REKENEN ALLERLEI

Geld om van te leven

1 / 20

Slide 1: Diapositive

EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

La durée de la leçon est: 120 min

Éléments de cette leçon

Geld om van te leven

Slide 1 - Diapositive

Leerdoelen

Na afloop van deze les ken/kan ik.......

.... getallen afronden op verschillende decimalen
... het gemiddelde berekenen
... een deel van een geheel berekenen met een formule
... een verandering in procenten berekenen

Slide 2 - Diapositive

Afronden op een heel getal!
7,934 = ………………

Slide 3 - Question ouverte

Afronden op twee decimalen!
4,934 = ………………

Slide 4 - Question ouverte

Afronden op tweedecimalen!
2,835677 = ………………

Slide 5 - Question ouverte

Gemiddelde

ALLES telt even zwaar!

Lucas haalt voor economie een 8,4 6,2 8,1 en 5.6. Bereken het ongewogen gemiddelde.
(8,4 + 6,2 + 8.1 + 5,6) : 4 = 7,1

Slide 6 - Diapositive

Gemiddelde

NIET alles telt even zwaar!

Lucas haalt voor economie een 8,4 (1x) 6,2 (2x) 8,1 (1x) en 5.6 (2x). Bereken het gewogen gemiddelde.
(8.4+6.2+6.2+8.1+5.6+5.6) : 6 = 6,7
Denk aan juiste hoeveelheid en de haakjes!

Slide 7 - Diapositive

Amy haalt een 8,0 (1x); 4,2 (1x); 6,1 (1x) en een 7,0 (1x) voor economie. Bereken het gemiddelde.

Slide 8 - Question ouverte

Giel haalt een 7,6 (1x); 5,5 (2x); 6,1 (1x) en een 8,3 (1x) voor economie. Bereken het gemiddelde.

Slide 9 - Question ouverte

Ciara haalt een 7,6 (1x); 4,5 (2x); 8,1 (1x) en een 9,0 (1x) voor economie. Bereken het gemiddelde.

Slide 10 - Question ouverte

Op hoeveel decimalen rond ik procenten af?

Slide 11 - Question ouverte

Op hoeveel decimalen rond ik geldbedragen af?

Slide 12 - Question ouverte

Deel van een geheel

formule ==> deel: geheel x 100 = ....%

Voorbeeld: Je krijgt € 50 korting op een broek van € 120.
Vraag: Hoeveel % bedraagt de korting?
Je moet eerst weten weten wat het geheel is! Tip: na het woordje van staat het geheel! Dus € 120!
50:120 x 100% = 41,7%

Slide 13 - Diapositive

24 van de 30 leerlingen hebben een voldoende. Hoeveel procent is dat?

Slide 14 - Question ouverte

11 van de 32 leerlingen zijn vrouwelijk. Hoeveel procent is dat?

Slide 15 - Question ouverte

Deel/geheel verhoudingstabel

Voorbeeld: Je krijgt € 50 korting op een broek van € 120. Hoeveel % bedraagt de korting?

50*100/120 = 41,7%

Slide 16 - Diapositive

(nieuw-oud) : oud x 100%

Voorbeeld: In de klas zaten vroeger 30 leerlingen. Nu telt de klas 32 leerlingen. Hoeveel procent is het leerlingenaantal toegenomen?
(32-30) : 30 x 100% = 6,7%

Slide 17 - Diapositive

De bananen zijn afgeprijsd van € 1,60 naar € 1,40. Hoeveel procent is de prijs gedaald?

Slide 18 - Question ouverte

iPhone X kostte eerst € 1080. Nu € 780. Bereken %-verandering.

Slide 19 - Question ouverte

Wat hebben we geleerd?

Slide 20 - Diapositive