11.3 - Zwangerschap en geboorte (menstr voorkennis)

11.3 - Zwangerschap
1 / 50
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 50 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

11.3 - Zwangerschap

Slide 1 - Diapositive

Programma
- Uitleg over 11.3 - Zwangerschap (10 min)
- Zelfstandig werken (20 min)
- Dennis en Valerio weeën-simulator (10 min)
- Alles af? Me-time (10 min)

Slide 2 - Diapositive

In stilte werken (10 min)
- Nakijken 11.2 

Klaar? 
11.3 
- Maken opdracht 1 t/m 11

timer
10:00

Slide 3 - Diapositive

Wat gebeurt er als een man oestrogeen inneemt?
A
Zijn stem whalloordt ehoger
B
Hij krijgt meer heh
C
Zijn stem wordt lager
D
Hij krijgt borsten

Slide 4 - Quiz

11.3 - Zwangerschap

Slide 5 - Diapositive

Ik kan uitleggen hoe na de innesteling de placenta en navelstreng ontstaan, welke bloedvaten er in liggen en welke stoffen je in het bloed in elk van die vaten kunt vinden

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Na innesteling

Het embryo neemt zuurstof en voedingstoffen uit het baarmoederslijmvlies via de uitstulpingen

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Vruchtvliezen en vruchtwater
  • Vruchtvliezen liggen om het embryo heen. 
  • In de vruchtvliezen bevindt zich het vruchtwater.

Slide 10 - Diapositive

Foetus
Eerste 3 maanden => embryo
- Dan zijn alle organen ontstaan
Na 3 maanden => foetus
- Alleen nog groei.

Bij zowel embryo als een foetus werken de hersenen, spieren, hart en bloedvaten al.

Slide 11 - Diapositive

Placenta en navelstreng
Het embryo is door de navelstreng verbonden met de placenta.

In de placenta:
  • Zuurstof en voedingsstoffen van moeder 
      naar het embryo
  • Afvalstoffen van het embryo naar 
      de moeder

Slide 12 - Diapositive

Waaruit bestaat de navelstreng?

Slide 13 - Diapositive

Placenta en navelstreng
In de placenta:
  • Zuurstof en voedingsstoffen van moeder 
      naar het embryo
  • Afvalstoffen van het embryo naar 
      de moeder *navelstrengslagaders

Slide 14 - Diapositive

Navelstreng
Navelstrengslagaders: zuurstofarm.
Navelstrengader: zuurstofrijk

Slide 15 - Diapositive

zelfstandig werken (10 min)
11.3 maken opdracht 1 t/m 11

                                            
timer
10:00

Slide 16 - Diapositive

Dennis en Valerio
https://www.youtube.com/watch?v=ZlsPXpR2ORU&t=422s

Slide 17 - Diapositive

11.3 - Geboorte

Slide 18 - Diapositive

11.3 - Zwangerschap

Slide 19 - Diapositive

programma
- in stilte werken (10 min)
- uitleg 11.3 - De geboorte en tweelingen (10 min)
- filmpje Dennis en Valerio bevallen (10 min)

Slide 20 - Diapositive

in stilte werken (10 min)
- afmaken 11.3 - 1 t/m 11
- maken opdrachten 16 t/m 21

oefenen op biologiepagina.nl

                                           
timer
10:00

Slide 21 - Diapositive

bespreken opdr. 7

Slide 22 - Diapositive

4 hormonen
2 hypofyse (in het brein):
FSH en LH

2 follikel (in de eierstok):
oestrogeen 
progesteron


Slide 23 - Diapositive


Wat gebeurt er tijdens dag
1 t/m 5
A
Ovulatie
B
Innesteling
C
Menstruatie
D
Bevalling

Slide 24 - Quiz

Waarvoor dient de opbouw van het baarmoederslijmvlies?
A
Om bevruchting mogelijk te maken
B
Om innesteling mogelijk te maken
C
Om menstruatie mogelijk te maken

Slide 25 - Quiz

Iris had op 3 maart haar eerste dag van de menstruatie. Op welke dag zal haar eerstvolgende eisprong vermoedelijk zijn?
A
14 maart
B
17 maart
C
24 maart
D
31 maart

Slide 26 - Quiz

Welk hormoon zorgt ervoor dat eicellen rijpen?
A
FSH
B
oestrogeen
C
LH
D
progesteron

Slide 27 - Quiz

Welk hormoon zorgt voor de ovulatie?
A
oestrogeen
B
progesteron
C
FSH
D
LH

Slide 28 - Quiz

Wat doen progesteron en oestrogeen NIET?
A
Zorgen voor groei van het baarmoederslijmvlies
B
Ontwikkeling secundaire geslachtskenmerken
C
Remmen van productie FSH
D
Zorgen voor de rijping van een follikel

Slide 29 - Quiz

Progesteron remt ...... en stimuleert......
A
1. FSH en LH, 2. verdikking baarmoederslijmvlies
B
1. FSH, 2. LH
C
1. LH, 2. oestrogeen
D
1. verdikking baarmoederslijmvlies, 2.LH

Slide 30 - Quiz

Het baarmoederslijmvlies
Het baarmoederslijmvlies zonder bevruchting
Het baarmoederslijmvlies bij bevruchting

Slide 31 - Diapositive

Leerdoelen 11.3
- Ik kan benoemen hoe de bevalling start en uit welke fasen de bevalling bestaat
 
- Ik kan uitleggen op welke 2 manieren een tweeling kan ontstaan 

Slide 32 - Diapositive

Hoe de bevalling start? Indaling
  • Begint een paar weken voor de bevalling
  • Hoofdje zakt naar beneden
Voor indalen       Na indalen

Slide 33 - Diapositive

3 fasen
De geboorte bestaat uit 3 fasen:

- De ontsluiting
- De uitdrijving
- De nageboorte

Slide 34 - Diapositive

De ontsluiting
  • De bevalling begint met weeën. Weeën zijn samentrekkingen van de baarmoederwand. 
  • Door de weeën wordt de baarmoedermond wijder. Dat heet ontsluiting.
  • Tijdens de ontsluiting breken de vruchtvliezen. 

Slide 35 - Diapositive

De uitdrijving
Door krachtigere weeën wordt het kindje naar buiten geperst. 
Dit heet uitdrijving.

De uitdrijving kan een paar seconden duren, maar ook een paar uur. 

Slide 36 - Diapositive

Nageboorte

Slide 37 - Diapositive

Fase 3: de nageboorte
Er moeten nog 3 delen uitgedreven worden. 
de placenta - de vruchtvliezen - de rest van de navelstreng
Dit noemen we de nageboorte.
Deze komt ongeveer 15 minuten na de geboorte van het kindje. 

Slide 38 - Diapositive

normale ligging
(hoofdje komt eerst) 

stuitligging
(bil of voetjes van baby komen eerst) 

Slide 39 - Diapositive

Tweelingen
Bij welke van de onderstaande opties lijken de broers identiek te zijn? 

  • twee-eiige drieling
  • eeneiige drieling

Slide 40 - Diapositive

Tweelingen

Slide 41 - Diapositive

huiswerk 11.3
- maken opdrachten 16 t/m 21
Klaar?
Zoek een beroemde twee-eiige vierling.

Slide 42 - Diapositive

Voordat je zwanger wordt...Consent



https://www.youtube.com/watch?v=7K0RsGR7f9o

Slide 43 - Diapositive

De menstruatie wordt geregeld door hormonen
A
Juist
B
Onjuist

Slide 44 - Quiz

Wanneer is een vrouw het meest vruchtbaar?
A
Vlak na de menstruatie
B
Vlak voor de menstruatie
C
Vlak na de eisprong
D
Vlak voor de eisprong

Slide 45 - Quiz

In welk orgaan worden de eicellen rijp?
A
Eileiders
B
Eierstokken
C
Baarmoeder
D
Vagina

Slide 46 - Quiz

Feit
Fictie
Meisjes worden geboren met al hun eicellen
Alle gezonde vrouwen hebben een menstruatiecyclus
Menstruatiebloed bevat een eicel 
Duur van menstruatiecyclus wisselt per persoon
Gemiddelde leeftijd voor 1e menstruatie is 11 jaar.

Slide 47 - Question de remorquage

Gevoelig voor prikkels.
Hier vindt de ontwikkeling van eicellen plaats.
Hier vindt de ontwikkeling van het ongeboren kind plaats.
Hier komt het sperma bij de geslachtsgemeenschap.
Vervoeren van eicellen.
Vormen slijm waardoor de toegang tot de vagina gladder wordt.
Elk orgaan van het vrouwelijke voortplantingsstelsel heeft zijn eigen taak.
Kies bij elke taak het juiste orgaan.
eierstokken
binnenste schaamlippen
baarmoeder
clitoris
eileiders
vagina

Slide 48 - Question de remorquage

Vindt bij een zwangere vrouw menstruatie plaats?
A
Nee
B
Ja
C
D

Slide 49 - Quiz

Wordt het slijmvlies van de baarmoeder tijdens de menstruatie dikker?
A
ja
B
nee

Slide 50 - Quiz