Registratie van hotelgasten: Wet- en regelgeving

• Handel
• MBO
• Studiejaar 1

Registratie van hotelgasten: Wet- en regelgeving

Leerdoel

Aan het einde van de les kun je uitleggen welke gegevens je moet registreren bij het inchecken van hotelgasten en waarom.

Wat weet je al over de registratie van hotelgasten?

Wet- en regelgeving

Op basis van nationale en lokale wet- en regelgeving ben je verplicht om gegevens van hotelgasten te registreren, zowel voor één als meerdere overnachtingen.

Wat te registreren

Aankomst- en vertrekdatum, naam en woonplaats van de gast, en het type identiteitsbewijs dat de gast overlegt moeten geregistreerd worden.

Uitzonderingen

Voor nachtverblijf van meereizende echtgenoten, minderjarige kinderen, of reisgezelschappen geldt de registratieverplichting niet.

Privacywetgeving

Het is verboden om kopieën van identiteitsbewijzen te maken of deze in te nemen. Gasten moeten vrijwillig hun gegevens invullen op het registratieformulier.

Steekproefonderzoek

Jaarlijks voert het Centraal Bureau voor de Statistiek een steekproefonderzoek uit onder hoteliers. Je moet verplicht meewerken en de benodigde gegevens verstrekken.

Aanleveren van gegevens

De gemeente kan verzoeken om de gegevens uit het nachtregister, bijvoorbeeld voor de aangifte van toeristenbelasting.

Bewaartermijn

Het wordt aangeraden om de gastenadministratie zeven jaar te bewaren, zoals wettelijk verplicht voor ondernemers.

Afspraken met belastingdienst

Je kunt eventueel kortere bewaartermijnen afspreken met de Gemeentelijke Belastingdienst op individueel niveau om administratieve lasten te verminderen.

Samenvatting

Je moet gegevens registreren van hotelgasten volgens wet- en regelgeving. Kopieën van identiteitsbewijzen zijn verboden. Bewaar de gegevens zeven jaar en werk mee aan steekproefonderzoeken en verzoeken van de gemeente.

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.

Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.