College 5 - autisme in de sport

• Communicatie
• HBO
• Studiejaar 4

WELKOM

download de app

wat is autisme?

1. een stoornis in de prikkel- en informatieverwerking
2. een stoornis in het cognitief functioneren
3. een stoornis in de sociale interactie

autisme is zichtbaar aan het uiterlijk

1. Waar
2. Niet waar

definitie van autisme

 "een ontwikkelingsstoornis die wordt gekenmerkt door een  verstoorde prikkel- en informatieverwerking. Zij nemen losse details waar uit de wereld om hen heen en hebben er moeite mee om op basis van die details tot een samenhangend en betekenisvol geheel te komen. Hierdoor ontstaan onder meer problemen op het gebied van communicatieve vaardigheden, sociale interactie en verbeeldingsvermogen."

wat valt je op als trainer?

leerdoelen van vandaag

• gedragingen die voortkomen uit autisme herkennen én begrijpen;
• communicatie aanpassen aan  een sporter met autisme;
• hoe structuur aanbrengen aan tijd, activiteit en ruimte

de vier kenmerken

• beperkingen in de sociale interactie;
• beperkingen in de communicatie;
• beperkingen in het verbeeldend vermogen;
• opvallend beperkte interesses en activiteiten

opvallende verschijnselen

• sociale situaties;
• moeite met veranderingen;
• speciale interesses (fieps);
• andere zintuiglijke waarneming;
• overprikkeling (shutdown en meltdown);
• stereotype bewegingen;
• lichaamsbeleving;
• verstoorde motoriek

we gaan oefenen

In vier groepjes bedenk je concrete tips om structuur in te bouwen op basis van:

• tijd;
• plaats en ruimte;
• materialen en activiteiten;
• jezelf en wat je doet

structuur in tijd

• vaste tijden;
• dezelfde volgorde (inleiding, middenstuk, afronding); 
• trainer vertelt opbouw van het programma (picto's);
• geef duidelijk aan hoe lang een oefening (nog) duurt

structuur in plaats en ruimte

• gebruik vaste plekken waar aan het begin van een les wordt verzameld;
• zorg voor een vaste plek waar kinderen zich kunnen omkleden;
• houd inleiding altijd in dezelfde ruimte;
• baken het terrein letterlijk af;
• in een kring zitten tijdens uitleg met daarbij een vaste plek;
• naast elkaar en niet in rij achter elkaar; voorkom rijtjesvorming!;
• creëer een letterlijke time-outruimte

structuur in materialen en activiteiten

• compleet en onbeschadigd;
• trainer laat het materiaal vooraf zien en omschrijft het;
• praatje, plaatje, daadje;
• trainer geeft aan hoeveel tijd of beurten eenieder nog heeft;
• houdt rekening met kleur;
• maak bij voorkeur zelf tweetallen of groepjes

structuur in jezelf en wat je doet

• treed zelf rustig en geduldig op;
• geen discussies over kleinigheden;
• wees erop bedacht dat kinderen met autisme non-verbale communicatie en figuurlijk taalgebruik niet 'verstaan';
• voorkom stemverheffing en gebruik korte zinnen;
• voorkom aanraking;
• gebruik hetzelfde gebaar voor een bepaald gedrag