t2_Sichvorstellen_sein

1 / 31
suivant
Slide 1: Diapositive
DuitsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

Cette leçon contient 31 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 40 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Herzlich Willkommen!
Deutsch Periode 1 

Slide 2 - Diapositive

Inhalt der Stunde
  1. Lernziele dieser Stunde
  2. Die Zahlen bis 31 - Quizlet
  3. Das Oktoberfest in München
  4. Sich vorstellen: Das Verb sein
  5. Aufgaben diese Woche

Slide 3 - Diapositive

1. Lernziele dieser Stunde
Am Ende dieser Stunde kann ich ...
  • ... de getallen van 0 t/m 31 uitspreken.
  • ... over het Oktoberfest enkele feitjes vertellen. 
  • ... met behulp van het werkwoord 'sein' mezelf voorstellen. 

Slide 4 - Diapositive

2. Die Zahlen
Kijk in jouw tekstboek op blz. 20!

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Lien

3. Das Oktoberfest in München
  1. Lernziele dieser Stunde
  2. Die Zahlen bis 31 - Quizlet
  3. Das Oktoberfest in München
  4. Sich vorstellen: Das Verb sein
  5. Aufgaben dieser Woche

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Diapositive

Oktoberfest in München

Slide 9 - Carte mentale

Slide 10 - Lien

Slide 11 - Vidéo

Slide 12 - Vidéo

3. Das Oktoberfest in München
Wissenwertes
  • 1810: 1e Oktoberfest ter ere van de bruiloft van prinses Theresia van Saksen-Hildburghausen & kroonprins Lodewijk van Beieren. 
  • 2020 en 2021: helaas geen Oktoberfeest vanwege coronavirus.
  • Het feest begint traditioneel om 12.00 uur op de eerste zaterdag na 15 september en eindigt normaal gesproken op de eerste zondag van oktober. Start in september vanwege het weer. 
  • Tracht = Lederhose (mannen) & Dirndl (vrouwen)
  • Ein Maß Bier kostete 2022: € 13,80.
  • In 2022 werd er 7,8 miljoen liter bier gedronken!

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Welke nieuwe informatie heb je nu gekregen over het Oktoberfest?

Slide 15 - Carte mentale

4. Sich vorstellen: Das Verb sein
Belangrijk werkwoord!
  • Ich bin Nadine und ich bin 47 Jahre alt. Ich bin Deutschlerhrerin. 
  • Er ist mein Mann und mein bester Freund.Er ist Raymond und ist 56 Jahre alt.
  • Meine Mutter ist Deutsche. Mein Vater ist Italiener. 
  • Meine Kinder  sind meine Katzen. 

Dus: belangrijk werkwoord als je jezelf wilt voorstellen!

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

ik
jij
hij
zij (enkelvoud)
het
wij
jullie
zij (meervoud)
ich
du
er
sie (Einzahl)
es
wir
ihr
sie (Mehrzahl)

Slide 18 - Question de remorquage

4. Sich vorstellen: Das Verb sein
ik ben
ich bin
jij bent
du bist
hij/zij/het is
er/sie/es ist
wij zijn
wir sind
jullie zijn
ihr seid
zij (mv) zijn / u bent
sie sind / Sie sind
Kijk eens naar het overzicht. Wat valt je op?

Slide 19 - Diapositive

Wat valt je op aan het werkwoord 'sein'?

Slide 20 - Question ouverte

3. Sich vorstellen: Das Verb sein
ik ben
ich bin
jij bent
du bist
hij/zij/het is
er/sie/es ist
wij zijn
wir sind
jullie zijn
ihr seid
zij (mv) zijn / u bent
sie sind / Sie sind
  • Het is onregelmatig! Uit je hoofd leren!
  • De vormen wij (wir) & sie/Sie (zij, mv & U) zijn altijd hetzelfde!

Slide 21 - Diapositive

Slide 22 - Diapositive

Ergänze
Ich _________ Ilias.
A
bin
B
bist
C
ist
D
sind

Slide 23 - Quiz

Ergänze
Ich ________ 13 Jahre alt.
A
bin
B
bist
C
ist
D
sind

Slide 24 - Quiz

Ergänze
Wir ________ heute in der Schule
A
bin
B
bist
C
ist
D
sind

Slide 25 - Quiz

Ergänze
Ihr ________ immer böse.
A
bin
B
bist
C
seid
D
sind

Slide 26 - Quiz

Ergänze
Sie ________ sehr lieb.
A
bin
B
bist
C
ist
D
sind

Slide 27 - Quiz

Vertel in het Duits hoe je heet:
Ik ben ______ (naam invullen).

Slide 28 - Question ouverte

Vertel in het Duits hoe oud je bent:
Ik ben ____ jaar oud (Jahre alt).

Slide 29 - Question ouverte

Vertel in het Duits dat je lief bent:
Ik ben ____ lief (lieb).

Slide 30 - Question ouverte

5. Aufgaben diese Woche
Aufgaben dieser Woche
  • Kapitel 3
      A. Ein Familienfoto: TB, Seite 46 & AB, Seite 59-62
  • Antwoorden nakijken
  • Opdracht presentatie - Ich stelle mich vor!
    Maak een Powerpoint van jezelf, eventueel met foto's, en schrijf hoe je heet, hoe oud je bent, wie je familieleden en/of vrienden zijn, over huisdieren en hobby's in het Duits.
(Tip: Bekijk je “Textbuch” op pagina 27 en de woordenlijst op de pagina's 27/28 en 74 in je "Arbeitsbuch").



Lernen dieser Woche
  • Die Zahlen (D-N & N-D)
  • Persönliche Information (D-N & N-D)
D-N = van Duits naar Nederlands
N-D = van Nederlands naar Duits

Je leert de woordjes dus beide kanten op!

Slide 31 - Diapositive