Present simple question form

Bezitsvormen in het Engels
1 / 13
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolvmbo lwoo, bLeerjaar 1

Cette leçon contient 13 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 15 min

Éléments de cette leçon

Bezitsvormen in het Engels

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoelen
Aan het einde van de les kun je: bezitsvormen in het Engels gebruiken en vijf vragen stellen.

Slide 2 - Diapositive

Introduce the learning objectives and let the students know what they will be able to do by the end of the lesson.
What do you already know about possessive forms in English?

Slide 3 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat zijn bezitsvormen?
Bezitsvormen zijn woorden die laten zien dat iets van iemand is, bijvoorbeeld: Sarah's book.

Slide 4 - Diapositive

Define what possessive forms are and give examples.
Bezitsvormen bij enkelvoudige zelfstandige naamwoorden
Bij enkelvoudige zelfstandige naamwoorden voeg je een apostrof en een s toe, bijvoorbeeld: the cat's tail.

Slide 5 - Diapositive

Explain how to use possessive forms with singular nouns.
Bezitsvormen bij meervoudige zelfstandige naamwoorden
Bij meervoudige zelfstandige naamwoorden die eindigen op s, voeg je alleen een apostrof toe, bijvoorbeeld: the dogs' toys.

Slide 6 - Diapositive

Explain how to use possessive forms with plural nouns ending in s.
Bezitsvormen bij meervoudige zelfstandige naamwoorden (geen s)
Bij meervoudige zelfstandige naamwoorden die niet eindigen op s, voeg je een apostrof en een s toe, bijvoorbeeld: the children's toys.

Slide 7 - Diapositive

Explain how to use possessive forms with plural nouns not ending in s.
Bezitsvormen bij samengestelde zelfstandige naamwoorden
Bij samengestelde zelfstandige naamwoorden voeg je een apostrof en een s toe aan het laatste woord, bijvoorbeeld: my mother-in-law's car.

Slide 8 - Diapositive

Explain how possessive forms work with compound nouns.
Voorbeeldzinnen
The boy's hat is red. / The girls' dresses are pink. / My brother-in-law's dog is cute.

Slide 9 - Diapositive

Give examples of sentences using possessive forms.
Vragen stellen
Hoe gebruik je een bezitsvorm bij een enkelvoudig zelfstandig naamwoord? / Hoe voeg je een bezitsvorm toe aan een meervoudig zelfstandig naamwoord dat eindigt op s?

Slide 10 - Diapositive

Have students write down five questions they have about possessive forms and discuss them as a class.
Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 11 - Question ouverte

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 12 - Question ouverte

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 13 - Question ouverte

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.