Question ouverte

Sleep de signaalwoorden naar het verband dat zij aangeven. 
Opsomming
Reden
Tegenstelling
Conclusie
car
mais
par contre
donc
en plus
au contraire
comme
ensuite
alors
d'abord
puis
parce que
bref
cependant

Slide 29 - Question de remorquage

Hoe ziet jouw 3de alinea eruit?
Wat staat erin?

Slide 30 - Question ouverte

Wat is er fout in deze zin? (de persoon is mannelijk).
Je suis de nationalité hollandais.
A
hollandais= hollandaise
B
het woord DE hoort er niet bij
C
hollandais moet met een hoofdletter
D
het moet zijn: j'ai une nationalité hollandais

Slide 31 - Quiz

Wat is er fout in deze zin:
Je suis disponible de 8 juin au 30 juillet
A
juillet = julliet
B
disponible = disponsible
C
de = du
D
au = à

Slide 32 - Quiz

Wat is er fout in deze zin:
Comme je m'intresse à ce genre de travail, je vous écris.
A
vous = vais
B
ce = cette
C
m'intresse = m'intéresse
D
Comme = parce que

Slide 33 - Quiz

Wat is er fout in deze zin:
Je cherche un emploi temporaire en france.
A
france = France
B
emploi = poste
C
Je cherche = Je cherches
D
temporaire = temporair

Slide 34 - Quiz

Wat is er fout in deze zin:
Je suis disponible du 1 octobre au 30 novembre 2021.
A
de getallen moeten voluit
B
1 = premier
C
octobre = oktobre
D
au = à le

Slide 35 - Quiz

Noteer 3 mooie Franse zinnen die je vandaag geleerd hebt en die je gaat gebruiken in je motivatiebrief tijdens je SE1.

Slide 36 - Question ouverte