Cette leçon contient 16 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 45 min
Éléments de cette leçon
Docent
Slide 1 - Diapositive
Docent
Slide 2 - Diapositive
1HV1 Première leçon
Les objectifs :
Ik kan woorden die met school te maken hebben herkennen.
Ik kan mijnzelf in het Frans voorstellen en zeggen hoe het gaat.
Le programme :
Dictée Apprendre A
Comment tu t'appelles ? Ça va ?
Ex. 4abcd, 5, 6abc p.10-11
Apprendre B p.16
Zelfstandig werk
Leçon 3
Slide 3 - Diapositive
Dictée Apprendre A
1. Doe je boek dicht, pak je schrift en een pen.
2. Schrijf eerst het woord op dat je hoort en dan de vertaling.
3. Als we klaar zijn, nakijken we het samen.
Slide 4 - Diapositive
Slide 5 - Diapositive
Jezelf voorstellen
Comment tu t'appelles?
Je m'appelle .....
Je suis ......
Moi, c'est .....
Ça va?
Ça va bien, et toi? (het gaat goed, en jij?)
Ça va comme ci, comme ça. (het gaat zo-zo).
Ça va mal. (het gaat slecht)
timer
2:30
Slide 6 - Diapositive
Ex. 4abcd page 10
1. Doe oefening 4c met je buurman. Gebruik de vraag "C'est quoi ?" en laat een van de plaatjes uit oefening 4b zien. De ander antwoordt in het Frans, beginnend met ''C'est... (bjv: un livre)". Wissel van rol.
2. Ex. 4d doen we samen!
timer
1:30
Slide 7 - Diapositive
Ex. 5 page 11
1. Doe het rollenspel met je buurman. Wissel de rollen na elk antwoord. Bijvoorbeeld: A wordt B als B het voorwerp heeft gegeven of nee heeft geantwoord.
timer
2:00
Slide 8 - Diapositive
C'est quoi ?
A
on ferme
B
je parle
C
tu écoutes
Slide 9 - Quiz
C'est quoi ?
A
je lis
B
je parle
C
tu écoutes
Slide 10 - Quiz
C'est quoi ?
A
je regarde
B
je cherche
C
je parle
Slide 11 - Quiz
C'est quoi ?
A
je choisis
B
je ferme
C
j'écris
Slide 12 - Quiz
Zelfstandig werk
1. Leren Bron A + Bron B blz. 16
2. Opschrijven in je schrift of op StudyGo leren.
timer
5:00
Slide 13 - Diapositive
Ik kan mijnzelf in het Frans voorstellen en vragen/zeggen hoe het gaat.
😒🙁😐🙂😃
Slide 14 - Sondage
Ik ken woorden die met school te maken hebben (boek, pen, ect..).