6.1 en 6.2: Het oog

Thema 6 paragraaf 2 Het oog
Voorkennisvragen
1. Wat is de taak van het oog? 
2. Hoe regelt het oog de hoeveelheid licht die erin valt?

timer
2:00
1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Thema 6 paragraaf 2 Het oog
Voorkennisvragen
1. Wat is de taak van het oog? 
2. Hoe regelt het oog de hoeveelheid licht die erin valt?

timer
2:00

Slide 1 - Diapositive

Leerdoelen
  1. Je kunt de delen van een oog beschrijven en hun functie toelichten
  2. Je kunt de beeldvorming door ooglenzen beschrijven 

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Lien

Leerdoel 1
Je kunt de delen van een oog beschrijven en hun functie toelichten

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

De pupilreflex

Slide 6 - Diapositive

Lezen blz. 88
1. Maak een lijst met onderdelen van het oog en geef een beschrijving van de functie van ieder onderdeel.

Dit lijstje dient als je exitticket voor vandaag

timer
4:00

Slide 7 - Diapositive

Onderdeel
Functie
Hoornvlies
Lens
Iris
Straalvormig lichaam
Netvlies

Vaatvlies
Zet de juiste functie bij het juiste onderdeel
Beschermd het binneste van het oog
Breekt (convergeerd) het binnenkomende licht 
Versteld de lens door de lens boller of holler te maken
Zet lichtprikkels om in impulsen door middel van lichtreceptoren
Regelt hoeveel licht het oog binnenkomt
Bevat bloedvaten voor de voeding 

Slide 8 - Question de remorquage

Aan de slag
6.1 Opdracht 5 t/m 13  
timer
15:00

Slide 9 - Diapositive

Leerdoel 2
kunt de beeldvorming door ooglenzen beschrijven 

Slide 10 - Diapositive

De lens

Slide 11 - Diapositive

Accomoderen (aanpassen ooglens aan afstand)
Straalvormig lichaam ontspannen -> lensbandjes strak 
-> lens plat -> veraf zien

Straalvormig lichaam gespannen -> lensbandjes los -> lens bol -> dichtbij zien

Slide 12 - Diapositive

Lens - verziend
 Je hebt een bolle lens/ + brillenglas nodig.
Verziend: beeld scherp áchter je netvlies.
Je kunt dichtbij niet scherp zien, je lens is niet bol genoeg/ je oog is te kort.

Slide 13 - Diapositive

Lens - bijziend
 Je hebt een holle lens/ - brillenglas nodig.
Bijziend: beeld scherp vóó'r je netvlies.
Je kunt veraf niet scherp zien, je lens is niet plat genoeg/ je oog is te lang.

Slide 14 - Diapositive

Lens - oudziend
Oudziend: de lens is niet flexibel genoeg meer en wordt niet bol genoeg meer om goed dichtbij de zien. 
Iemand die bijziend is kan dus op latere leeftijd tóch een leesbril nodig hebben.

Slide 15 - Diapositive

1

Slide 16 - Vidéo

03:35
In welk onderdeel van het oog zitten deze oogspiertjes?
A
Netvlies
B
Iris
C
Straalvormig lichaam
D
Pupil

Slide 17 - Quiz

Aan de slag met de leerdoelen
6.2 Opdracht 16 t/m 19


timer
8:00

Slide 18 - Diapositive