Hoofdstuk 5 5.1 t/m 5.4

Bereid je op deze les voor door je boek te lezen.
In deze les gaan we het volgende behandelen:
Je kan het legaliteitsbeginsel benoemen
Je kan benoemen wat de territorialiteitsbeginsel en wat het vlagbeginsel is
Je kan het begrip Strafbaar feit omschrijven.


1 / 28
suivant
Slide 1: Diapositive

Cette leçon contient 28 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

Éléments de cette leçon

Bereid je op deze les voor door je boek te lezen.
In deze les gaan we het volgende behandelen:
Je kan het legaliteitsbeginsel benoemen
Je kan benoemen wat de territorialiteitsbeginsel en wat het vlagbeginsel is
Je kan het begrip Strafbaar feit omschrijven.


Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Vidéo

Omschrijf het begrip materieel strafrechtelijk legaliteitsbeginsel.

Slide 3 - Question ouverte

Omschrijf het begrip materieel strafrechtelijk legaliteitsbeginsel.

Slide 4 - Question ouverte

Omschrijf het begrip Formeel strafrechtelijk legaliteitsbeginsel.

Slide 5 - Question ouverte

Als je een strafbaar feit hebt gepleegd. na een maand verandert deze wet en wordt de strafmaat veranderd. wat betekent dat voor je?
A
Je wordt vervolgt volgens de wet die van toepassing was ten tijde van de plegen
B
Je wordt vervolgt volgens de nieuwe wet
C
Je wordt vervolgt wat voor de verdachte de minst gunstigste is
D
Je wordt vervolgt wat voor de verdachte de meest gunstigste is

Slide 6 - Quiz

Omschrijf het begrip Territorialiteitsbeginsel

Slide 7 - Question ouverte

Als een Amerikaan een strafbaar feit pleegt boven den Haag in een vliegtuig van Lufthansa die naar Amsterdam vliegt. Kan de Amerikaan dan in Nederland vervolgt worden?
A
Nee dat kan niet
B
Hij kan alleen in Duitsland worden vervolgt
C
Ja hij kan in nederland vervolgd worden
D
Hij kan alleen in Amerika vervolgt worden

Slide 8 - Quiz

Omschrijf het begrip Vlagbeginsel.

Slide 9 - Question ouverte

Als een Griek aan de kust van Italië aan boord van een Nederlands schip een diefstal pleegt. Kan hij dan ook in Nederland vervolgt worden?
A
Ja hij kan in Nederland vervolgt worden.
B
Nee hij kan alleen in Griekenland vervolgt worden
C
Nee hij kan alleen in Italië vervolgt worden.
D
Ja dat kan, alleen met toestemming van Italië en Griekenland

Slide 10 - Quiz

Slide 11 - Vidéo

Omschrijf het begrip Strafbaar Feit.

Slide 12 - Question ouverte

Aan welke voorwaarde moet worden voldaan voor de strafbaarheid?

Slide 13 - Question ouverte

Omschrijf wat bedoelt word met een bewezen menselijke gedraging

Slide 14 - Question ouverte

Omschrijf het begrip wettelijke delictsomschrijving.

Slide 15 - Question ouverte

Omschrijf het begrip Bestanddelen

Slide 16 - Question ouverte

Artikel 3501.
Hij die opzettelijk en wederrechtelijk enig goed dat geheel of ten dele aan een ander toebehoort, vernielt, beschadigt, onbruikbaar maakt of wegmaakt, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste twee jaren of geldboete van de vierde categorie.

Slide 17 - Diapositive

De Norm (artikel) bestaat uit 1 of meerdere bestanddelen. Moet je aan alle bestanddelen voldoen of is 1 voldoende voor de strafbaarstelling?

Slide 18 - Question ouverte

Wat betekent de term WEDERRECHTELIJK?

Slide 19 - Question ouverte

Omschrijf het begrip Schuld

Slide 20 - Question ouverte

wat betekend "Afwezigheid van alle schuld" ?

Slide 21 - Question ouverte

Omschrijf het begrip schuld in ruime zin.

Slide 22 - Question ouverte

Omschrijf het begrip Opzet.

Slide 23 - Question ouverte

Omschrijf het begrip "Met het oogmerk"

Slide 24 - Question ouverte

Hoe wordt het begrip schuld in enge zin ook wel omschreven ?

Slide 25 - Question ouverte

Moet bij een overtreding ook door de opsporingsambtenaar bewezen worden dat het daadwerkelijk met opzet is begaan? Zo ja waarom wel? en zo nee waarom niet?

Slide 26 - Question ouverte

Waar zou je meer uitleg over willen hebben?

Slide 27 - Question ouverte

Slide 28 - Diapositive