3vmbo figuurlijk taalgebruik

Hoofdstuk 3
1 / 14
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 35 min

Éléments de cette leçon

Hoofdstuk 3

Slide 1 - Diapositive

Planning van vandaag

5 minuten: woordenschat
5-10 minuten:  figuurlijk taalgebruik

Slide 2 - Diapositive

Woordenschat hoofdstuk 3
Spreekwoorden en gezegden
timer
5:00

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Wat heb je gehoord in het filmpje dat niet klopt?

Slide 5 - Question ouverte

Wat weten we nog?

Uitdrukkingen zijn figuurlijk taalgebruik.
A
waar
B
niet waar

Slide 6 - Quiz

Is hier sprake van letterlijk of figuurlijk taalgebruik?

Mijn buurvrouw zag helemaal wit, zij was zich doodgeschrokken!
A
letterlijk
B
figuurlijk

Slide 7 - Quiz

Wat betekent:

Romi's nieuwe kapsel is iets te kort 'naar mijn smaak'.
A
het is lelijk
B
het is mooi
C
mijn mening
D
vinden alle mensen

Slide 8 - Quiz

Wat betekent:

Quinten 'had de smaak te pakken' en rende nog een rondje.
A
snapte het niet
B
was lekker bezig

Slide 9 - Quiz

Wat betekent:

Een scheetkussen op de stoel van je docent leggen is een 'smakeloze' grap.
A
niet leuk, niet van goede smaak getuigend
B
niet lekker, niet van goede smaak getuigend
C
wel leuk, wel van goede smaak getuigend
D
wel lekker, wel van goede smaak getuigend

Slide 10 - Quiz

Wat betekent:

Cristiano Ronaldo is de 'smaakmaker' van Real Madrid.
A
wie of wat de attractie is
B
wie of wat kan lekker koken
C
wie of wat maakt veel doelpunten
D
wie of wat is aardig

Slide 11 - Quiz

Uitdrukkingen
Nu gaan we oefenen met uitdrukkingen.

Op de poster staan 38 uitdrukkingen.
Hoeveel kun jij er vinden?

Slide 12 - Diapositive

timer
10:00

Slide 13 - Diapositive

Welke uitdrukkingen heb je gevonden?
timer
5:00
timer
5:00

Slide 14 - Question ouverte