W36 BIO HSS 2KL/K THEMA 1 VERBRANDING EN ADEMHALING BS 1

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 2

Thema 1 Verbranding en Ademhaling 

Doelen

• Je kan uitleggen wat verbranding is
• Je kan uitleggen wat verbrandingsproducten zijn
• Je kan uitleggen wat een indicator is

Woordenlijst bs 1

• Brandstof 
• Verbrandingsproducten
• Indicator 
• Verbranding kaars

Verbranding 

Bij verbranding komt energie vrij die gebruikt kan worden. 

Energie kan vrij komen in de vorm van warmte, licht en beweging.

Zuurstof 

Voor verbranding heb je zuurstof nodig.

Verbrandinsproducten 

De stoffen die ontstaan bij het proces van verbranding, dit zijn:

• Water 
• Koolstofdioxide 

Formule 

Verbranding kun je samenvatten met een formule.

Brandstof + zuurstof --> water + koolstofdioxide + energie

(brandstof) (verbrandingsproducten) 

Reactieschema 

Auto:

Benzine + zuurstof --> water + koolstofdioxide + energie

(brandstof) (verbrandingsproducten) (warmte + beweging)

Hoe zit het bij 'de kaars'?

Hoe zit het bij lichaamscellen? Hoe ziet het reactieschema van het verbrandingsproces er dan uit?

Belangrijk te weten: In elke lichaamscel vinden processen plaats, daarvoor is energie nodig.

Er vindt in elke lichaamscel verbranding plaats. Daarvoor is wat nodig en daarbij komt wat vrij.

Reactieschema 

• Kaars:
• Kaarsvet + zuurstof --> water + koolstofdioxide + energie
  
• (brandstof) (verbrandingsproducten) (warmte + licht)
  

Inspanning 

Door een toenemende inspanning heeft het lichaam meer energie nodig  

Reactieschema 

• Lichaam:
• Glucose + zuurstof --> water + koolstofdioxide + energie
• (brandstof) (verbrandingsproducten) (lichaamstemperatuur + beweging)

Verbranding: Dit weet/snap je!

Reactieschema van het verbrandingsproces:

Algemeen:  

Brandstof      +    zuurstof    -->     water    +    koolstofdioxide      +      energie

(brandstof)                                      (verbrandingsproducten)                 

                                                                                                                 

Auto:

Benzine      +      zuurstof     -->     water    +    koolstofdioxide      +      energie

(brandstof)                                        (verbrandingsproducten)               (warmte + beweging)

Kaars:

Kaarsvet      +     zuurstof     -->     water     +   koolstofdioxide      +     energie

(brandstof)                                      (verbrandingsproducten)                (warmte + licht)

Lichaam:

Glucose      +       zuurstof   -->      water + koolstofdioxide           +      energie

(brandstof)                                      (verbrandingsproducten)                (lichaamstemperatuur + beweging)

Alle processen in je cellen vragen energie

Indicator 

Indicator is een stof waarmee de aanwezige van een andere 

stof  aangetoond kan worden 

Helder Kalkwater 

Tekst

Troebe; 

Proefje: Indicator

Met kalkwater kan je koolstofdioxide aantonen.

Kalkwater is de indicator om koolstofdioxide aan te tonen.

- Blaas rustig door het rietje, wat gebeurd er?

- Wat heb je met dit proefje bewezen?

Verbranding in een lichaamscel: 

In welke afbeelding zie je verbrandingsproducten?

Verbrandingsproduct

Verbrandingsproduct

Verbrandingsreactie van verbranding in elke cel van het lichaam:


.......1........ + zuurstof ==> ……………2………….. + …………3…….……….. + …………4…………
(verbrandingsproducten)

1. 1: water 4: energie
2. 1: koolstofdioxide 4: water
3. 1: glucose 4: energie
4. 1: glucose 2: water

Zo kun je een koolstofdioxide aantonen

Verbrandingsproduct

Indicator

Troebel

Huiswerk

• Lezen bs 1 
• Maken woordenlijst bs 1 
• Maken opdrachten van bs 1 digitaal
• Lezen bs 2 

Basisstof 2: Ingeademde en Uitgeademde lucht  

Leerdoelen 

• Je moet de verschillen tussen ingeademde lucht en uitgeademde lucht kunnen noemen. 

Terugblik: Verbranding

Reactieschema van het verbrandingsproces:

Algemeen:  

Brandstof      +    zuurstof    -->     water    +    koolstofdioxide      +      energie

(brandstof)                                      (verbrandingsproducten)                 

                                                                                                                 

Auto:

Benzine      +      zuurstof     -->     water    +    koolstofdioxide      +      energie

(brandstof)                                      (o.a.verbrandingsproducten)           (warmte + beweging)

Kaars:

Kaarsvet      +     zuurstof     -->     water     +   koolstofdioxide      +     energie

(brandstof)                                      (verbrandingsproducten)                (warmte + licht)

Lichaam:

Glucose      +       zuurstof   -->      water + koolstofdioxide           +      energie

(brandstof)                                      (verbrandingsproducten)                (lichaamstemperatuur + beweging)

Ook de processen in je cellen vragen energie

In je lichaam

                  glucose + zuurstof ➡️ koolstofdioxide + water + energie

               (brandstof)                             (verbrandingsproducten)

Ingeademde en uitgeademde lucht

Lucht bestaat uit stikstof, zuurstof, koolstofdioxide en rest.

Je ademt de lucht in voor de zuurstof. Je longen halen de zuurstof uit de lucht en geven weer koolstofdioxide af aan de lucht.

DROGE LUCHT

Opdracht 1

Stikstof

Zuurstof

Edelgassen

Koolstofdioxide

Overige gassen

Bij ademhalen

Welk gas zit meer in ingeademde lucht dan uitgeademde lucht?

welk gas zit meer in uitgeademde lucht dan in ingeademde lucht?

Welke vormen van energie komt er bij verbranding vrij?

1. CO2, licht & warmte
2. H₂O, CO₂ & energie
3. licht, warmte & beweging
4. licht, CO₂ & beweging

Bij verbranding ontstaat:

1. Zuurstof
2. Stikstof
3. Koolstofdioxide
4. Vuur

De indicator voor koolstofdioxide

Welke gassen vormen samen 99% van de lucht?

1. edelgassen en stikstof
2. edelgassen en zuurstof
3. stikstof en zuurstof
4. edelgassen, stikstof en zuurstof

wat is géén brandstof?

1. elektriciteit
2. hagelslag
3. steenkool
4. kaarsvet

Meer waterdamp in ingeademde lucht of in uitgeademde lucht?

1. ingeademde lucht
2. uitgeademde lucht

Is de temperatuur hoger bij ingeademde of uitgeademde lucht?

1. ingeademde lucht
2. uitgeademde lucht

Bij een brandende kaars zijn water en koolstofdioxide de ___________

Welke gassen komen het meest voor in de lucht?

1. Zuurstof en stikstof
2. Zuurstof en edelgassen
3. Zuurstof en koolstofdioxide
4. Stikstof en koolstofdioxide

Huiswerk

• Lezen bs 1 of 2
• Neem lesson up door 
• Maken woordenlijst bs 1 of 2
• Maken opdrachten van bs 1 of 2 digitaal

BS 3: Verbranding in je lichaam 

Lesdoel 

•  Je moet de verbranding in je lichaam kunnen beschrijven.

Woordenlijst 

• zuurstof 
• koolstofdioxide 
• water
• energie ( warmte) 
• verbranding 
• brandstof 
• glucose 

Verbranding

• Vindt  plaats in elke cel van je lichaam.

Brandstof en zuurstof gemixt 

Glucose en Zuurstof 

Reactieschema van het verbrandingsproces:

Algemeen:  

Brandstof      +    zuurstof    -->     water    +    koolstofdioxide      +      energie

(brandstof)                                      (verbrandingsproducten)                 

                                                                                                                 

Auto:

Benzine      +      zuurstof     -->     water    +    koolstofdioxide      +      energie

(brandstof)                                        (verbrandingsproducten)               (warmte + beweging)

Kaars:

Kaarsvet      +     zuurstof     -->     water     +   koolstofdioxide      +     energie

(brandstof)                                      (verbrandingsproducten)                (warmte + licht)

Lichaam:

Glucose      +       zuurstof   -->      water + koolstofdioxide           +      energie

(brandstof)                                      (verbrandingsproducten)                (lichaamstemperatuur + beweging)

Alle processen in je cellen vragen energie

Brandstoffen in het lichaam 

• In het lichaam kunnen koolhydraten, vetten en eiwitten gebruikt worden als brandstoffen. 

Energiebehoefte 

De hoeveelheid die een lichaam nodig heeft. Kan afhangen van een groot aantal factoren: 

1. leeftijd
2. lichaamsgrootte 
3. inspanning
4. geslacht

Huiswerk

• Lezen bs 3
• Neem lesson up door 
• Maken woordenlijst bs 3
• Maken opdrachten van bs 3 in digitaal omgeving