H34 en 3.5

1 / 14
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 14 diapositives, avec diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Wat gaan we doen?
  • Herhalen vorige les.
  • Huiswerk controleren.
  • Uitleg 3.4
  • Werken.
  • Uitleg 3.5

Slide 2 - Diapositive

Waarom stegen de landbouwopbrengsten rond 1000?

Slide 3 - Diapositive

Nakijken.
  • Paragraaf 3.4 vraag 1 t/m 6.
  • Eén persoon leest de vraag voor.
  • Heb je iets anders? Steek je vinger op en zeg het, soms is meer dan één antwoord goed.
  •  Zorg ervoor dat je de juiste antwoorden overneemt.

Slide 4 - Diapositive

Lesdoel
  1. Je weet wat de vier sociale lagen in de middel eeuwen waren.
  2. Je weet wat een gilde is.
  3. Je weet waarom de steden steeds machtiger worden.

Slide 5 - Diapositive

Drieslagstelsel
Jaar 1
zomergraan
wintergraan
braak 
Jaar 2
braak
zomergraan
wintergraan
Jaar 3
wintergraan
braak
zomergraan
  • Opbrengst van het land stijgt.
  • Voedsel wordt niet alleen voor eigen gebruik geproduceerd.
  • Boeren gebruiken een markt om producten te verhandelen.
herhaling!

Slide 6 - Diapositive

Kloosters
  • Ontginnen woeste grond. 
Meer landbouwgrond. Dus hogere opbrengst.
  • Hoe meer kloosters hoe meer landbouwgrond.


Slide 7 - Diapositive

De Hanze
Zwolle
  • Geld speelt weer een rol

Slide 8 - Diapositive

Inwoners van een stad.
Vier sociale lagen:
  1. Rijke kooplieden, en de meesters van een gilde.
  2. Winkeliers en ambachtslieden.
  3. Mensen zonder vast werk. Zij waren vaak arm.
  4. Oude en zieke mensen. Kregen hulp.
Burgers

Slide 9 - Diapositive

Aan het werk
10 minuten.

Lees 3.4 
Maak 3.4 vraag 7 tm 13
timer
10:00

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Vidéo

Gilde
  • Wat denk je dat een gilde is? 
  • Groep mensen met hetzelfde beroep (ambacht).
  • Eerst leerling, dan gezel, daarna een meester als de meesterproef succesvol was afgelegd.
  • Eigen werkplaats.

Slide 12 - Diapositive

Bestuur
  • Schout. Wordt benoemd door de heer van het gebied. Hij is de belangrijkste bestuurder.
  • Schepenen. Worden door rijke families gekozen.

Slide 13 - Diapositive

Aan het werk
10 minuten.

Lees 3.4 
Maak 3.4 vraag 7 tm 13
timer
10:00

Slide 14 - Diapositive