Thema 3 B4

• Biologie
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

Welkom

Mobiel in de mobieltas

Ga rustig zitten

Laptop op tafel

Neem voor je: blz. 87

Wat is de functie van het 'diafragma' van de microscoop?

1. het preparaat vergroten
2. hoeveelheid licht regelen
3. microscoop aan vastpakken
4. microscoop aan/uit zetten

Je hebt 2 glasplaatjes, met daar tussenin iets wat je gaat bekijken met de microscoop, hoe heet dit?

1. Statief
2. Voorwerp
3. Preparaat
4. Oculair

Hoe heet deel 4?

1. de tafel
2. preparaatklemmen
3. diafragma
4. objectief

Hoe heet deel 1?

1. tubus
2. revolver
3. oculair
4. objectief

... voorkomt dat je het objectief tegen het preparaat draait

1. preparaatbeveiliging
2. grote schroef
3. tafel
4. statief

Welk deel van de microscoop gebruik je om de juiste vergroting ervoor te draaien?

1. Voet
2. Oculair
3. Revolver
4. Objectief

Cellen

De kleine bouwsteentjes in het lichaam van een organisme worden cellen genoemd.

De vorm kan verschillend zijn, maar elke cel bevat ongeveer dezelfde onderdelen.

Een dierlijke cel heeft standaard een aantal onderdelen. Het celmembraan is het buitenste vliesje om een cel. Stoffen die in of uit de cel willen, moeten eerst door het celmembraan heen. De vloeistof binnen een cel is een beetje stroperig en wordt cytoplasma (celplasma) genoemd.

De celkern regelt alles wat er in de cel gebeurt. Een lichaam kan bijvoorbeeld groeien doordat er nieuwe cellen bij komen. Als een cel zich in tweeën splitst wordt dit geregeld door de celkern. De inhoud van de celkern wordt bij elkaar gehouden door het kernmembraan.

Dierlijke cel

Plantaardige cel

Een plantaardige cel bevat dezelfde onderdelen al een dierlijke cel, maar vaak zie je er nog een aantal meer. Zo heeft een plantaardige cel een celwand. Deze geeft stevigheid aan de cel. De celwand wordt door de cel gemaakt. Het zit buiten het celmembraan en bestaat uit dood materiaal. 

Binnen het cytoplasma is een vacuole te vinden. In de vacuole zit een waterige vloeistof met opgeloste stoffen.

In het cytoplasma kunnen ook korrels zitten. Meestal zijn deze korrels groen van kleur, maar ze kunnen ook andere kleuren hebben. De groene korrels worden bladgroenkorrels genoemd. Bladgroenkorrels zorgen ervoor dat een plant aan fotosynthese kan doen.

Korrels binnen plantaardige cellen:

Bladgroenkorrels: Maken fotosynthese mogelijk.

Kleurstofkorrels: Lokken dieren/insecten

Zetmeelkorrels: Zijn reservevoedsel voor de plant.

Aan de slag

Herhaal: Lees lesstof basisstof 4

Maak: Opdracht 19 en de testjezelf

Controleer: 

Is basisstof 1,2,3 af?  Zijn de test jezelfs af?

Klaar: Oefen met de flitskaarten

Klaar? Pak een leesboek en ga lezen.