Feiertage: St. Martinstag
1 / 13
La durée de la leçon est: 30 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Vidéo
Waarom is Martin 'ein guter Mann'?
A
Hij verkondigde aan de mensen het woord van God.
B
Hij hielp zieken, gaf hongerige mensen te eten en gaf geld aan de armen.
Slide 2 - Quiz
Wie trof Martin voor de stadspoort aan?
A
Een bedelaar
B
Een zieke
C
Een hongerige
Slide 3 - Quiz
Hoe hielp Martin de bedelaar?
A
Martin was de enige die zich om de bedelaar zorgen maakte.
B
Martin gaf de bedelaar eten en kleding.
C
Martin sneed zijn mantel in tweeën en gaf de helft aan de bedelaar.
Slide 4 - Quiz
Toen Martin monnik (Mönch) was, gaf hij spullen die hij niet meer nodig had aan anderen.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 5 - Quiz
Martin wilde geen bisschop worden omdat hij niet gelovig was.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 6 - Quiz
'Sankt Martin' betekent 'heilige Martin'
A
Waar
B
Niet waar
Slide 7 - Quiz
Slide 8 - Diapositive
Het werkwoord: haben
ich
du
er/sie/es
wir
ihr
sie/Sie
Ich habe Süßigkeiten .....................
habe
hast
hat
haben
habt
haben
gehabt
Slide 9 - Question de remorquage
Het werkwoord: sein
ich
du
er/sie/es
wir
ihr
sie/Sie
Ich bin in Amsterdam .....................
bin
bist
ist
sind
seid
sind
gewesen
Slide 10 - Question de remorquage
Waarom was Martin 'ein guter Mann'?
A
Hij was een Romeinse soldaat en verkondigde het woord van God.
B
Hij hielp de zieken, schenkte de hongerigen eten en gaf armen geld.
