Hoofdletters en leestekens brugklas

Neem de hele zin over en maak hem langer:

Robin is net zo sterk als hij/hem ...
1 / 17
suivant
Slide 1: Question ouverte
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Neem de hele zin over en maak hem langer:

Robin is net zo sterk als hij/hem ...

Slide 1 - Question ouverte

Neem de hele zin over en maak hem langer:

Robin is sterker dan ik/mij ....

Slide 2 - Question ouverte

Neem de hele zin over en maak hem langer:

De juf rekent sneller dan jij/jou ...

Slide 3 - Question ouverte

Neem de hele zin over en maak hem langer:

De juf rekent niet zo snel als wij/we ...

Slide 4 - Question ouverte

Neem de zin precies over en plaats alle hoofdletters op de juiste plek:

in de maand april start anouar met een baantje bij de albert heijn.

Slide 5 - Question ouverte

Neem de zin precies over en plaats alle hoofdletters op de juiste plek:

sinds augustus woont mevrouw van der veen in het westen van nederland.

Slide 6 - Question ouverte

Hoofdletters

Regel 1: aan het begin van een zin

Vorig jaar won Thomas de voorleeswedstrijd. 

Slide 7 - Diapositive

Vorig jaar won Thomas de voorleeswedstrijd, En Erik werd tweede.
A
goed
B
fout

Slide 8 - Quiz

Erik werd tweede. en Thomas won de voorleeswedstrijd.
A
goed
B
fout

Slide 9 - Quiz

Thomas won vorig jaar de wedstrijd, en Erik werd tweede.
A
goed
B
fout

Slide 10 - Quiz

Hoofdletters

Regel 2: bij namen
Elze Mulder
Fien van der Laan
Tom 't Hart
Kruidvat
Adidas
Stationsweg
Noordzee 
Friesland


Slide 11 - Diapositive

Hoofdletters


Extra regel: "waar de naam begint"

Daar is mevrouw Van der Laan.
Daar is mevrouw F. van der Laan.

Slide 12 - Diapositive

Hoofdletters


Regel 3:  woorden die van aardrijkskundige namen zijn afgeleid

Hij is een Limburgse jongen. 
Dat is een Grieks restaurant. 
Dat zijn Noord-Hollande garnalen. 

Slide 13 - Diapositive

Neem de zin precies over en zet alle hoofdletters op de goede plaats.

de britse moeder van els komt langs in noord-meppel voor een limburgs gebakje.

Slide 14 - Question ouverte

Hoofdletters


Regel 4:  dagen, maanden, seizoenen en windstreken krijgen géén hoofdletter

dagen: maandag, dinsdag, woensdag, donderdag, etc.
maanden: januari, februari, maart, april, etc.
seizoenen: lente, zomer, herfst, winter
windstreken: noorden, oosten, zuiden, westen
(Noord-Meppel)


Slide 15 - Diapositive

Aan de slag!


p. 244 + 245: opdracht 1 t/m 6

Slide 16 - Diapositive

Jij bent beter dan ik of mij?
1. Maak de zin langer
2. Zoek de persoonsvorm (pv) uit de vorige zin op. 
3. Herhaal die pv achteraan de zin. 
Je mag de vorm veranderen. 
Jij bent beter dan ik/mij ...
Jij bent beter dan ik/mij ben.
5. Wat klinkt dan beter? Ik of mij?

Slide 17 - Diapositive