3H - bron C écrire et parler c.5 ed6

BONJOUR!
Ga zitten en pak je schrift. Vertaal onderstaande woorden/ zinnetjes in het Nederlands. Je mag je boek gebruiken.

1. la carte
2. le plat principal
3. je préfère
4. j'aime
5. je déteste
6 Monsieur, la carte s'il vous plait.
7. Comme entrée, je voudrais de la salade.
8. Je voudrais une bouteille de vin.
9. Tu prends aussi un dessert?
10. Oui, j'ai faim.
Klaar? Log alvast in op LessonUp. 



timer
2:30
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

BONJOUR!
Ga zitten en pak je schrift. Vertaal onderstaande woorden/ zinnetjes in het Nederlands. Je mag je boek gebruiken.

1. la carte
2. le plat principal
3. je préfère
4. j'aime
5. je déteste
6 Monsieur, la carte s'il vous plait.
7. Comme entrée, je voudrais de la salade.
8. Je voudrais une bouteille de vin.
9. Tu prends aussi un dessert?
10. Oui, j'ai faim.
Klaar? Log alvast in op LessonUp. 



timer
2:30

Slide 1 - Diapositive

Voorkennis activeren.
Discuter
Bespreek de antwoorden van de startopdracht met je buur.

1. la carte
2. le plat principal
3. je préfère
4. j'aime
5. je déteste
6 Monsieur, la carte s'il vous plait.
7. Comme entrée, je voudrais de la salade.
8. Je voudrais une bouteille de vin.
9. Tu prends aussi un dessert?
10. Oui, j'ai faim.



timer
1:00

Slide 2 - Diapositive

Leerlingen wisselen antwoorden eerst uit in duo's. Ze bespreken de gevonden antwoorden, vullen elkaar aan en denken samen na over een woord/zin die ze mogelijk niet weten. 
Planning

Uitleg werkwoordspelling 

Zelfstandig met de oefeningen aan de slag
Aujourd'hui
Mardi 18 mars
1. But                                
2. Carte menu 
3. Écrire
4. Parler
5. Evaluation                   
But: Ik ken 4 typisch Franse gerechten/ etenswaren.
Ik kan in het Frans een gerecht en een drankje bestellen.
Ik kan volledige Franse zinnen schrijven a.d.h.v. een opdracht.

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Bekijk de volgende dia's in de LessonUp. Je gaat van 3 Franse restaurants de menukaarten bekijken.
1. Schrijf 6 typisch Franse gerechten/ etenswaren op die je vindt op de menukaarten. Zoek ook uit wat het precies is.
2. Welke gerechten zou jij willen kiezen?
Stel een menu samen door een aantal gerechten te kiezen van de 3 menukaarten.
Kies 1 voorgerecht, 1 hoofdgerecht, 1 toetje en 1 drankje.

Schrijf je menu op in je
schrift. Je hebt je menu 
later in de les nodig.

timer
5:00
Prêt? (klaar?) Lees de zinnen van C door op blz. 40 en de zinnen op blz. 166

Slide 4 - Diapositive

Leerlingen komen in aanraking met de Franse cultuur door uit te zoeken wat typisch Frans eten is (stukje burgerschap).

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 7 - Lien

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Discuter
Bespreek de opdracht in duo's.

1. Vergelijk je 6 gevonden typisch Fanse gerechten/etenswaren.
2. Bespreek je gekozen menu.



timer
1:30

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Noem 4 typisch Franse gerechten/ etenswaren.

Slide 11 - Question ouverte

Tussentijds een leerdoel checken
Tu sais encore?!

(weet je nog?!)

Hoe zat het ook alweer met de uitspraak in het Frans van de laatste letters in een woord?!

- Baguette
- Croissants
- Manger



Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Écrire et parler

Pages: 40 + 166

Open zelf de LessonUp en pak je schrift.  

Werk voor deze opdracht samen 
met je buur.

Werk volgens de 4B's!




timer
8:00

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Situation 1
Je gaat met een vriend(in) eten in een restaurant.
1. Schrijf op welke gerechten/ drankjes je lekker vindt.
2. Schrijf op welke gerechten/ drankjes je niet lekker vindt.
3. Schrijf op hoe je naar de kaart vraagt.
4. Schrijf op hoe je je gekozen 
voorgerecht/ hoofdgerecht/ toetje
en drinken bestelt.
Aide( hulp): page 166
Prêt? (klaar): ga naar de volgende dia
Partie 1: écrire (schrijfvaardigheid)
Situation 2
Je gaat met een vriend(in) eten in een restaurant.
1. Schrijf op hoe je vraagt wat de ander wil drinken.
2. Schrijf op hoe je vraagt wat de ander voor eten neemt.
3. Schrijf op hoe je naar de kaart vraagt.
4. Schrijf op hoe je je gekozen voorgerecht/ hoofdgerecht/ toetje en drinken bestelt. 
Aide: page 40 + 166
Prêt? (klaar): ga naar de volgende dia

Slide 14 - Diapositive

Differentiatie door 2 verschillende situaties aan te bieden waaruit gekozen kan worden.
Situation 1
Voer jullie gesprekje uit in het Frans.
1. Vraag elkaar wat je lekker en niet lekker vindt om te eten/ drinken.
2. Vertel elkaar wat je lekker en niet lekker vindt om te eten/ drinken.
3. Vraag naar de kaart.
4. Bestel je gekozen menu

Geef elkaar feedback op de uitspraak. Let met name op de uitspraak van de laatste letters!

Prêt? (klaar): ga naar de volgende dia
Partie 2: parler (gespreksvaardigheid)
Situation 2
1. Vraag de ander wat 
hij/zij wil drinken en geef antwoord.
2. Vraag de ander wat voor eten hij/zij neemt en geef antwoord. 
3. Vraag naar de kaart.
4. Bestel je gekozen menu.

Geef elkaar feedback op de uitspraak. Let met name op de uitspraak van de laatste letters!



Prêt? (klaar): ga naar de volgende dia

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Vocabulaire/
phrases clés
Je gaat verder oefenen met de zinnen en woorden.
Ga naar je online lesmateriaal. Klik op hoofdstuk 5 en start slimstampen.

Oefen voca A, B en zinnen C

Slide 16 - Diapositive

Sneller werkende leerlingen kunnen door met het oefenen van hun woordenschat.
Evaluation
But:  
Ik kan in het Frans een gerecht en een drankje bestellen.

Ik kan volledige Franse zinnen schrijven a.d.h.v. een opdracht.

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Ik zou graag een koffie willen.

Slide 18 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Ik zou graag een pannenkoek willen.

Slide 19 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Ik vind kaas lekker/
Wat wil jij drinken?

Slide 20 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Ik heb een hekel aan croissantjes/
Wat wil jij eten?

Slide 21 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions