H6 MM 2BC les 8 ma 6.4 INTRO EN LEERDOEL 1

• Geschiedenis
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 1

PROGRAMMA

6.3 Hw bespreken (10)

6.4 Intro bespreken (5)

6.4: Uitleg leerdoel 1 (10)

Keuze: A) Zelf leertekst lezen en opdrachten maken

            B) Met mij leertekst bestuderen en vragen maken

Huiswerk

Noem en leg uit: een overeenkomst tussen het
feminisme en het abolitionisme

Voorkennis: Weet je nog?
Wat was een godsdienstige oorzaak voor het ontstaan
van de 80-jarige oorlog in 1568?

We bespreken 6.4 intro, vraag 2

1. Het protestantisme is ontstaan kort na....

2. De protestanten scheidden zich toen af van de ........ kerk

3. Zij wilden leven volgens het woord van ......

4. Ze waren heel erg tegen ....

5. Bij de protestanten werd de kerkdienst geleid door een .....

6. Een dominee mocht ........ trouwen

7. In de Republiek hadden ........ allerlei voorrechten

2C

bestudeer bron 1 en bijschrijft.
Noem de w's

Na bijna 230 jaar!

Filmpje: De grondwet van 1848

De koning en de protestantse bestuurders waren niet meer de baas in Nederland.

liberalen:

willen zoveel mogelijk vrijheid voor de burgers

Keuzewerk

A) Zelfstandig werken: 6.4 leertekst "Protestanten, katholieken, joden" bestuderen en opdrachten 3,4,5 maken
je bent dan stil en werkt met je oortjes in

of je werkt  in tweetallen en je fluistert

B) Met mij werken: Samen leertekst lezen en vragen beantwoorden 

HET EINDE VAN DE LES DOEN WE WEER SAMEN

Schrijf 2 dingen op die je 

deze les hebt geleerd

Schrijf een  vraag op die je nog hebt

Huiswerk

H6.4: 

Leer par. 6.4, tekst "Protestanten, katholieken, joden"

Maak par. 6.3 opdrachten 1 t/m 5

Lees par 6.4, bron 3 en 4 en tekst "Confessionelen" en "De schoolstrijd"

We bespreken 6.4 intro, vraag 2

1. Het protestantisme is ontstaan kort na....

2. De protestanten scheidden zich toen af van de ........ kerk

3. Zij wilden leven volgens het woord van ......

4. Ze waren heel erg tegen ....

5. Bij de protestanten werd de kerkdienst geleid door een .....

6. Een dominee mocht ........ trouwen

7. In de Republiek hadden ........ allerlei voorrechten

2B