Verkiezingen

Korte herhaling
1 / 39
suivant
Slide 1: Diapositive
ProjectSecundair onderwijs

Cette leçon contient 39 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Korte herhaling

Slide 1 - Diapositive

Democratie

Slide 2 - Diapositive




"Demos"
=





"Kratein"
=


Slide 3 - Diapositive




"Demos"
=
volk




"Kratein"
=
heersen

Slide 4 - Diapositive


3 bestuursniveau's in België

Slide 5 - Diapositive

3 bestuursniveau's in België

- federaal niveau

- niveau van de gemeenschappen

- niveau van de gewesten

Slide 6 - Diapositive

Politieke partijen

Slide 7 - Carte mentale

Slide 8 - Vidéo

Politieke partijen
Opdracht: Elke groep (2-3 leerlingen) krijgt 2 tot 3 partijnamen. Jullie zorgen voor een duidelijk overzicht per partij waarin:
- de partijnaam;
- de partijafkorting;
- de partijlogo en
- partijvertegenwoordiger
te vinden zijn.
Tijd: 15 minuten

Slide 9 - Diapositive

Politieke partijen
Stap 1: Open je online word-document en test de chat-functie uit met je groepsleden.
Stap 2: Verdeel de politieke partijen onder je groepsleden.
Stap 3: Informeer je medeleerlingen over je politieke partij. Stel je overzichten voor in maximum 2 minuten.
Stap extra: Ontwerp een slogan voor één van je politieke partijen.


Slide 10 - Diapositive

Politieke partijen
Opdracht: Elke groep (2-3 leerlingen) krijgt 2 tot 3 partijnamen. Jullie zorgen voor een duidelijk overzicht per partij waarin:
- de partijnaam;
- de partijafkorting;
- de partijlogo en
- partijvertegenwoordiger
te vinden zijn.
Tijd: 15 minuten

Slide 11 - Diapositive

Fractie = 

Slide 12 - Diapositive

Fractie = 
volksvertegenwoordigers of gemeenteraadleden die lid zijn van dezelfde partij
voorbeeld: alle leden één partij in de gemeenteraad

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

NATIONALISME


"Het zal duidelijk zijn dat nationale trots gemakkelijk kan omslaan in een griezelig soort nationalisme."

Slide 15 - Diapositive

NATIONALISME

=
trouw zijn aan eigen staat, natie volk;
eigen land als uitgangspunt

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

CONSERVATISME

"Ik heb een erg conservatieve vader. Hij wilt niet dat ik afspreek met jongen zonder begeleiding."

Slide 18 - Diapositive

CONSERVATISME
behoudend;  gericht op behouden van maatschappelijke toestanden

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Diapositive

LIBERALISME

"De overheid bemoeid zich veel te veel met onze economie. Ik kies daarom om te stemmen op liberalistische partijen."

Slide 21 - Diapositive

LIBERALISME
=
vrijheid van het individu

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Diapositive

MARXISME

"Internationale vrouwendag ontstond in 1910 vanuit de socialistische beweging, op een ogenblik dat deze groeide en nog een sterke marxistische invloed kende."

Slide 24 - Diapositive

MARXISME
=
leer van Karl Marx; samenleving met gelijkheid voor iedereen

Slide 25 - Diapositive

Slide 26 - Diapositive

SOCIALISME
"Het socialisme is een bevrijdingsideologie met een moeilijke boodschap die vandaag heel wat tegenwind ondervindt. De uitdagingen zijn gekend. Zoals andere ideologieën moet het socialisme reageren op en vorm geven aan grote maatschappelijke veranderingen. "

Slide 27 - Diapositive

SOCIALISME

= gelijkheid, sociale rechtvaardigheid en solidariteit; recht op en toegang tot de basisbehoeften

Slide 28 - Diapositive

Slide 29 - Diapositive

CHRISTENDEMOCRATIE

"De meeste mensen waar ik zondag naar de mis mee ga, stemmen op christendemocratische partijen."

Slide 30 - Diapositive

CHRISTENDEMOCRATIE
= baseert zich op de bijbel en en de christelijke traditie

Slide 31 - Diapositive

Slide 32 - Diapositive

ECOLOGISME

"De ecologische partijen streven naar meer fietspaden in en rond de stad."

Slide 33 - Diapositive

ECOLOGISME
=
mens als deel van een groter ecosysteem

Slide 34 - Diapositive


Hoe goed ken jij het politiek landschap van België?

Slide 35 - Diapositive

links - centrum - rechts 

Slide 36 - Diapositive

Slide 37 - Diapositive

Links
Rechts
gezien als ondemocratisch omdat ze vaak discriminerend zijn op basis van ras, geslacht, afkomst...
conservatief: 
maatschappelijkke ordening behouden
gemeenschappelijke eigendom (= iedereen bezit en verdient evenveel)
progressief:
streven naar verandering
communistisch

Slide 38 - Question de remorquage

Links
Rechts
Midden
sp.a
PVDA-PTB
UF
VB
N-VA
ECOLO
Groen
MR
Open Vld
PS
cdH
CD&V

Slide 39 - Question de remorquage