Zintuigen: proeven

Zintuigen
1 / 33
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieBasisschoolGroep 7

Cette leçon contient 33 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 4 vidéos.

Éléments de cette leçon

Zintuigen

Slide 1 - Diapositive

Zintuigen

Slide 2 - Carte mentale

Zintuigen gebruik je de hele dag door.
Ja
Nee

Slide 3 - Sondage

Lesdoel
Ik weet dat alle zintuigen belangrijk zijn voor smaak en ken de vijf hoofdsmaken: zoet, zuur, zout, bitter en umami.

Slide 4 - Diapositive

Wat bepaalt hoe iets smaakt?

Slide 5 - Diapositive

Alle zintuigen doen mee!
  • Proeven: eten kan zoet, zuur, zout, bitter en umami smaken.
  • Ruiken: eten kan bijvoorbeeld bloemig of kruidig ruiken.
  • Voelen: eten kan bijvoorbeeld glibberig of korrelig zijn.
  • Horen: eten kan bijvoorbeeld knapperig zijn en daardoor kraken in je mond.
  • Zien: eten kan bijvoorbeeld mooie kleuren
    hebben, of er rond of hoekig uitzien.

Slide 6 - Diapositive

Welke smaken proef je met je tong?
A
Zoet, bitter, zout, zuur en umami
B
Zoet, zuur en zout
C
Vies en lekker
D
Pittig, zoet, zout en bitter

Slide 7 - Quiz

Deze smaken waren goed!

Slide 8 - Diapositive

Maar wat is het Nederlandse woord voor umami?
A
Pittig
B
Zuur
C
Hartig
D
Vies

Slide 9 - Quiz

Proeven: de tong
Steek je tong eens uit!
Wat zie je?

Slide 10 - Diapositive

Proeven: de tong
Op je tong zitten speciale "smaakknoppen".
Deze bobbeltjes worden smaakpapillen genoemd.

Met je tong kun je alleen de hoofdsmaken proeven! 
Je tong proeft bijvoorbeeld zoet, maar je neus ruikt of het de zoete geur van een dadel, bloem of taart is.

Je proeft de smaken overal op je tong even goed. 








Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Vidéo

Wat zijn smaakpapillen?
A
Blaasjes op je tong, zodat je je tong niet kan verbranden
B
Smaakpapillen is een ander woord voor je tong
C
Smaakzones op je tong
D
Zenuwuiteinde die signalen sturen naar je hersenen

Slide 13 - Quiz

Wat heb je geleerd over je tong en smaak?

Slide 14 - Question ouverte

Dit was de tong

Slide 15 - Diapositive

De neus 

Slide 16 - Diapositive

Kunnen mensen met een grote neus beter ruiken?
Ja
Nee

Slide 17 - Sondage

Slide 18 - Vidéo

Wie kunnen er beter ruiken?
Mannen
Vrouwen

Slide 19 - Sondage

Hoe komt het dat vrouwen beter kunnen ruiken?

Slide 20 - Question ouverte

Reukzintuigcellen

Slide 21 - Diapositive

Hoe komt het dat als je verkouden bent, je minder proeft?
A
Je smaakpapillen werken niet mee
B
Je neus werkt niet mee

Slide 22 - Quiz

Wat heb je geleerd over de neus en reuk?

Slide 23 - Question ouverte

Slide 24 - Vidéo

Horen 

Slide 25 - Diapositive

Het oor 

Slide 26 - Diapositive

Slide 27 - Vidéo

Het evenwichtszintuig zit in je neus
A
Ja
B
Nee, naast je oog
C
Nee, in je oor
D
Nee, in je voeten

Slide 28 - Quiz

De namen van de gehoorbeentjes zijn :
A
Aambeeld, kerk en teugel
B
Hamer, aambeeld en stijgbeugel
C
Hamer, schroevendraaier en zaag
D
been, knie en teen

Slide 29 - Quiz

Trilhaartjes zorgen ervoor dat je geluid kan horen
A
Ja
B
Nee

Slide 30 - Quiz

Heb je wel twee oren nodig?

Slide 31 - Diapositive

Wat heb je geleerd vandaag over het oor?

Slide 32 - Question ouverte

Dit was het oor, laat vandaag maar eens zien hoe goed jullie kunnen luisteren ;) 

Slide 33 - Diapositive